Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 15 min
Éléments de cette leçon
Metabolisme = Stofwisseling
Intensiteit van metabolisme = snelheid van metabolisme
Basale metabolisme = minimale metabolisme, nodig voor processen die altijd doorgaan.
Slide 1 - Diapositive
Intensiteit metabolisme?
Slide 2 - Carte mentale
Warmbloedig: constante lichaamstemperatuur
Koudbloedig: lichaamstemperatuur is gelijk aan omgevingstemperatuur.
Slide 3 - Diapositive
Zie afbeelding. Bij welke van beide kikkers is de intensiteit van de basale stofwisseling het hoogst?
Slide 4 - Question ouverte
Zie afbeelding. Bij welke van beide muizen is de intensiteit van de basale stofwisseling het hoogst?
Slide 5 - Question ouverte
Zie afbeelding. In welke van de vier bakken zal het zuurstofgehalte het sterkst dalen??
Slide 6 - Question ouverte
Zie afbeelding. In welke van de vier bakken zal na enige tijd het CO2 gehalte het laagst zijn??
Slide 7 - Question ouverte
We hebben een olifant en een muis bij 5 °C. Bij welke is de intensiteit van het basale metabolisme het grootst?
Slide 8 - Question ouverte
www.bioplek.org
Slide 9 - Lien
Oppervlakte - inhoud
Een groot dier heeft ten opzichte van de inhoud een kleinere oppervlakte dan een klein dier.
Hierdoor verliest een klein dier meer warmte via de huid dan een groot dier. Een klein dier heeft daardoor een hogere intensiteit van het basale metabolisme.