FTE
1 / 12
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Wat is een fte?
A
Een fte staat voor 'fulltime experience'.
B
Een fte staat voor 'fulltime employment'.
C
Een fte staat voor 'fulltime equivalent'.
D
Een fte staat voor 'fulltime engagement'.
Slide 2 - Quiz
Slide 3 - Diapositive
Hoe wordt fte berekend?
A
Het aantal vakantiedagen af te trekken van het totaal aantal werkdagen.
B
Het aantal gewerkte uren te delen door het aantal uren van een fulltime dienstverband.
C
Het aantal parttime werknemers te vermenigvuldigen met 0,5.
D
Het aantal werknemers te vermenigvuldigen met hun salaris.
Slide 4 - Quiz
Wat is het doel van het gebruiken van fte?
A
Fte wordt gebruikt om de winstgevendheid van een bedrijf te berekenen.
B
Fte wordt gebruikt om de totale omzet van een bedrijf te bepalen.
C
Fte wordt gebruikt om de vakantiedagen van werknemers in te plannen.
D
Fte wordt gebruikt om de totale arbeidsduur in een organisatie te standaardiseren en te vergelijken.
Slide 5 - Quiz
Wat is de formule om de fte te berekenen?
A
Totaal aantal uren * 40
B
Totaal aantal uren - 40
C
Totaal aantal uren + 40
D
Totaal aantal uren / 40
Slide 6 - Quiz
Wat is een FTE van 0.5 equivalent (gelijk) aan?
A
Halftime werknemer
B
Parttime werknemer
C
Contractor
D
Fulltime werknemer
Slide 7 - Quiz
Wat is de formule voor het berekenen van vakantiedagen, als je recht hebt op 25 vakantiedagen per jaar?
A
Aantal FTE / 25
B
Aantal FTE + 25
C
Aantal FTE x 25
D
Aantal FTE - 25
Slide 8 - Quiz
Hoeveel procent van het totaal aantal vakantiedagen is 0,8 fte?
A
90%
B
75%
C
60%
D
80%
Slide 9 - Quiz
Hoeveel vakantiedagen heb je recht op met 0,5 fte?
(25 dagen is de norm)
(25 dagen is de norm)
A
25 * 5 = 125
B
25 - 40 = 15
C
25 * 0,5 = 12,5
D
25 / 40 = 0,63
