Kunstbeschouwing DRAMA

KUNSTBESCHOUWING
DRAMA KUA
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
KunstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 22 diapositives, avec diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

KUNSTBESCHOUWING
DRAMA KUA

Slide 1 - Diapositive

DRAMA (THEATER)
I. Voorstelling: Wat is er te zien en/of te horen? Wat voor soort drama/theater wordt er uitgevoerd?
II. Inhoud: Waar gaat het theaterstuk over: wat is het verhaal, het thema, het concept? Wat is de boodschap of (diepere) betekenis?
III. Vormgeving: Hoe wordt de theatervoorstelling vormgegeven door middel van spel?
IV. Theatervormgeving: Waarmee, met welke materialen en technieken, wordt de theatervoorstelling vormgegeven?

Slide 2 - Diapositive

SPEL
- Lichaam
- Stem
- Speelstijl
- Mise-en-scène

Slide 3 - Diapositive

Lichaam
– mimiek (gezichtsuitdrukking)
gebaren en bewegingen (bijvoorbeeld het waggelen van een dikke dame)
lichaamshouding (zoals een stijve nek voor een koppig persoon, of het ingezakt zitten van
een sloom figuur)
handeling (roken, neuspeuteren, op het horloge kijken)

Slide 4 - Diapositive

Stem
volume (hard of zacht)
accent (stads- of streekaccent)
klankkleur (hoog en licht of zwaar en donker, nasaal, ‘hete aardappel in de keel’).
intonatie (veel of weinig variatie in toonhoogte)
– het gebruik van klemtonen
timing (langzaam of snel, pauzes)
– veel of weinig emotie in de stem

Slide 5 - Diapositive

Speelstijl
Onder speelstijl verstaat men een wijze van spelen, die over het algemeen kenmerkend is voor een
bepaald theatergenre zoals melodrama (soap), realisme, absurdisme, slapstick of episch theater.
De speelstijl kan ook gekoppeld zijn aan het regieconcept van de regisseur.

Slide 6 - Diapositive

Mise-en-scène
Hiermee bedoelt men het gebruik van de ruimte door de acteurs zoals:
– de plaatsing van personages in de ruimte (onderlinge afstanden, hoogteverschillen)
– het bewegen van de personages ten opzichte van elkaar en in de ruimte (de looplijnen)
– de blikrichting/focus van de personages
– het op- en afgaan van de personages

Slide 7 - Diapositive

Theatervormgeving

- Locatie
- Decor
- Kostuum
- Grime en hair styling
- Rekwisiet
- Attribuut
- Belichting
- Muziek
- Geluid
- Enscenering
- Toneelbeeld 

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive