Literatuur - herhaling begrippen - paragraaf 9.1 - De belofte van Pisa

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Literatuur

Cursus 1

Wat gaan we vandaag doen?

Lesdoel: herhaling literaire begrippen en deze kunnen toepassen op een tekst

- Huiswerk bespreken

- Herhaling begrippen

- Mano Bouzamour

- Tekst klassikaal lezen

- Opdrachten paragraaf 9.1 maken

Herhaling theorie

Perspectieven:

• Alwetend
• Personaal
  
• Ik-perspectief
  
• Mengvorm
  

Onbetrouwbaar perspectief?

Personages:

• Round character
  
• Flat character
  
• Type
  
• Karikatuur
  

Herhaling begrippen

Spanning:

• Open plekken
  
• Vooruitwijzingen
  
• Vorm van a-chronologie
  
• Wisseling van perspectief
  
• Onbetrouwbaar perspectief
  
• Cliffhanger
  

Herhaling begrippen

Chronologie:

• Flashback
  
• A-chronologie
  
• Vooruitwijzing
  
• Vertraging
  

Herhaling begrippen

Setting:

• plaats
• tijd
• omstandigheden

Functies van de gekozen ruimte:

• Karakterisering van een personage
• Sfeertekening
• Symbolisch

Herhaling begrippen

Verhaalmotief: opvallend verhaalelement dat steeds opnieuw terugkomt in het verhaal, hangt samen met het thema

Concreet: letterlijk (bijvoorbeeld servetjes, spiegel)

Abstract: niet letterlijk (angst, eenzaamheid, aftakeling, vriendschap, liefde)

Herhaling begrippen

Thema: waarover de schrijver de lezer wil na laten denken

Denk aan de motieven: samen leiden zij tot het thema

Bijvoorbeeld: De angst voor chaos en het verliezen van controle is terecht; niemand ontkomt aan de willekeur van het leven (W.F. Hermans)

Welke vier perspectieven zijn er?

Welk perspectief is het meest onbetrouwbaar?

1. ik-perspectief
2. personaal perspectief
3. alwetend perspectief
4. mengvorm

Hoe kan een schrijver voor spanning zorgen in een verhaal?

Wat is een open plek?

Een verhaal heeft een a-chronologische volgorde als er veel flashbacks in voorkomen.

1. Juist
2. Onjuist

De setting bestaat uit plaats, tijd en omstandigheden.

1. Juist
2. Onjuist

Wat is een verhaalmotief?

Een voorbeeld van een concreet verhaalmotief is hoop.

1. Juist
2. Onjuist

Wat is een thema?

Boekopdracht

- Volgende week woensdag: boekopdracht in de les maken (voor leerlingen in de fysieke les, de andere leerlingen gaan lezen in hun leesboek); de volgende les andersom

- H4C groep 2: woensdag 17 maart

- H4C groep 1: woensdag 24 maart

- H4D groep 2: woensdag 17 maart

- H4D groep 1: donderdag 18 maart

Cursus 4 - Paragraaf 9

• Blz. 179-181
  
• Tekst 1 klassikaal lezen
  
• Daarna in groepjes (ik deel ze in) opdr. 1 t/m 5 beantwoorden (breakoutrooms voor leerlingen thuis)
• Om de beurt stelt iemand een vraag, degene links van je moet antwoorden
  
• Zijn de anderen het met het antwoord eens? Zo ja, schrijf het antwoord op in je schrift. Zo niet? Overleg met elkaar wat wel het antwoord moet zijn en schrijf het dan op.
  
• Doel: oefenen met mondelinge vaardigheden -> boekgesprek
• Antwoorden in werkboek
• Leerlingen die de les online volgen leveren een foto van hun gemaakte werk in via LessonUp (slide 21). De link staat in het huiswerk van Magister (van vandaag). 

Lever hier een foto van je gemaakte werk in (blz. 178).

Vul hier het antwoord op vraag 1 (blz. 178) in.

Vul hier het antwoord op vraag 2 (blz. 178) in.

Vul hier het antwoord op vraag 3 (blz. 178) in.

Vul hier het antwoord op vraag 4 (blz. 178) in.

Vul hier het antwoord op vraag 5 (blz. 178) in.