§1.3 Zuivere stoffen en mengsels

§1.3 Zuivere stoffen en mengsels 
Hoofdstuk 1 Materialen en stoffen
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

§1.3 Zuivere stoffen en mengsels 
Hoofdstuk 1 Materialen en stoffen

Slide 1 - Diapositive

Hoofdstuk 1. Materialen en stoffen
§1.3 Zuivere stoffen en mengsels 

Doelen
Aan het einde van de les kan ik:
  • op micro- en macroniveau uitleggen wat zuivere stoffen en mengsels zijn.
  • smelt- en kookdiagrammen van mengsels op microniveau verklaren. 
  • op micro- en macroniveau het verschil uitleggen tussen homogene en hetrogene mengsels. 






Slide 2 - Diapositive

Hoofdstuk 1. Materialen en stoffen
§1.3 Zuivere stoffen en mengsels 

Zuivere stoffen en mengsels
Een zuivere stof is een stof die bestaat uit één soort deeltje
Een mengsel is een stof die bestaat uit meerdere verschillende deeltjes

Voorbeelden





Slide 3 - Diapositive

Wat zie je hier?
A
Zuivere stof
B
Mengsel

Slide 4 - Quiz

Wat zie je hier?
A
Zuivere stof
B
Mengsel

Slide 5 - Quiz

Wat zie je hier?
A
Zuivere stof
B
Mengsel

Slide 6 - Quiz

Hoofdstuk 1. Materialen en stoffen
§1.3 Zuivere stoffen en mengsels 

Zuivere stof of mengsel?
Het is vaak niet duidelijk of een stof zuiver is of niet. 
Toch kun je dat gemakkelijk onderzoeken. 




Slide 7 - Diapositive

Zuivere stof
Mengsel
Kookpunt
Smeltraject
een soort deeltje
meerdere soorten deeltjes
Tijdens faseovergang blijft de temperatuur gelijk
Tijdens faseovergang blijft de temperatuur niet gelijk

Slide 8 - Question de remorquage

Hoofdstuk 1. Materialen en stoffen
§1.3 Zuivere stoffen en mengsels 

Onthouden!
  • Zuivere stoffen bestaan uit een soort moleculen.
  • Bij een faseovergang van een zuivere stof blijft de temperatuur constant.
  • Een zuivere stof heeft een smeltpunt, stolpunt of kookpunt. 
  • Aceton, diamant, suiker en soda zijn voorbeelden van zuivere stoffen




Slide 9 - Diapositive

Hoofdstuk 1. Materialen en stoffen
§1.3 Zuivere stoffen en mengsels 

Onthouden!
  • Mengsels bestaan uit meerdere soorten moleculen.
  • Bij een faseovergang van een mengsel blijft de temperatuur niet constant. 
  • Een mengsel heeft een smelttraject, stoltraject of kooktraject.
  • De meeste stoffen die je gebruikt, zoals melk, kraanwater en koffie, zijn mengsels




Slide 10 - Diapositive

Soorten mengsels
Vloeibare mengsels kunnen wij onderverdelen in twee categorieën:  

  1. Homogenen mengsels
  2. Hetrogene mengsels 
Hoofdstuk 1. Materialen en stoffen
§1.3 Zuivere stoffen en mengsels 

Slide 11 - Diapositive

Homogene mengsels
Een voorbeeld van een homogeen mengsel is een oplossing. 

Een oplossing is een vaste stof, 
een vloeistof of een gas gemengd
met een vloeistof. 
Hoofdstuk 1. Materialen en stoffen
§1.3 Zuivere stoffen en mengsels 

Slide 12 - Diapositive

Hetrogene mengse


Een emulsie is een vloeistof waarin 
druppeltjes van een andere vloeistof zweven.
Hoofdstuk 1. Materialen en stoffen
§1.3 Zuivere stoffen en mengsels 


Hetrogene mengsels
Een suspensie is een vloeistof waarin kleine brokjes van een vaste stof zweven. 

Slide 13 - Diapositive

Waarom staat er op de verpakking van een fles sinaasappelsap: ´voor gebruik goed schudden´?

Slide 14 - Question ouverte

Slide 15 - Diapositive

Hoofdstuk 1. Materialen en stoffen
§1.3 Zuivere stoffen en mengsels 

Doelen
Als het goed is kan ik nu:
  • op micro- en macroniveau uitleggen wat zuivere stoffen en mengsels zijn.
  • smelt- en kookdiagrammen van mengsels op microniveau verklaren. 
  • op micro- en macroniveau het verschil uitleggen tussen homogene en hetrogene mengsels. 






Slide 16 - Diapositive

Aan de slag! 

Lezen §1.3 (blz. 22 t/m 27) m.u.v. de samenstelling van mengsels! 

Maken opdrachten: 1, 2, 3, (5 of 6), 7 en 8




Hoofdstuk 1. Materialen en stoffen
§1.3 Zuivere stoffen en mengsels
timer
4:00

Slide 17 - Diapositive

Wat geven deze
modellen weer?
A
Links is een mengsel, rechts een zuivere stof
B
Rechts is een mengsel, links een zuivere stof
C
Het zijn allebei mengsels
D
Het zijn allebei zuivere stoffen

Slide 18 - Quiz

Een suspensie is een
A
Mengsel van twee vloeistoffen
B
Mengsel van twee vaste stoffen
C
Mengsel van een vloeistof en een vaste stof
D
Een zuivere stof

Slide 19 - Quiz

Wat is het verschil tussen een zuivere stof en een mengsel?
A
Een zuivere stof bestaat uit 2 of meer stoffen en een mengsel uit 1 stof
B
Een zuivere stof bestaat uit 1 stof en een mengsel uit 2 of meer stoffen

Slide 20 - Quiz