§5.3 Fotosynthese Les 4

Vorige §: planten groeien.

Een plant krijgt bloemen. Dit is een voorbeeld van...
A
Groei
B
Ontwikkeling
1 / 20
suivant
Slide 1: Quiz
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Vorige §: planten groeien.

Een plant krijgt bloemen. Dit is een voorbeeld van...
A
Groei
B
Ontwikkeling

Slide 1 - Quiz

Water wordt door een plant vervoerd door.....
A
houtvaten van beneden naar boven
B
bastvaten van boven naar beneden
C
houtvaten van boven naar beneden
D
bastvaten van beneden naar boven

Slide 2 - Quiz

§5.3 Planten Voeden zich

Slide 3 - Diapositive

Leerdoelen

  • Je kunt de stoffen opnoemen die een plant opneemt. (en waar)

  • Je kunt fotosynthese beschrijven. (+ welke stoffen er ontstaan)

  • Je weet en kunt toepassen in welke organellen fotosynthese plaatsvindt.

  • Je weet welke andere soorten stoffen een plant van glucose kan maken.

  • Je weet en kunt toepassen waar planten reservestoffen kunnen opslaan.

  • Je kent de begrippen parasiet en gastheerplant en kunt dit toepassen.

Slide 4 - Diapositive

Een plant neemt water en mineralen op uit de grond.


Mineralen:
kalk, ijzer, stikstof, fosfaat in grondwater

Slide 5 - Diapositive

Een plant neemt koolstofdioxide  (CO2) op uit de lucht

Door de huidmondjes
 in bladeren.

Slide 6 - Diapositive

mineralen
In alle bladgroenkorrels
vindt fotosynthese plaats.

Zonne-energie wordt gebruikt om glucose te maken.

Glucose (druivensuiker) is een voedingsstof
glucose

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

fotosynthese
koolstofdioxide en water
worden door de bladgroenkorrels omgezet in
glucose  en zuurstof, hiervoor wordt zonne-energie gebruikt.
overdag is zuurstof een afvalstof

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Voor fotosynthese heeft een plant ..... nodig
A
Water en zuurstof
B
Glucose en licht
C
Water, koolstofdioxide en licht
D
Licht, zuurstof en koolstofdioxide

Slide 11 - Quiz

Planten bestaan niet alleen uit glucose.

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Zetmeel en vetten zijn de reserve stoffen van planten.

Vetten zit vaak in vruchten en zaden.
Zetmeel wordt in knollen en bollen opgeslagen.

Waarom heeft een plant reservestoffen nodig?
zetmeelkorrels

Slide 14 - Diapositive

Knollen
Dikke wortel of stengel onder de grond
aardappel, biet
Bollen
Dikke bladeren op elkaar
ui, tulp
Reservestof zetmeel opslaan.

Slide 15 - Diapositive

parasiet

Een plant die zelf geen bladgroenkorrels heeft.

Hij is vergroeid met een andere plant (gastheer) die hij gebruikt.

Slide 16 - Diapositive

Welke organismen leven van het voedsel dat de bladeren van planten maken?
A
De planten zelf
B
Dieren
C
De plant zelf, dieren en schimmels
D
Schimmels

Slide 17 - Quiz

Welke stof gebruikt een plant vooral voor de groei van de plant?
A
Eiwitten
B
Vetten
C
Zetmeel
D
Vitamines

Slide 18 - Quiz

Nu zelf aan de slag met.....

§5.3 leren
maken en nakijken 3 tm 11 en 14 en 15
werkboek!





Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo