Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Unité 2 les 3
Unité 2 - le français partout
1 / 34
suivant
Slide 1:
Diapositive
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Cette leçon contient
34 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Unité 2 - le français partout
Slide 1 - Diapositive
Welke landsnamen kennen jullie in het Frans?
Slide 2 - Carte mentale
Welke talen spreken mensen in de verschillende landen? Schrijf de talen op in het Frans
Slide 3 - Carte mentale
Wanneer gebruik je 'en', wanneer 'au' en wanneer 'aux' om te zeggen, ik woon in ....( naam land)
Slide 4 - Question ouverte
Wat betekent 'autrefois'
A
andere keer
B
vroeger
Slide 5 - Quiz
Wat betekent 'partout'
A
overal
B
alles
Slide 6 - Quiz
Hoe vertaal je 'elke dag'
Slide 7 - Question ouverte
Hoe vertaal je 'de vreemde taal'
Slide 8 - Question ouverte
'Faire' betekent...
A
zijn
B
kunnen
C
hebben
D
maken, doen
Slide 9 - Quiz
'Aller' betekent
A
gaan
B
zijn
C
kunnen
D
willen
Slide 10 - Quiz
Aller
je
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
vais
vas
va
allons
allez
vont
Slide 11 - Question de remorquage
aller (je)
timer
0:20
Slide 12 - Question ouverte
aller (tu)
timer
0:20
Slide 13 - Question ouverte
aller (nous)
timer
0:20
Slide 14 - Question ouverte
aller (vous)
timer
0:20
Slide 15 - Question ouverte
faire
(doen)
il/elle/on
ils
tu
je/j'
font
fais
fait
fais
Slide 16 - Question de remorquage
Il (faire) ______ beau?
Slide 17 - Question ouverte
Ils (faire) ______ les devoirs?
Slide 18 - Question ouverte
Je (faire) ______ mes devoirs?
Slide 19 - Question ouverte
nous ______ (faire)
Slide 20 - Question ouverte
faire (tu)
timer
0:20
Slide 21 - Question ouverte
faire (vous)
timer
0:20
Slide 22 - Question ouverte
on ... (faire)
Slide 23 - Question ouverte
Op een schaal van 0-10:
hoe goed beheers je deze werkwoorden?
Slide 24 - Carte mentale
GRAMMAIRE
devoir = moeten
ik moet je dois
jij moet tu dois
hij moet il doit
wij moeten nous d
e
vons
jullie moeten vous d
e
vez
zij moeten ils doivent
Slide 25 - Diapositive
Passé Composé
voltooid deelwoord = dû
ik heb gemoeten j'ai
dû
jij hebt gemoeten tu as
dû
hij heeft gemoeten il a
dû
wij hebben gemoeten nous avons
dû
jullie hebben gemoeten vous avez
dû
zij hebben gemoeten ils ont
dû
Slide 26 - Diapositive
ik moet
Slide 27 - Question ouverte
jij moet
Slide 28 - Question ouverte
men moet
Slide 29 - Question ouverte
we moeten
Slide 30 - Question ouverte
jullie moeten / u moet
Slide 31 - Question ouverte
zij moeten
Slide 32 - Question ouverte
wij hebben gemoeten
(voltooid deelwoord = dû)
Slide 33 - Question ouverte
heb jij gemoeten?
Slide 34 - Question ouverte
Plus de leçons comme celle-ci
Unité 2 les 3
Novembre 2022
- Leçon avec
27 diapositives
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
aller, faire, devoir
Janvier 2022
- Leçon avec
28 diapositives
Voorbereiding PW
Décembre 2023
- Leçon avec
33 diapositives
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Verbes devoir, faire, aller
Octobre 2022
- Leçon avec
14 diapositives
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Chapitre 7 vanaf E
Juin 2020
- Leçon avec
10 diapositives
Frans
Middelbare school
Mijn proefles
Juin 2019
- Leçon avec
12 diapositives
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
U4 les 3
Mars 2023
- Leçon avec
15 diapositives
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Le lundi 22 janvier (H3c-s04)
Janvier 2024
- Leçon avec
13 diapositives
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3