Herhaling Betoog 5H

Uitleg betoog

Zet je laptop klaar!
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4,5

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Uitleg betoog

Zet je laptop klaar!

Slide 1 - Diapositive

Herhaling basisstof 
- wat is een betoog?
- hoe verwijs ik naar bronnen in mijn betoog?
- hoe gebruik ik het AUB-model?

Slide 2 - Diapositive

Een betoog heeft als tekstdoel:
A
Informeren
B
Amuseren
C
Overtuigen
D
Activeren

Slide 3 - Quiz

Wat doet een schrijver als hij als tekstdoel OVERTUIGEN heeft?
A
Hij legt uit en geeft vooral feiten
B
Hij probeert je een mening te geven met argumenten.
C
Hij probeert je te overtuigen iets te gaan doen.
D
Hij schrijft een tekst die je voor de gezelligheid kunt lezen.

Slide 4 - Quiz

Kenmerken betoog PTA:
Het tekstdoel is overtuigen.
Het publiek is je leeftijdsgenoten.
Je geeft in het betoog je mening.
Je schrijft het betoog naar aanleiding van een stelling.
Je geeft drie argumenten voor de stelling.
Je geeft een tegenargument en weerlegt dit.

Slide 5 - Diapositive

Bouwplan voorbeeld
Titel
Alinea 1: aandachtstrekker en stelling
Alinea 2, 3 en 4: argumenten voor
Alinea 5: tegenargument en weerlegging
Alinea 6: samenvatting argumenten, herhaling standpunt en 'uitsmijter' 

Slide 6 - Diapositive

Verwijzen naar bronnen

Slide 7 - Diapositive

Welke drie methoden mag je gebruiken als je naar bronnen verwijst?

Slide 8 - Question ouverte

Je wilt een uitspraak van een expert gebruiken in je tekst. Je hebt de expert nog niet eerder genoemd. Wat noem je, naast de uitspraak zelf, sowieso in je tekst?
A
Naam van de expert + bron
B
Alleen naam van de expert
C
Naam van de expert + functie/beroep + bron
D
Alleen de bron

Slide 9 - Quiz

Je krijgt zometeen een artikel over fatbikes te zien. 

Noteer voor jezelf op een blaadje volgens de APA-methode: 
Achternaam, Voorletter (jaartal, datum). Titel. Medium/bron.
(Website-adres mag je weglaten)

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Wat heb je opgeschreven?

Slide 12 - Question ouverte

Antwoord
Bos, M. (2024, 23 september). Alarmerende cijfers: is de fatbike nog veel gevaarlijker dan gedacht? NH Nieuws. 

Slide 13 - Diapositive

Je leest zometeen een stukje uit 
het artikel over fatbikes
 Je wilt in jouw betoog verwijzen naar de uitspraak van Sjoerd Bakker ('"We hebben hier bijna dagelijks te maken met letsel van fatbike-ongelukken"). Hoe doe je dat?  

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Antwoord 1
Sjoerd Bakker, arts op de spoedeisende hulp in het Spaarne Gasthuis ziekenhuis in Haarlem, zegt in het artikel Alarmerende cijfers: is de fatbike nog gevaarlijker dan gedacht? van NH Nieuws van 23 september 2024, geschreven door Melle Bos: "We hebben hier bijna dagelijks te maken met letsel van fatbike-ongelukken". 

Slide 16 - Diapositive

Antwoord 2
Sjoerd Bakker, arts op de spoedeisende hulp in het Spaarne Gasthuis ziekenhuis in Haarlem, zegt: "We hebben hier bijna dagelijks te maken met letsel van fatbike-ongelukken".1

1. In: Bos, M. (2024, 23 september) Alarmerende cijfers: is de fatbike nog gevaarlijker dan gedacht? NH Nieuws.

Slide 17 - Diapositive

Antwoord 3
Volgens Sjoerd Bakker, arts op de spoedeisende hulp in het Spaarne Gasthuis ziekenhuis in Haarlem, is er op de eerste hulp bijna dagelijks wel iemand die binnenkomt met letsel van een fatbike-ongeluk.

1. In: Bos, M. (2024, 23 september) Alarmerende cijfers: is de fatbike nog gevaarlijker dan gedacht? NH Nieuws. 

Slide 18 - Diapositive

Antwoord 4
In Haarlem komt er op de eerste hulp bijna dagelijks wel iemand die binnen met letsel van een fatbike-ongeluk.

1. Volgens Sjoerd Bakker, arts op de spoedeisende hulp in het Spaarne Gasthuis ziekenhuis in Haarlem. In: Bos, M. (2024, 23 september) Alarmerende cijfers: is de fatbike nog gevaarlijker dan gedacht? NH Nieuws

Slide 19 - Diapositive

Antwoord 5
In Haarlem komt er op de eerste hulp bijna dagelijks wel iemand die binnen met letsel van een fatbike-ongeluk, zegt Sjoerd Bakker, arts op de spoedeisende hulp in het Spaarne Gasthuis ziekenhuis (In: Bos 2024).

 In bronnenlijst: Bos, M. (2024, 23 september) Alarmerende cijfers: is de fatbike nog gevaarlijker dan gedacht? NH Nieuws

Slide 20 - Diapositive

Welke methode heeft jouw voorkeur?
APA
Alle gegevens van de bron noemen in je tekst
Voetnoten

Slide 21 - Sondage

Argumenten sterk maken (AUB)
Argument: noem je argument
Uitleg: geef uitleg waarom dit goed of slecht is
Bijvoorbeeld: geef een situatie om het te verduidelijken


NB: voor je argumenten kun je bronnenonderzoek doen naar informatie die je kan helpen. 

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Wie probeert Lubach met dit filmpje te overtuigen?
A
Vegetariërs
B
Groenlinksstemmers
C
Vleeseters
D
De politiek

Slide 24 - Quiz

Hoe weerlegde Lubach het argument dat we geen vlees mogen eten, omdat dat zielig is voor de dieren?

Slide 25 - Question ouverte

Wat was Lubach zijn hoofdargument waarom we toch minder vlees moeten eten?

Slide 26 - Question ouverte

Hoe ziet Lubachs AUB-model eruit voor de stelling: we moeten minder vlees eten?

Slide 27 - Question ouverte

Antwoord aub-model
Argument: het is de makkelijkste oplossing tegen             klimaatvervuiling.
Uitleg: de uitstoot van broeikasgassen en de water verspilling van veeteelt is belachelijk hoog.
Bijvoorbeeld: uit onderzoek bleek dat de veehouderij een grotere vervuiler is dan andere sectoren zoals luchtvaart, auto's en de kinderwens van Anouk.

Slide 28 - Diapositive

Verdedig de volgende stelling met het AUB-model:
Onze veestapel moet drastisch inkrimpen

Slide 29 - Question ouverte

Tegenargument en weerlegging
  • Tegenargument: je gaat in op het standpunt van de andere partij. Je ontkracht als het ware het standpunt.
  • Weerlegging: je gaat in op het argument van de andere partij en je ontkracht het tegenargument. 

Slide 30 - Diapositive

Wat is een weerlegging?
A
Een nieuw tegenargument
B
Een argument voor de stelling
C
Een aanvulling op het tegenargument
D
Het tegenspreken van een tegenargument

Slide 31 - Quiz

Iedereen vanaf 16 moet verplicht een dag
per jaar vrijwilligerswerk doen.
Onderbouw met aub-model

Slide 32 - Question ouverte

Aan de slag
Aan de slag met het oefenbetoog!

5hD: hele tekst vóór maandag 7 okt. inleveren (10 oktober laatste les!)
5hC: hele tekst in de les van 9 okt. inleveren (15 oktober laatste les!)
Op tijd ingeleverd = feedback van mij

Slide 33 - Diapositive