P3.3 intro machtige heren en halfvrije boeren
1 / 26
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
De tijd van monniken en ridders:
duurde van ..... tot .....
duurde van ..... tot .....
A
3000 v.C. tot 500
B
jaar 500 tot 1000
C
jaar 1000 tot 1500
D
jaar 500 tot 1500
Slide 4 - Quiz
Wat voor samenleving was er in de tijd van monniken en ridders ?
Een voor- of een achteruitgang?
Een voor- of een achteruitgang?
A
landbouwsamenleving
(was achteruitgang)
B
landbouwsamenleving
(was vooruitgang)
C
landbouwstedelijke
(was achteruitgang)
D
landbouwstedelijke
(was vooruitgang)
Slide 5 - Quiz
Wat is een domein?
A
het gebied van een horige
B
het gebied van een koning
C
het gebied van een halfvrije boer
D
het gebied van een edelman of klooster
Slide 6 - Quiz
Een horige is een
A
tot slaaf gemaakte boer
B
een halfvrije boer
C
een vrije boer
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Vidéo
Slide 9 - Diapositive
Op het hof woonde:
A
de horige
B
de halfvrije boer
C
de vrije boer
D
de heer (edele)
Slide 10 - Quiz
De domeinen zorgden voor zichzelf. Leg uit wat dit betekent:
Slide 11 - Question ouverte
Hoe zijn in het hofstelsel de rechten en de plichten verdeeld? (2 goed)
A
de horige heeft plichten
B
de horige heeft rechten
C
de heer heeft plichten
D
de heer heeft rechten
Slide 12 - Quiz
Wat is géén plicht van een horige?
A
een deel van de oogst aan de heer afstaan
B
onbetaald werk voor de heer doen
C
de heer toestemming vragen om te trouwen
D
de heer geld geven om de molen te gebruiken
Slide 13 - Quiz
Waarom wordt een halfvrije boer een horige genoemd ?
Slide 14 - Question ouverte
Slide 15 - Diapositive
De juiste volgorde van de drie groepen is ?
A
geestelijken - edelen - boeren
B
edelen - boeren - geestelijken
C
boeren - edelen - geestelijken
D
geestelijken - boeren - edelen
Slide 16 - Quiz
Welke groep had geen privileges ? standen is ?
A
geestelijken
B
edelen
C
boeren
Slide 17 - Quiz
Privileges zijn ?
A
plichten van een stand
B
rechten van boeren
C
rechten van geestelijken en edelen
D
privé lessen voor een stand
Slide 18 - Quiz
Slide 19 - Diapositive
Welke sociale groep staat waar?
A
boeren - rechts
geestelijken - links
edelen - midden
B
boeren - links
geestelijken - midden
edelen - rechts
C
boeren - midden
geestelijken - links
edelen - rechts
D
boeren - rechts
geestelijken - midden
edelen - links
Slide 20 - Quiz
Slide 21 - Vidéo
Wat wil je nog een keer uitgelegd hebben ?
Slide 22 - Question ouverte
Noem 3 dingen die je hebt geleerd?
Slide 23 - Question ouverte
Wat vond je van deze les ?
😒🙁😐🙂😃
