Woche 50

• Duits
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

A2a Duits, Woche 50

Beginopdracht

Diese Woche:

Donnerstag (40 Min.)

SO woordjes 

Lektion 4 + 5

HW nakijken

Freitag (80 Min.)

Uitval

Montag (40 Min.)

HW nakijken

Start Lektion 7

LWS Lektion 7

Start Lektion 7

KB S. 49-51 (3-11)
AB S. 58-63 (1-18)

Possessivartikel

= bezittelijk voornaamwoord

Welke zijn dat in het Nederlands?

mijn, jouw, zijn, haar

ons/onze, jullie, hun / Uw

Possessivartikel

	mnl	vrl	onz	mv
1	mein dein sein ihr	meine deine seine ihre	mein dein sein ihr	meine deine seine ihre
4	meinen deinen seinen ihren	meine deine seine ihre	mein dein sein ihr	meine deine seine ihre

Die Endung -in

Om een mannelijk zelfstandig naamwoord vrouwelijk te maken, zet je er de uitgang -in achter. Het lidwoord verandert dan ook, van der naar die: 

der Lehrer - die Lehrerin

der Schüler - die Schülerin

der Hausmeister - die Hausmeisterin

der Tänzer - die Tänzerin

der Sekretär - die Sekretärin

Die Endung -in

Bij sommige woorden komt er ook nog een Umlaut op de eerste klinker:

der Koch - die Köchin [Kuchin] ---> de kok, de kokkin

der Arzt - die Ärztin [Ertstin] ---> de arts mnl., de arts vrl.

En soms gebeurt dit (net als in het Nederlands):

der Hausmann - die Hausfrau

An die Arbeit

Voor donderdag af:

AB Aufgabe 1-9 (S. 58-60)

En leren: LWS Lektion 4 + 5, S. 40 & 47.

Voor volgende week maandag af:

AB Aufgabe 10-18 (S. 61-63)

En leren: LWS S. 64, helemaal

LWS Lektion 7

AB S. 64

Hausaufgaben für Freitag

- Maken:

- Leren: 

Hausaufgaben für Montag

- Maken: 

- Leren: