2.2 stromingen in de samenleving

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

2.2 Stromingen in de samenleving

Welkom in de les

blz. 53

Plein M

2.2 Stromingen in de samenleving

Leerdoelen:

• Je weet waarom het kiesrecht werd uitgebreid.
• Je weet hoe het onderwijs in Nederland tot stand kwam.
• Je weet welke stromingen streefden naar meer gelijkheid. (deel 2)
• Je weet hoe de positie van vrouwen veranderde. (deel 2)

Uitbreiding kiesrecht

• 1815 alleen rijke mannen hebben kiesrecht        recht om te stemmen.
• mannen die beslasting betalen       hebben kiesrecht.
• 1917 algemeen kiesrecht         alle       mannen mogen stemmen.
• 1919 vrouwen mogen ook stemmen.            
• parlementaire democratie        parlement heeft meer macht, koning steeds minder. 

Ontstaan van het openbaar en bijzonder onderwijs

alleen rijke kinderen gaan naar school.

kinderwetje van Van Houten 1874:

kinderarbeid wordt afgeschaft

                                                     

Er komen openbare scholen.

• gratis
• armen kunnen nu ook naar school
• gelijke kansen voor iedereen         emancipatie

Strijd over het onderwijs

confessionelen        Katholieken en protestanten richten hun eigen scholen op.

les in eigen godsdienst. 

Om de scholen te kunnen betalen richten ze politieke partijen op.

In 1917 komt er een wet; de overheid financieert alle (bijzondere)scholen.in

Wanneer is school ontstaan?

Opdrachten

lees de leerstofblokken goed door. (blz 53-55)   maak opdracht 1 t/m 4

Dit heb je geleerd

Eerst hadden alleen de rijken die belasting betaalden kiesrecht.
Tussen 1848 en 1917 werd het mannenkiesrecht in Nederland in stappen uitgebreid. Toen alle vrouwen in 1919 kiesrecht kregen, was er algemeen kiesrecht en werd Nederland een parlementaire democratie.

Om de bevolking te laten ontwikkelen, richtte de overheid openbare scholen op. Dat was goed voor de emancipatie van de arbeiders. 

Confessionelen (katholieken en protestanten) wilden dat de overheid ook voor de scholen van de gelovigen zou betalen. Ze richtten politieke partijen op om dit voor elkaar te krijgen. Dat lukte in 1917.

2.2 Stromingen in de samenleving (deel 2)

Welkom in de les

blz. 56

2.2 Stromingen in de samenleving

doelen:

• Je weet waarom het kiesrecht werd uitgebreid.
• Je weet welke strijd over het onderwijs werd gevoerd.
• Je weet welke stromingen streefden naar meer gelijkheid.
• Je weet hoe de positie van vrouwen veranderde.

2.2 Stromingen in de samenleving

Strijd voor gelijkheid

socialisten         gelijkheid

De socialisten kwamen op voor de arbeiders.

Ze wilden wetten voor:

• zieken
• ouderen
• weeskinderen

2.2 Stromingen in de samenleving

Strijd voor gelijkheid

Liberalen         vrijheid

De liberalen willen meer inspraak.

Ze zorgen voor de eerste sociale wetten.

communisten        alleen een revolutie zorgt voor verandering.

Stromingen in de politiek

2.2 Stromingen in de samenleving

• liberalen (vrijheid)
  
• conservatieven (geen verandering)
  
• confessionelen (religie)
  
• sociaaldemocratisch (gelijkheid)
  
• communisten (1 sterke leider)
• links/rechts

2.2 Stromingen in de samenleving

De positie van vrouwen

vrouwen mochten veel niet zoals:

• stemmen
• geen hoger onderwijs volgen
• vaak minder betaald
• toestemming van een man nodig

Rond 1870 kwam er verzet tegen deze discriminatie        uitsluiten/achter stellen.

feministen        opkomen voor vrouwenrechten

schooltv.nl

opdrachten maken

lees de leertofblokken goed door. (blz 56-58)     maak opdracht 5 t/m 8 + herhaling opdracht 4

0