3M - H2 herhaling (Pincode 7de editie)

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Herhaling hoofdstuk 2

Paragraaf 1

Samen sta je sterker

Consumentenorganisaties (2.1)

Welke organisatie is geen consumentenorganisatie?

1. Consumentenbond
2. Vereniging eigen huis
3. Google-reviews
4. Foodwatch

Wat is onjuist?

1. Consumentenorganisaties geven informatie over mijn rechten en plichten als consument
2. Consumentenorganisaties geven partijdige productinformatie
3. Consumentenorganisaties voeren acties bij fabrikanten of de overheid

Noem 2 taken van een consumentenorganisatie

Prijsverschil berekenen in procenten:

(Prijs 1 - Prijs 2) : Prijs* x 100%

* De prijs van het product achter het woordje dan

Iphone 13: 849 euro
Iphone 14: 1019 euro
Hoeveel procent is de 14 duurder dan de 13?

1. 20%
2. 16,7%
3. 83,3%
4. 120%

Een broek kost bij de H&m €25,-
Bij de Zara kost dezelfde broek €35,-
Hoeveel procent is de Zara duurder dan H&M?

1. 20%
2. 28%
3. 60%
4. 40%

Weet je de verandering in procenten nog????

Verandering in procenten = (Nieuw - oud) : oud x 100

De benzineprijs per liter is in een week tijd gestegen van €1,80 naar €2,10.
Bereken de toename in procenten. Rond af op één decimaal

1. 14,3%
2. 14,9%
3. 16,7%
4. 21,6%

In 2017 waren 12 apen in de dierentuin. In 2014 waren er 8.
Wat is de procentuele verandering?

1. 25%
2. 50%
3. 75%
4. 33,3%

Paragraaf 2

Waar heb je recht op?

Consumentenrecht(2.2) 

Het consumentenrecht bestaat uit

wetten en regels die de consument beschermen bij aankopen.

Je hebt altijd recht op een deugdelijk product. 

Wat betekent het recht op een "deugdelijk product"

1. Dat je minimaal 1 jaar garantie hebt
2. Dat je minimaal 2 jaar garantie hebt
3. Dat een product niet kapot mag gaan tijdens het gebruik
4. Dat een product bij normaal gebruik een bepaalde tijd mee moet gaan

Je hebt een ondeugdelijk product ontvangen van een bedrijf via internet. Het bedrijf wilt zich niet aan de garantieregels houden. Waar kun je dan terecht?

1. De rechter
2. De politie
3. De consumentenbond
4. De geschillencommissie

Je koopt online een product via tweedehands.nl
Geldt het consumentenrecht ook voor jou?

1. Ja
2. Nee
3. Dat ligt eraan wat je koopt

Wie controleert er of bedrijven zich wel houden aan de Warenwet?

1. De producenten
2. Het ministerie van volksgezondheid
3. Het voedingscentrum
4. De NVWA

Je mag binnen 14 dagen het product terugbrengen naar de winkel

1. Wet koop op afstand
2. Colportagewet
3. Warenwet
4. Wet productaansprakelijkheid

Producten moeten veilig zijn voor gebruik door de consument

1. Wet koop op afstand
2. Colportagewet
3. Warenwet
4. Wet productaansprakelijkheid

Wanneer je wasmachine lekt en ook je vloer beschadigt, kun je de kosten verhalen op de fabrikant.

1. Wet koop op afstand
2. Colportagewet
3. Warenwet
4. Wet productaansprakelijkheid

Je mag een product van meer dan 50 euro dat je aan de deur gekocht hebt annuleren.

1. Wet koop op afstand
2. Colportagewet
3. Warenwet
4. Wet productaansprakelijkheid

Paragraaf 3

Hoe wil je wonen?

Wanneer je een huis huurt, bouw je vermogen op.

1. Waar
2. Niet waar

Wanneer je een huis huurt, kun je altijd huurtoeslag aanvragen.

1. Waar
2. Niet waar

Wanneer je een huis koopt, betaal je alleen de verkoopprijs van het huis

1. Waar
2. Niet waar

Bijkomende kosten bij het kopen van een huis (2.3)

Overdrachtsbelasting (ongeveer 2% van de koopprijs)

Makelaarskosten

Kosten notaris

_________________________________________

          = kosten koper(k.k.)

                                    = ongeveer 5% van de koopprijs

Wie is eigendom van de sociale huurwoningen?

1. Woningcorporaties
2. De huurder
3. De notaris
4. De makelaar

Het aanbod op de woningmarkt stijgt. Wat betekent dat?

1. Er komen meer huizen in de verkoop.
2. Er worden minder nieuwe woningen gebouwd.
3. Meer mensen willen een huis kopen.
4. Mensen blijven langer in hetzelfde huis wonen

Zet in de juiste volgorde.

Vraag naar woningen daalt

Stabiele woningmarkt, prijzen stijgen licht

Eigenaren moet huis verkopen 

Huizenprijzen dalen

Economische crisis, veel werkloosheid

Huur betalen valt onder?

1. Vaste lasten
2. Reserveringsgeld.
3. Huishoudelijke uitgaven
4. Incidentele uitgaven

Welk bedrag betaal ik aan overdrachtsbelasting?

1. €8.800,-
2. €7.520,-
3. €24.450,-
4. €9.780,-

Hoe noem je een lening voor de aankoop van een huis?

1. Hypothecaire lening
2. Huurlening
3. Woz lening
4. Kooplening

Paragraaf 4

Wat doe jij voor het milieu?

Milieuschade

Consumptie veroorzaakt altijd milieuschade

Milieuschade

Welke kosten hangen af van het verbruik?

1. Vaste kosten
2. Variabele kosten

Wat is een vorm van milieuschade?

1. Luchtvervuiling
2. Plastic in zee
3. Verbruik van grondstoffen
4. Alle antwoorden zijn juist

Hoeveel is het gezin in het voorbeeld hierboven kwijt aan energie?

1. € 598,50
2. € 1.834,30
3. € 1.235,80
4. € 691,90

Zonnepanelen leggen kost 4500 euro. De besparing per jaar is 415 euro. Bereken de terugverdientijd.