G2A Paragraaf 2 de gletsjers

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Leerdoelen paragraaf 2

Je moet leren:

• hoe een gletsjer bijdraagt aan de afbraak en de opbouw van het landschap

• wat de kenmerken zijn van de bovenloop van de Rijn

• hoe de waterval van Schaffhausen is ontstaan

B-nummers:

• B83 Afvoer van verweringsmateriaal

• figuur 3.26: Afbraak en opbouw door water, ijs en wind.

• B86 IJstijden

• B87 Gletsjers

Begrippen:

bovenloop, eindmorene, erosie, firn, firnbekken, gemengde rivier, glaciaal, gletsjer, gletsjerpoort, gletsjerrivier, gletsjertunnel, grondmorene, ijstijd, interglaciaal, landijs, mechanische verwering, neerslag, U-dal, V-dal, verwering, verweringsmateriaal, zijmorene

Vandaag

Herhaling paragraaf 1 Verwering en erosie

Uitleg gesteentekringloop

Uitleg ijstijden

Uitwerking ijstijden

Uitleg ontstaan gletsjers

Uitwerking en afronden 

Wat moet er op A en B staan in de volgende zin?
''...A.. is het afslijpen van het aardoppervlak. Dit gaat heel gemakkelijk als het gesteente eerst door ...B.... is verbrokkeld.''

1. A= erosie en B= verwering
2. A= verwering en B= erosie

Je ziet zo twee foto's. Welke foto laat een oud gebergte zien en welke een jong gebergte?

1. foto 1 is een oud gebergte en foto 2 is jong
2. Foto 1 is een jong gebergte en foto 2 is oud
3. Ze zijn alle twee oud
4. Ze zijn alle twee jong

Wat voor een soort verwering zie je in deze foto?

1. Mechanische verwering
2. Biologische verwering
3. Chemische verwering

Wat voor een soort verwering zie je in deze foto?

1. Mechanische verwering
2. Biologische verwering
3. Chemische verwering

Wat voor een soort verwering zie je in deze foto?

1. Chemische verwering
2. Mechanische verwering
3. Biologische verwering

IJstijden

IJstijd = een periode waarbij er meer sneeuw in de winter valt dan er in de zomer weg smelt. Er vormen zich op het land ijskappen en gletsjers. 

Ander woord = Glaciaal 

Interglacialen

In de laatste 2,5 miljoen jaar zijn er veel ijstijden geweest. --> duren gemiddeld 80.000 tot 100.000 jaar. 

Tussen de glacialen door warmde het klimaat op aarde dan weer enkele graden op. Die perioden noem je interglacialen 

Aan de slag

1. Lees in je bb 86.

2. Maak opgave 1 van paragraaf 2 

3. Je doet dit alleen en in stilte

4. We gaan dit na afloop bespreken 

5. Ben je eerder klaar? Dan lees je paragraaf 2

 in het lesboek en probeer je de andere

 opdrachten ook te maken. 

Gletsjer = Een met nauwelijks waarneembare snelheid naar het dal schuivende ijstong, die hoog in de bergen begint in een verzamelbekken van sneeuw.

Firnbekken= Een verzameling van overjarige sneeuw hoog in de bergen.

Gletsjers

Aan de slag

Begin met de atlasopdrachten van paragraaf 1 en 2

Doe dit in tweetallen, fluisterend of alleen

In loop rond om te helpen 

paragraaf 2 1t/m5 wordt je huiswerk voor vrijdag