Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Afronding Thema Pluriforme Samenleving
Afronding Pluriforme Samenleving
en paragraaf 4.7 Allemaal burgers
en 4.8
1 / 27
suivant
Slide 1:
Diapositive
Maatschappijleer
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Cette leçon contient
27 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
15 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Afronding Pluriforme Samenleving
en paragraaf 4.7 Allemaal burgers
en 4.8
Slide 1 - Diapositive
1. Wat betekent ook alweer 'Pluriform' in de pluriforme samenleving?
A
Een open en tolerante samenleving
B
Een samenleving veel verschillende culturen
C
Een samenleving vol paraplu's en parasols
D
Een samenleving vol migranten
Slide 2 - Quiz
2. Geef een voorbeeld van een maatschappelijk gevolg van vooroordelen:
Slide 3 - Question ouverte
Wat zou de overheid hiermee willen bereiken?
Slide 4 - Diapositive
3. Wat zou de overheid met zo'n campagne willen bereiken?
Slide 5 - Question ouverte
4. Wat betekent sociale cohesie?
A
Onderlinge verbondenheid.
B
Sociale ongelijkheid.
C
Onderlinge vriendschap.
D
Wanneer de omgeving op jou let
Slide 6 - Quiz
5. Welke motieven voor migratie naar Nederland zijn er ook alweer?
Slide 7 - Carte mentale
6. Sleep de personen naar de juiste categorie migranten:
Migranten uit vroegere koloniën
Gastarbeiders
Vluchtelingen
Arbeidsmigranten binnen de EU
Kennismigranten buiten de EU
Dominika uit Polen is op zoek naar een baan als stewardess in Nederland.
Jörgen uit Suriname wil hier carrière maken als comedian.
Zhou Yu wil Duitsland als ICT'er aan het werk.
Rachid heeft Noord-Soedan verlaten omdat het er niet langer veilig was.
Debo kwam hier om te helpen met de wederopbouw na WOII.
Slide 8 - Question de remorquage
De beste omschrijving van socialisatie is dat mensen
A
Waarden en normen krijgen overgedragen
B
Sancties leren waarderen
C
Subculturen leren kennen
D
Kenmerken van de dominante cultuur leren kennen
Slide 9 - Quiz
Internalisatie is
A
Als je weigert andere normen en waarden te leren en gebruiken
B
Als je een persoonlijke identiteit ontwikkelt
C
Als je je vooral inzet op individualisme
D
Als je je gedraagt zoals men van je verwacht
Slide 10 - Quiz
als je een vooroordeel hebt over een hele groep mensen noem je dat:
A
een vooroordeel
B
een stereotype
C
tolerant zijn
D
discriminatie
Slide 11 - Quiz
als je tolerant bent dan:
A
Vind je het prima als mensen andere normen en waarden hebben dan jij
B
Vind je het lastig als mensen andere normen en waarden hebben dan jij
C
Ga je graag mee in de normen en waarden van een ander
D
Maak je ruzie als iemand het niet met je eens is
Slide 12 - Quiz
7. Wat bedoelen ze met volgmigratie?
Slide 13 - Question ouverte
8. Wie bepaalt of vluchteling in Nederland mag blijven om asielzoeker te worden?
A
De Nederlandse overheid
B
Ministerie van Justitie en Veiligheid
C
Minister van Buitenlandse zaken
D
De Immigratie en Naturalisatiedienst [IND]
Slide 14 - Quiz
9. Leg in eigen woorden uit wat er wordt bedoeld met assimilatie, segregatie en integratie.
Slide 15 - Question ouverte
10. Hoe zie je dat Nederland een open samenleving is?
Slide 16 - Carte mentale
Wat is een voorbeeld/zijn voorbeelden van een tegencultuur ?
A
Feministen
B
Anonymous
C
Surinamers
D
Daesh/IS
Slide 17 - Quiz
De meeste Nederlanders vieren hun verjaardag.
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C
Tegencultuur
Slide 18 - Quiz
Op het pieperfestival in Emmeloord wordt een uniek feest gevierd waar onder andere gratis patat wordt uitgedeeld.
A
Dominante cultuur
B
Subcultuur
C
Tegencultuur
D
Etnische subcultuur
Slide 19 - Quiz
Dominante cultuur
Subcultuur
Slide 20 - Question de remorquage
Anti-kapitalisten zijn een voorbeeld van een
A
Dominante cultuur
B
subcultuur
C
tegencultuur
D
autonome cultuur
Slide 21 - Quiz
I. Als je hier woont, kun je soms uren rondlopen zonder dat je een bekende tegenkomt.
II. Hier is meer sprake van sociale cohesie.
A
I heeft te maken met stadscultuur en II met de cultuur van jongeren.
B
I heeft te maken met plattelandscultuur en II met stadscultuur.
C
I heeft te maken met stadscultuur en II met plattelandscultuur.
D
I heeft te maken met de cultuur van ouderen en II met de cultuur van jongeren.
Slide 22 - Quiz
Dit plaatje is een voorbeeld van:
A
De dominante cultuur
B
Een bedrijfscultuur
C
Een subcultuur
D
Een etnische cultuur
Slide 23 - Quiz
Maak de zin af: een subcultuur is de...
A
Cultuur van het hele land
B
cultuur van een kleine groep mensen
C
cultuur van een grote groep mensen
Slide 24 - Quiz
In een wijk met weinig sociale cohesie is er ook weinig sociale onveiligheid
A
Goed
B
Fout
Slide 25 - Quiz
Slide 26 - Diapositive
Ik snap het thema Pluriforme Samenleving:
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 27 - Sondage
Plus de leçons comme celle-ci
Afronding Thema Pluriforme Samenleving
Mai 2022
- Leçon avec
13 diapositives
Maatschappijleer
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
4.4 Migratie
Mai 2023
- Leçon avec
26 diapositives
Maatschappijleer
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
4-havo herhaling pluriforme samenleving
Juin 2023
- Leçon avec
29 diapositives
Maatschappijleer
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Les 11 Herhaling
Mars 2024
- Leçon avec
40 diapositives
Maatschappijleer
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Pluriforme samenleving herhaling
Février 2022
- Leçon avec
22 diapositives
Les 11 Herhaling
Juin 2024
- Leçon avec
36 diapositives
Maatschappijleer
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
6.2 Hoe kijk je tegen anderen aan
Novembre 2022
- Leçon avec
47 diapositives
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 3
havo 4 pluriforme samenleving 1
Avril 2022
- Leçon avec
47 diapositives
Maatschappijleer
Middelbare school
havo
Leerjaar 4