2B present simple-present continuous

Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2,4

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Why do we use the present simple or present continuous?
Om te praten over het heden (nu). 

Slide 2 - Diapositive

Present simple
Als je wilt zeggen dat iets altijd, nooit of regelmatig gebeurt, gebruik je de present simple.
 
Vaak staat er dan een signaalwoord in de zin, 
bijvoorbeeld: always, never, sometimes, every day.

I eat an apple every day.

Slide 3 - Diapositive

Present continuous
Als je wilt zeggen dat iets nu bezig is, gebruik je de present continuous 
(am / is / are + werkwoord + -ing).

Soms staat er een signaalwoord in de zin, bijvoorbeeld: at the moment, right now. 
In het Nederlands zeg je bijvoorbeeld: ‘Ik ben aan het ...’.

I am watching TV right now.

Slide 4 - Diapositive

Herken de tijd: 
present simple of present continuous.


Slide 5 - Diapositive

Present simple
Present continuous 

He is reading a book.

He writes books.

I am studying English

I usually go to bed by 9 o'clock

She does yoga every Monday.

I am calling my best friend.

He plays Fortnite all the time

Slide 6 - Question de remorquage

Pas in deze zin de "present continuous" toe.

The weather ... beautiful at the moment.
A
look
B
looks
C
is looking

Slide 7 - Quiz

Pas in deze zin de "present simple" toe.

He ... his dog very much.
A
like
B
likes
C
is liking
D
liked

Slide 8 - Quiz

Pas in deze zin de "present continuous" toe.

She ... in her diary right now.
A
write
B
writes
C
is writing

Slide 9 - Quiz

Pas in deze zin de "present simple" toe

He ... that beautiful bird every morning.

A
see
B
sees
C
is seeing

Slide 10 - Quiz

Staat deze zin in de present simple of present continuous en waarom?
"He walks to school every morning".

A
Present simple.
B
Present continues.
C
Omdat het een gewoonte/ feit of regelmatige gebeurtenis is.
D
Omdat hij dat nu aan het doen is.

Slide 11 - Quiz

Staat deze zin in de present simple of de present continuous en waarom?
"She is talking to her grandmother right now".
A
Present simple.
B
Present continuous.
C
Omdat het een gewoonte/ feit of regelmatige gebeurtenis is.
D
omdat ze dat nu aan het doen is.

Slide 12 - Quiz

Evaluate

Slide 13 - Diapositive

Wat is het signaalwoord?
My dad ... (work) tonight.

Slide 14 - Question ouverte

Finish the sentence
My dad ... (work) tonight.

Slide 15 - Question ouverte

wat is het signaalwoord?
The plane ... (leave) as we speak.

Slide 16 - Question ouverte

Finish the sentence
The plane ... (leave) as we speak.

Slide 17 - Question ouverte

wat is het signaalwoord?
My dad ___ (not work) in the office every day.

Slide 18 - Question ouverte

Finish the sentence
My dad ___ (not work) in the office every day.

Slide 19 - Question ouverte

Slide 20 - Diapositive