leerjaar 2022-2023

leerjaar 2022-2023
O.S. = Olympische Spelen
I.O.C. = Internationaal Olympisch Comité 
N.K. = Nederlandse Kampioenschappen

1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

leerjaar 2022-2023
O.S. = Olympische Spelen
I.O.C. = Internationaal Olympisch Comité 
N.K. = Nederlandse Kampioenschappen

Slide 1 - Diapositive

(inleiding) Wat heeft India Sardjoe in Polen bereikt? Noem twee dingen.

Slide 2 - Question ouverte

(Nieuwe hippe sporten)
Waarom is breakdancen toegevoegd als olympische sport?

Slide 3 - Question ouverte

(Nieuwe hippe sporten)
Hoe gaat het onderdeel breakdancen op de Olympische Spelen eruitzien?

Slide 4 - Question ouverte

(Acrobatische stijl) Waar komt de naam breakdance vandaan?

Slide 5 - Question ouverte

(Moves bij breakdance) Welke vier categorieën basisbewegingen zijn er?

Slide 6 - Question ouverte

(Kanshebbers) India heeft zich rechtstreeks geplaats voor de Olympische Spelen. Geldt dat ook voor Menno van Gorp en Lee-Lou Demmiere? Waarom?

Slide 7 - Question ouverte

Wat betekent (het) budget?
A
de zorg die je ergens voor hebt
B
de tijd die je ergens aan kunt besteden
C
het geld dat je ergens aan kunt uitgeven
D
de aandacht die je ergens aan kunt geve

Slide 8 - Quiz

Wat houden kinderrechten in grote lijnen in?
A
liefde en aandacht krijgen
B
afspraken tussen landen maken
C
afhankelijk zijn van ouders en verzorgers
D
veilig en gezond opgroeien

Slide 9 - Quiz

Wat betekent ongeveer hetzelfde als beduidend?
A
aanzienlijk, behoorlijk
B
huidig, tegenwoordig
C
weinig, amper
D
mogelijk, eventuee

Slide 10 - Quiz

De Nederlandse regering doet te weinig om kwetsbare kinderen te helpen. Welke kinderen worden bedoeld met kwetsbare kinderen?
A
kinderen die in armoede leven
B
kinderen die zorg nodig hebben
C
kinderen die zijn gevlucht
D
Alle drie de antwoorden zijn goed.

Slide 11 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een beslissing die kinderen aangaat waarbij niet altijd op het belang van het kind wordt gelet?
A
het kopen van kleding
B
een verhuizing bij een scheiding
C
het kiezen van een vakantiebestemming
D
de keuze voor een school

Slide 12 - Quiz

Welke woorden zeggen iets over de verslechterde rechten van kinderen in Nederland?
A
respecteren en beoordelen
B
hulp en verzorgen
C
schenden en onvoldoende
D
risico lopen en verantwoordelijk

Slide 13 - Quiz

Wat betekent ergens voor pleiten?
A
(met woorden) proberen om iets voor elkaar te krijgen
B
(met geld) proberen om een ander te helpen
C
(met woorden) proberen om iets goed uit te leggen
D
(met regels) proberen om iets voor elkaar te krijgen

Slide 14 - Quiz

het madeliefje stak er echt bovenuit?
A
Het madeliefje had duidelijk meer stemmen gekregen dan de andere bloemen.
B
Het madeliefje had echte stekels aan de bovenkant van zijn steel.
C
Het madeliefje was duidelijk veel langer dan de andere bloemen.

Slide 15 - Quiz


A

Slide 16 - Quiz