Gym 3 Par 3.2 les 2

Lezen hoofdstuk 3.2
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 35 min

Éléments de cette leçon

Lezen hoofdstuk 3.2

Slide 1 - Diapositive

Het kritisch lezen van argumenten

Slide 2 - Diapositive

Terugblik
                                                Objectieve argumenten
                                                Subjectieve argumenten

Slide 3 - Diapositive

Feitelijk argument of waarderend?
Rembrandt is onze bekendste schilder
A
Feitelijk
B
Waarderend

Slide 4 - Quiz

Welke vragen kun je stellen bij objectieve/feitelijke argumentatie?

Slide 5 - Question ouverte

Welke vragen kun je stellen bij subjectieve/waarderende argumentatie?

Slide 6 - Question ouverte

Nu
Opdracht 3, blz. 104

Slide 7 - Diapositive

Opdracht 3a:
A
Objectitef
B
Subjectief

Slide 8 - Quiz

Het argument is wel/niet overtuigend, want ...

Slide 9 - Question ouverte

Opdracht 3c
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 10 - Quiz

Het argument is wel/niet overtuigend, want ...

Slide 11 - Question ouverte

Bespreking opdr. 4
-Onderwerp
-Inleiding, functie
-Betoog?
       -column, titel, eerste zinnen, standpunt

Slide 12 - Diapositive

Bespreking opdr. 5
Standpunt: ook de Volkskrant maakt zich schuldig aan racisme (5a)
Arg 1: de term 'huisvrouwenservice' is seksistisch (5b). 
(subarg.) je bent blijkbaar pas goed als je iets net zo doet als een man. (5b)
Tegen: De term wordt al lang gebruikt, het is niet kwaad bedoeld (5e)
Weerlegging: ook als het goed bedoeld is, is het nog seksistisch (5f)

Slide 13 - Diapositive

Verder:
Opdr. 5d en 5g: obj. of subj? 
5i/j: alinea 7
5k: alinea 8
Hoofdgedachte: je moet altijd alert blijven op seksistische uitingen (ook als ze in de Volkskrant staan)

Slide 14 - Diapositive

Relaties tussen tekstdelen
Functies van inleiding en slot
Functies van de kern

Slide 15 - Diapositive

  • Als je weet wat de functie van een tekstgedeelte is, begrijp je de tekst beter. 
  • Vaak worden functiewoorden niet gegeven en moet je zelf de functie van een tekstdeel bepalen. 
  • Signaalwoorden helpen je.
  • Je hoeft de functies niet te leren, je moet ze wel herkennen (uit een gegeven rijtje)

Slide 16 - Diapositive

Welke functie vind je níet in een inleiding?
A
Aanleiding
B
Constatering
C
Vraagstelling
D
Oplossing

Slide 17 - Quiz

Welke functie kun je zowel in de inleiding, kern als slot tegenkomen?
A
Aanleiding
B
Tegenstelling
C
Weerlegging
D
Geen van bovenstaande

Slide 18 - Quiz

De functies 'vraagstelling' en 'beantwoording' zijn een koppeltje. Noem nog twee van die koppeltjes.

Slide 19 - Question ouverte

Welke functie past niet echt bij een betoog?
A
Weerlegging
B
Verklaring
C
Stelling
D
Toelichting

Slide 20 - Quiz

Uit het onderzoeksrapport van de Inspectie van het Onderwijs blijkt dat scholen in het basis- en voortgezet onderwijs weinig aandacht besteden aan het Chinees.
A
Aanleiding
B
Argument
C
Probleemstelling
D
Toelichting

Slide 21 - Quiz

De scholen zeggen dat leerlingen geen behoefte hebben om Chinees te krijgen, maar uit het onderzoek blijkt dat 33% van de leerlingen Chinees als moedertaal heeft en graag meer onderwijs wil.
A
aanleiding
B
argument
C
probleemstelling
D
weerlegging

Slide 22 - Quiz

Tot slot ...
Oefenen? 
Volgende les: fysiek; par. 4.2

Slide 23 - Diapositive