§35 Piet Paaltjens

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

Fijne vakantie gehad?

• 16 november: start toetsweek
  
• Nederlands: PW Dautzenberg hdst. 3 en 4 (val. 3)
• Nog behandelen: §35, 36, 38 en 39

Deadlines

• 28 oktober (a.s. woensdag): portfolio 2
• 4 december: boekverslag 2

Wat hebben we ook alweer gedaan? 

De verlichting (H3)

De Nederlanders die streefden naar meer democratie

De opvatting dat het verstand in principe alle problemen kan oplossen.

Didactisch-moraliserende tijdschriften uit de 18e eeuw. ____ tijdschriften

Fictionele reisbeschrijving die wordt voorgesteld als non-fictie

Auteur van Proeve van kleine gedichten voor kinderen (1778). Voor- en achternaam.

Wat hebben we ook alweer gedaan? 

en vervolgens gingen we door naar De romantiek (H4)

Het romantische verlangen naar een onbereikbaar geluk.

1. Weltzschmerz
2. Sehnsucht

Romantiek

Verlichting

Spitse torens

Koepels

Tekenen

Schilderen

Deïsme

Persoonlijk geloof

Realisme

Escapisme

Inspiratie uit: oudheid

Inspiratie uit: middeleeuwen

Natuur

Stad

Bohémien is de aanduiding voor een bepaald soort schrijver uit de Romantiek.

1. Waar
2. Niet waar

Escapisme is het willen ontsnappen aan de wereld zoals die hier en nu is.

1. Waar
2. Niet waar

De roman ontstond in de tijd van de Romantiek.

1. Waar
2. Niet waar

De Camera Obscura van Nicolaas Beets (Hildebrand) is een typisch werk uit

1. de Verlichting
2. de Romantiek
3. het Realisme

Blz. 88

WB 35.2a 

(blz. 29)

In het diepst van het woud

– 't Was al herfst en erg koud –

Liep een heer in zijn eentje te dwalen.

Och, zijn oog zag zo dof!

En zijn goed zag zo slof!

En hij tandknerste, als was hij aan 't malen.

 

“Ha!” dus riep hij verwoed,

“'k Heb een adder gebroed

Neen, erger, een draak aan mijn borst hier!”

En hij sloeg op zijn jas,

En hij trapte in een plas;

't Spattend slik zijn boordje bemorst schier.

• Zag zo dof - Zat zo slof (strofe 1) 
  
  
• borst hier - beschmorst schier (strofe 2)

WB 35.2

• B: Anapest (hoef je niet te kennen. Het voornaamste wat je moet herkennen is dat het een vrolijk metrum is, bij een melancholische inhoud)
  
  
• C: 'Op zijn dode gemak' (strofe 4)
  

In het diepst van het woud

– 't Was al herfst en erg koud –

Liep een heer in zijn eentje te dwalen.

Och, zijn oog zag zo dof!

En zijn goed zag zo slof!

En hij tandknerste, als was hij aan 't malen.

 

“Ha!” dus riep hij verwoed,

“'k Heb een adder gebroed

Neen, erger, een draak aan mijn borst hier!”

En hij sloeg op zijn jas,

En hij trapte in een plas;

't Spattend slik zijn boordje bemorst schier.

1. En hij tandknerste, als was hij aan 't malen
   
2. Neen, erger, een draak aan mijn borst hier
3. 't Spattend slik zijn boordje bemorst schier

WB 35.2E

• R. 14-15
  
• R. 16-17
  
• R. 52-53
  

Wat vinden jullie van dit gedicht? Geef antwoord in één woord. Je mag meerdere keren iets inleveren.

§35: Francois Haverschmidt

(1835-1894)

Francois HaverSchmidt

Piet Paaltjens

'medestudent'

- 1855 intrede in een studentenalmanak

- uit Friesland

- student in Leiden

- woonde boven een bidder

- kwelling door Weltschmerz

HaverSchmidt

- Groeide op in Leeuwarden [opa was plattelandspredikant]

- In zijn tussenjaar (1851) las hij o.a. veel Goethe en Dickens

- 1852: studie Theologie in Leiden

- Lid van studentenvereniging, schreef in studentenalmanak onder pseudoniem

- 1858: Klaar met studie, terug naar Leeuwarden

- dominee in Den Helder, Schiedam

- last van depressies

De poëzie

• 1867: Snikken en Grimlachjes
• Twijfel aan het geloof
• Thema's: liefde en doodsverlangen
• Gedichten vol ironie, parodie en Weltschmerz

0

Aan de slag!

WB 35.1 ('Aan Betsy') - blz. 28-29

Klaar?

Tussentoets §29-33