Rekonomie 8

Rekonomie - les 8
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Rekonomie - les 8

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel
Vergroten van de economische rekenvaardigheden

> Tekenen van grafieken
> Vraag en aanbod berekenen

Slide 2 - Diapositive

Terugblik
Huiswerk check:
Alle leerlijnen: maken 4.1 + 4.5

Slide 3 - Diapositive

Schaarste dwingt tot keuze. Als iemand voor iets kiest, offert hij de waarde van de alternatieven, de andere mogelijkheden op. 

Opofferingskosten zijn de opbrengsten van het beste, niet gekozen alternatief.

Zelfstandig nakijken van de opdrachten die je vorige les hebt gemaakt, d.m.v. het nakijkblad.


Als je niet begrijpt wat je verkeerd hebt gedaan, even aangeven, dan kom ik bij je langs.

Slide 4 - Diapositive

Vraag en aanbod
Wat is de minimale prijs die een aanbieder wil hebben?
Wat is de maximale prijs die een vrager wil betalen?

Als er meer aanbod is, en minder vraag, dan daalt de prijs.
Als er meer vraag is dan aanbod, dan stijgt de prijs.

Slide 5 - Diapositive

Vraag en aanbod
Alle vraag en aanbod bij elkaar noemen we de markt. 

Bijvoorbeeld: Alle vraag en aanbod van bloemen bij elkaar noemen we de markt voor bloemen.

Slide 6 - Diapositive

Vraag-functie
De vraag-functie van een product geeft weer wat de gevraagde hoeveelheid is bij een bepaalde prijs.
Qv = -1,45p + 4000
(p in €, Qv in stuks)

Slide 7 - Diapositive

Gegeven: Qv = -200p + 25.000
(p in €, Qv in stuks)
Bereken de gevraagde hoeveelheid bij een prijs van €20

Slide 8 - Question ouverte

Gegeven: Qv = -200p + 25.000
(p in €, Qv in stuks)
Bereken bij welke prijs de gevraagde hoeveelheid 10.000 stuks is.

Slide 9 - Question ouverte

Gegeven: Qv = -200p + 25.000
(p in €, Qv in stuks)
Bereken bij welke prijs er geen enkel product wordt gekocht.

Slide 10 - Question ouverte

Aanbod-functie
De aanbod-functie van een product geeft weer wat de aangeboden hoeveelheid is bij een bepaalde prijs.
Qa = 0,25P – 5
(p in €, Qv in stuks)

Slide 11 - Diapositive

Gegeven: Qa = 6p -240
(p in €, Qv in stuks)
Bereken de aangeboden hoeveelheid bij een prijs van €100

Slide 12 - Question ouverte

Gegeven: Qa = 6p -240
(p in €, Qv in stuks)
Bereken bij welke prijs de aangeboden hoeveelheid 180 stuks is.

Slide 13 - Question ouverte

Gegeven: Qa = 6p -240
(p in €, Qv in stuks)
Bereken bij welke prijs er geen producten meer aangeboden worden.

Slide 14 - Question ouverte

Zelfstandig werken
Basis: 4.7 + 4.9 + 4.11
Intensief: 4.6 + 4.7 + 4.9 + 4.11
Plus: 4.7 + 4.12

Slide 15 - Diapositive

Evaluatie
Weten jullie het nog?

Slide 16 - Diapositive

De aanbodlijn loopt van linksboven naar rechtsonder.
A
juist
B
onjuist

Slide 17 - Quiz


Waarom gaat de vraaglijn altijd omlaag?
A
Hoe hoger de prijs, hoe hoger de vraag
B
Hoe hoger de prijs, hoe lager de vraag
C
Omdat de vraaglijn omhoog gaat
D
Omdat er altijd evenwicht is.

Slide 18 - Quiz

Dit is een?
A
formule voor een vraaglijn
B
formule voor een aanbodlijn
C
geen van beide

Slide 19 - Quiz

Q =p-100
A
Dit is een vraaglijn
B
Dit is een aanbodlijn
C
Dit is een budgetlijn
D
Ik heb geen idee

Slide 20 - Quiz