Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 10 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen:
In deze paragraaf leer je:
- Wat een rijksbegroting is - Wat een miljoenennota is en waarom die hoort bij de rijksbegroting?
- Wat een begrotingstekort en begrotingsoverschot is.
- Rekenen met grote getallen!
Slide 2 - Diapositive
Rijksbegroting en miljoenennota
De rijksbegroting is een overzicht van de verwachte inkomsten en uitgaven vor het komend jaar.
De miljoenennota is een toelichting op de rijksbegroting door de minister van Financiën. Deze toelichting is op Prinsjesdag op de derde dinsdag van september
Slide 3 - Diapositive
Miljarden en miljoenen
Reken alles om naar wat er in het antwoord wordt gevraagd:
Vraag: 1,4 miljard + 600 miljoen= ....... miljard
Stap 1: 600 miljoen = 0,6 miljard
Stap 2: 1,4 miljard + 0,6 miljard = 2 miljard
Slide 4 - Diapositive
Kijk bij de uitleg in paragraaf 6.4! Reken uit: 27,3 miljard + 174 miljoen
Slide 5 - Question ouverte
Vorig jaar mocht de minister € 17,6 miljard uitgeven. Dit jaar € 160 miljoen minder. Hoeveel mag de minister dit jaar uitgeven?
Slide 6 - Question ouverte
Een land heeft 20 miljoen inwoners. De overheid geeft € 9 miljard uit aan defensie. Hoeveel is dat per inwoner?
Slide 7 - Question ouverte
Op welke twee manieren komt de overheid aan geld?
Slide 8 - Question ouverte
Begrotingstekort:
De overheid heeft te weinig geld en gaat dan geld lenen.
Een nadeel hiervan is dat ze meer terug moeten betalen door de rente.
Slide 9 - Diapositive
Begrotingsoverschot:
De overheid houdt geld over.
Voordeel: aflossen van schuldenen leningen
Slide 10 - Diapositive
Noem twee opties om het begrotingstekort te verhelpen.
Slide 11 - Question ouverte
Wat is het verschil tussen een begrotingstekort en een begrotingsoverschot?
Slide 12 - Question ouverte
Slide 13 - Vidéo
Wat is de volgorde?
Tijdlijn:
Ministeries leveren begroting in
Minister van financiën stelt rijksbegroting samen
Presenteren rijksbegroting en miljoenennota (3e dinsdag in September)
Debatten 1e en 2e kamer
Goedkeuring 1e en 2e kamer
Plannen worden toegepast
Slide 14 - Diapositive
Als de overheid meer uitgaven dan inkomsten verwacht, is er een
A
begrotingsoverschot
B
begrotingsevenwicht
C
begrotingsaanbod
D
begrotingstekort
Slide 15 - Quiz
Wat kan de overheid het best doen als ze geld tekort komen?
A
belasting verhogen
B
geld lenen
C
bezuinigen
D
banken privatiseren
Slide 16 - Quiz
Als de overheid meer uitgaven dan inkomsten verwacht, is er een ...
A
begrotingsoverschot.
B
begrotingsevenwicht.
C
begrotingsaanbod.
D
begrotingstekort.
Slide 17 - Quiz
Een land geeft 1,8 miljard uit aan collectieve goederen. Het jaar daarop is dit 2,3 miljard. Met hoeveel procent zijn de uitgaven toegenomen?
A
23,8 %
B
27,77 %
C
2,8 %
D
72 %
Slide 18 - Quiz
Als de overheid meer uitgaven dan inkomsten verwacht, is er een