3.6 Het water

Mens en milieu
3.6    Het water
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Mens en milieu
3.6    Het water

Slide 1 - Diapositive

Leerdoel
Je kunt omschrijven wat vermesting is en oorzaken en gevolgen van vermesting noemen.
Je kunt een aantal vormen van vervuiling van water noemen en je weet hoe rioolwater wordt gezuiverd.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Zoet water 
Zout water 
gletsjers 
rivieren 
97%
zeeën
3%
meren 
rivieren
in de bodem
ijs 
waterdamp 
oceanen 

Slide 12 - Question de remorquage

stap 1
Stap 2
stap 3
stap 4
stap 5
Rooster
Aanvoer rioolwater



Rivier
Nabezinktank
Beluchtingstank

Slide 13 - Question de remorquage



Het afvalwater wordt in de rioolwaterzuiveringsinstallatie schoongemaakt.
Wat gebeurt er met het schoongemaakte afvalwater?
A
Daar wordt drinkwater van gemaakt.
B
Het wordt in de industrie als koelwater gebruikt.
C
Het wordt afgevoerd naar het oppervlaktewater.
D
Het wordt in de landbouw gebruikt om gewassen te besproeien.

Slide 14 - Quiz

Sterke toename van mineralen in het water
Een sterke algengroei in het water
Het selecteren op gunstige eigenschappen en onderling voortplanten van planten
Het ophopen van gifstoffen door de voedselketen
Vorm van bestrijding waarbij gebruik wordt gemaakt van natuurlijke vijanden
Zet de begrippen op de juiste plaats in de tabel.
Veredelen
Eutrofiëring
Waterbloei
Biologische bestrijding
Accumulatie

Slide 15 - Question de remorquage

Zet de gevolgen van waterbloei in de juiste volgorde
1
2
3
4
5
6
7
Hierdoor wordt er minder brasem gegeten.
Hierdoor neemt het aantal algen verder toe.
Door veel fosfaat in water enorme algengroei.
Dit leidt tot een enorme toename van reducenten, waardoor het water zuurstofarm wordt.
Hierdoor neemt het aantal watervlooien af
Door minder lichtinval kunnen snoeken hun prooi niet meer zien.
Dit leidt tot massale algensterfte.

Slide 16 - Question de remorquage

Aan de slag..
3.6    Het water
Opdracht 45 t/m 47

Slide 17 - Diapositive