Les 11 Herhaling

4-havo herhaling pluriforme samenleving
Les 11Herhaling pluriforme samenleving 
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

4-havo herhaling pluriforme samenleving
Les 11Herhaling pluriforme samenleving 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vendee uitwisseling

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesplanning

  • Korte herhaling elke § met vragen 
  • (Zelf aan de slag)
  • Afsluiting 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat leer ik deze les?
Na deze les kun/weet jij...

...wat er van je wordt verwacht op de toets 
...antwoord geven op vragen die aansluiten bij elke §



Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De pluriforme samenleving?
Toetsstof §4.1, §4.2, §4.3, §4.6 en §4.7

LET OP: niet 4.2.2. en 4.2.3

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

4.1 Wat is een pluriforme samenleving

een samenleving waarin veel verschillen tussen mensen bestaan in levensstijl, godsdienst en andere cultuurkenmerken

  • Cultuur en kenmerken
  • Functies (3)
  • Dominante cultuur & Subcultuur 
  • Culturele diversiteit (6 factoren)
  • Cultuur = dynamisch (tegencultuur)
  • Sociale cohesie 

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Culturen
Cultuur 
Normen en waarden
Ervaringen
gewoontes
Aan verandering onderhevig: door bijv. tijd en plaats.
  1. Bepaalt een deel van je persoonlijkheid. 
  2. Gemeenschappelijk referentiekader 
  3. Richting aan denken van mensen en werkt gedragsregulerend.  
Functies van cultuur:
Dominante cultuur 
Subcultuur 
Tegencultuur 

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een pluriforme samenleving is..
A
Een samenleving waar culturen naast elkaar leven
B
Een samenleving van mensen met verschillende culturen en leefstijlen.
C
Een samenleving waar alleen een dominante cultuur is
D
Een samenleving waarin veel subculturen verboden zijn.

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

NL is pas sinds de jaren 60 van de vorige eeuw een pluriforme samenleving
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Cultuur: 1. ordent het gedrag 2. draagt bij aan je identiteit 3. zorgt voor een gemeenschappelijk referentiekader
A
Alleen 1 is juist
B
1 en 3 zijn juist
C
2 en 3 zijn juist
D
Allen zijn juist

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als de meerderheid van de bevolking cultuurkenmerken deelt, is er sprake van een subcultuur
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bas (17) is tijdens carnaval ontzettend trots op zijn provincie: "Wij Limburgers weten hoe we carnaval moeten vieren. Maanden zijn we bezig met de voorbereidingen voor een originele outfit"
Dit is een voorbeeld van een subcultuur per....
A
tijd
B
plaats
C
groep
D
generatie

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Cultuur blijft altijd hetzelfde.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

4.2 Cultuur en identiteit
  • Socialisatie & instituties 
  • Persoonlijke & sociale identiteit

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Cultuuroverdracht
Socialisatie vind plaats op verschillende manieren: 
  • imitatie
  • informatie
  • sociale controle
  • Sancties
  • Internalisatie 

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Socialisatie: hoe wordt je wie je bent?
Aangeboren eigenschappen
Socialisatie
Sociale controle
Internalisatie
Wat je erft; DNA
Je omgeving let op hoe jij je gedraagt
Wat je leert
waarden
normen
gewoontes
door 
aanwijzingen
imitatie
ervaringen
Automatiseren van gedrag

Je denkt er niet meer over na

Het gedrag is normaal, het vormt deel van je identiteit

Slide 16 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet het proces waarbij mensen normen en waarden leren van de samenleving waar ze bij horen?
A
Identiteitsvorming
B
Institutionalisering
C
Socialisatie
D
Internalisatie

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

4.3 Wij en zij

  • Ingroup & outgroup
  • Wij-zij-denken
  • Stereotypen & vooroordelen 
  • Categoriseren/ hokjesdenken
  • Stereotypen & vooroordelen
  • Discriminatie 
  • (Institutioneel) racisme 
  • Sociale ongelijkheid 
  • Xenofobie
  • Polarisatie & sociale cohesie 
  • Inclusieve samenleving

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nederlanders zijn gierig. Dat is een ...
A
vooroordeel
B
stereotype
C
feit

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Dit is een voorbeeld van sociale cohesie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Migratie & vluchtelingen
3 redenen tot migratie
- Economisch
Bijv. verhuizen omdat er in een ander land meer kansen zijn
- Politiek
Bijv. verhuizen door oorlog of dreigende vervolging
-Sociaal
Bijv. verhuizen voor familie of de liefde

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Politiek motief
Persoonlijk motief
Economisch motief
Vluchten voor vervolging
Vluchten voor geweld
Arbeidsmigranten
Kennismigranten
Economische vluchteligen
Gezinsvorming
Gezinshereniging

Slide 22 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Definities
  • Vluchteling of asielzoeker = iemand die asiel aanvraagt nadat zij is gevlucht voor politieke omstandigheden.
  • Arbeidsmigrant = iemand die verhuist voor economische omstandigheden, vaak laaggeschoold werk.
  • Kennismigrant = iemand die hun kennis hier toevoegen.
  • Volgmigranten = personen die vanwege sociale redenen immigreren.
  • Illegalen = personen zonder wettige of lopende asielstatus.

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn arbeidsmigranten?
A
Mensen die naar een ander land verhuizen voor een vakantie
B
Mensen die naar een ander land verhuizen om te emigreren
C
Mensen die naar een ander land verhuizen om te studeren
D
Mensen die naar een ander land verhuizen om daar te werken

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

vluchteling
vroegere koloniën

arbeidsmigrant

Slide 25 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Jan trouwt met de Duitse Birgit. Hier is sprake van...?
A
Gezinshereniging
B
Gezinsvorming

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

4.6 Patronen van integratie
  • Assimilatie
  • Integratie
  • Segregatie

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Twee Turkse meisjes: “Natuurlijk houden we ons aan de ramadan. Dat hebben we van thuis meegekregen. Maar we vieren ook carnaval. Dan gaan we drie dagen lang verkleed de straat op. Alleen drinken we fris in plaats van bier.” Dit is een voorbeeld van...
A
Integratie
B
Assimilatie
C
Segregatie
D
Wederzijdse aanpassing

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Drie fasen integratieproces 
Drie fasen van integratie
 
1) Vermijding & segregatie
2) Conflict --> 3 soorten
Sociaal-cultureel
Sociaaleconomisch
Politiek-juridisch
3) Aanvaarding

Niet alle integratieprocessen verlopen op
deze manier --> periode


Slide 29 - Diapositive

Vermijding: ruimtelijke segregatie: wijken, scholen. Mensen met sociale en etnische achtergrond trekken naar elkaar toe.(groepsidentiteit/ sociale controle)                 
Conflict: Botsingen tussen nieuwkomers en autochtone bevolking 

Aanvaarding en erkenning: accepteren van verschillen 
Bij welk conflict/fase past deze situatie het best: “Mijn migratieachtergrond speelt een belangrijke rol in m’n leven, toch voel ik me vooral Nederlander.”
A
Sociaaleconomisch conflict
B
Sociaal-cultureel conflict
C
Politiek-juridisch conflict
D
Aanvaarding

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is GEEN voorbeeld van polarisatie?
A
Klimaatdrammers vs Klimaatontkenners
B
AZC Weg er mee vs Vluchtelingen Welcome
C
Kick Out Zwarte Piet vs Black Lives Matter
D
Viruswappies vs Vaccinatieschaapies

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Integratie
Segregatie
Assimilatie

Slide 32 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

4.7: NL verandert
  • Vroeger en nu (verzuiling; ontkerkelijking)
  • Individualisering: vrijheid en verantwoordelijkheid; bindingen
  • Globalisering: verrijking & bedreiging; nationalisme 
  • Emancipatie: verschillende minderheden
  • Welke kant gaat NL op?

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maken verplichte opdrachten 
§4.2: 5 en 8
§4.3: 3 en 11
§4.6: 6 en 9
§4.7: 4 en 8
Klaar? Bezig met ander vak
Huiswerkcontrole 

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Volgende les

HW controle 

Hoe leren & werkvormen 

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 36 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions