Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 90 min
Éléments de cette leçon
Herhaling
H1 Vermogensbehoefte
H2 Liquiditeit en solvabiliteit
Slide 1 - Diapositive
Vermogensbehoefte
Slide 2 - Diapositive
Hoe bereken je de Operationele cashflow?
A
winst voor belasting - afschrijving
B
winst na belasting + afschrijving
C
winst na belasting - afschrijving
D
winst voor belasting + afschrijving
Slide 3 - Quiz
Cashflow
Een onderneming doet een uitgave voor de benodigde investeringen en aan het eind krijgt ze de restwaarde weer terug. Gedurende het project zijn er ontvangsten en uitgaven.
Het verschil tussen deze ontvangsten en uitgaven is de operationele cashflow.
Berekening:
winst na belasting + afschrijvingen = CF
Gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit
Wordt berekent om te beoordelen of een bepaalde investering, of investeringen, of bepaalde investeringsprojecten de moeite waard is of zijn.
Berekening:
Gemiddelde winst na belasting per jaar= GBR
Gemiddelde geïnvesteerd vermogen
Slide 4 - Diapositive
Over boekjaar 2022 zijn van een groothandel DABY de volgende gegevens over de debiteuren verzameld. 1 januari 2022 € 150.000. 1 april 2022 € 170.000 1 juli 2022 € 140.000 1 oktober 2022 € 180.000 31 december 2022 € 180.000.
Wat is de de debiteurenkern?
Slide 5 - Question ouverte
Handelsonderneming Klaasen bv verhandelt onderhoudsproducten. - De voorraad in 2022 heeft de volgende vermogensbehoefte. 1e kwartaal 2022 € 124.000. 2e kwartaal 2022 € 100.000 3e kwartaal 2022 € 170.000. 4e kwartaal 2022 € 137.000 - De inkoopwaarde van de verkopen bedraagt € 994.000. - Het jaar heeft 360 dagen. Gevraagd: Wat is de kleinste vermogensbehoefte van de voorraad in 2022?
Slide 6 - Question ouverte
Handelsonderneming Klaasen bv verhandelt onderhoudsproducten. - De voorraad in 2022 heeft de volgende vermogensbehoefte. 1e kwartaal 2022 € 124.000. 2e kwartaal 2022 € 100.000 3e kwartaal 2022 € 170.000. 4e kwartaal 2022 € 137.000 - De inkoopwaarde van de verkopen bedraagt € 1.994.000. - Het jaar heeft 360 dagen. Gevraagd: Wat is de gemiddelde voorraadduur
Slide 7 - Question ouverte
Liquiditeit:
De mate waarin een onderneming in staat is haar kortlopende schulden tijdig te betalen.
Solvabiliteit:
De mate waarin een bedrijf in staat is om bij verkoop alle schulden te betalen.