6.4 de macht van de vorsten

6.4 de macht van de vorsten
Geschiedenis VWO1
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

6.4 de macht van de vorsten
Geschiedenis VWO1

Slide 1 - Diapositive

Deze les
  • korte terugblik naar 6.3 (de macht van de kerk)
  • Centralisatie. Waar in Europa? 
  • Uitleg
  • Opdracht.

Slide 2 - Diapositive

Waarom was het bouwen van kerken en kathedralen zo belangrijk voor de Middeleeuwse mens? Noem 2 redenen.

Slide 3 - Question ouverte

Waarom kochten veel mensen in de Middeleeuwen een aflaat bij de kerk?

Slide 4 - Question ouverte

Bestudeer de bron.
In de tijd van steden en staten ontstond in Nederland een landbouwstedelijke samenleving.
Gaat de bron over een oorzaak of over een gevolg van die ontwikkeling? En is dat direct of indirect?
A
directe oorzaak
B
direct gevolg
C
indirecte oorzaak
D
indirect gevolg

Slide 5 - Quiz

Leerdoelen
Aan het eind van deze les:
  • weet je hoe de macht van de Duitse vorst afnam
  • kun je verklaren hoe de Franse koning machtiger werd
  • kun je verklaren hoe de macht van de Engelse koning zich ontwikkelde
  • kun je het begrip "centralisatie" uitleggen
  • weet je op welke manier Europese vorsten hun land als eenheid gingen besturen

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Duitsland
  • koningschap was niet erfelijk: koningen gekozen door keurvorsten
  • vier hoge edelen en drie bisschoppen 
  • koning koos op zijn beurt weer  bisschoppen, dit werden vaak leenmannen
  • paus bracht hier verandering in

Slide 8 - Diapositive

Strijd 
  • benoemen van bisschoppen = investituur
  •  Paus Gregorius vond dit een taak voor de kerk
  • gevolg: strijd om de macht tussen paus en vorst = investituurstrijd 
  • gewonnen in 1122 door de paus
  • afspraken: paus benoemt bisschoppen, daarentegen mogen bisschoppen wel leenman blijven 

Slide 9 - Diapositive

Engeland
  • Engelse koning vaak in oorlog met Frankrijk
  • oorlog = duur --> edelen waren hier niet blij mee
  • Edelen veroverden de Engelse koning Jan zonder land: lieten hem in 1215 de Magna Carta ondertekenen

  • Magna Carta: document waarin staat dat de koning zich aan de wetten moet houden
  • Ook  moet hij toestemming vragen als hij de belasting wil verhogen 

Slide 10 - Diapositive

Frankrijk
Situatie is anders dan in Engeland: vorst werd juist machtiger 

  • Na de val van het Frankische rijk had de vorst alleen nog macht rondom zijn paleis in Parijs
  • door oorlog, huwelijken en erfenissen vergrootten vorsten hun macht 

  • Hiernaast werd er tussen 1337 en 1453 oorlog gevoerd in Frankrijk; de  100-jarige oorlog
       - de Engelse koning en de Franse edelen probeerden de Franse koning van de troon te                        stoten 
  • winst voor de Franse vorst Karel II met behulp van Jeanne D'arc 

Slide 11 - Diapositive

Jeanne D'arc
  • tijdens 100 jarige oorlog verloor Franse koning Karel II veel gebied aan de Engelse
  • Jeanne D'arc kreeg een goddelijke boodschap om Frankrijk te redden
  • kreeg legerleiding (verkleed als man) en won vele veldslagen
  • dit stelde de Franse troon veilig
  • met Jeanne D'arc liep het niet goed af (brandstapel)

Slide 12 - Diapositive

Jeanne D'arc
https://schooltv.nl/video-item/in-levenden-lijve-in-de-klas-jeanne-darc


Slide 13 - Diapositive

Vorsten worden machtig 
Vorsten kregen veel geld binnen d.m.v.  stadsrechten
  • van belastinggeld namen zij een eigen bestuur in dienst en betaalden een eigen leger-->  macht  van leenmannen neemt af
  • koningen bestuurden hun land steeds meer als eenheid d.m.v.  rechtbanken en wetten = staatsvorming
  • hierdoor bestuurden koningen het land vanuit één centrale plek = centralisatie 

Slide 14 - Diapositive

invloed van de burgers
  • burgers betaalden belasting en wilden daardom  ook meer inspraak
  • derde stand voor burgerij
  • had de koning advies nodig? Dan riep hij de drie standen bij elkaar om te vergaderen 
  • in Engeland heet dit het parlement, in NL heet dit de Staten-Generaal

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

 Zelf aan de slag/huiswerk
* Lezen paragraaf 6.4 (belangrijke punten arceren)

Onderzoekje: In welk land was het meeste centralisatie (Duitsland, Engeland of Frankrijk)? Zie bestanden Teams H6

Slide 18 - Diapositive