H3L7 - 2HVMC - Donderdag 15 februari - Grammatica 3.7 - Lijdend/bedrijvend

Welkom 2THF : )


Planning van dit uur

  • Uitleg lijdende en bedrijvende vorm (LessonUp) 
  • Zelfstandig werken opdracht 1 t/m 6 van 3.7 Grammatica zinsdelen

Aan het einde van deze les
  • heb je geleerd wat de lijdende en bedrijvende vorm van een zin is;
  • kan je een lijdende en bedrijvende zin herkennen. 

timer
10:00
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Welkom 2THF : )


Planning van dit uur

  • Uitleg lijdende en bedrijvende vorm (LessonUp) 
  • Zelfstandig werken opdracht 1 t/m 6 van 3.7 Grammatica zinsdelen

Aan het einde van deze les
  • heb je geleerd wat de lijdende en bedrijvende vorm van een zin is;
  • kan je een lijdende en bedrijvende zin herkennen. 

timer
10:00

Slide 1 - Diapositive

Bas pakt zijn tas uit.

Wie is degene die iets doet - actief is - in deze zin?
A
Bas
B
zijn tas

Slide 2 - Quiz

Huiswerk bespreken
timer
5:00
Wat
Huiswerk bespreken (opdracht 3 t/m 5 + 7 van 2.8 Grammatica woordsoorten)
Hoe
Klassikaal
Hulp
Steek je vinger op als je een vraag hebt
Tijd
Ongeveer vijf minuten
Uitkomst
Deze leerstof komt terug op de repetitie 
Klaar
Hierna gaan we verder met de les

Slide 3 - Diapositive

Bas pakt zijn tas uit.

Wat is het onderwerp in deze zin?
A
Bas
B
zijn tas

Slide 4 - Quiz

De tas wordt door Bas uitgepakt.

Wie is degene die iets doet - actief is - in deze zin?
A
Bas
B
de tas

Slide 5 - Quiz

De tas wordt door Bas uitgepakt.

Wat is het onderwerp in deze zin?
A
Bas
B
De tas

Slide 6 - Quiz

Het onderwerp is dus niet altijd degene die iets doet in de zin

Slide 7 - Diapositive

Het onderwerp in de zin verricht de handeling uit het werkwoordelijk gezegde
Het onderwerp in de zin ondergaat de handeling uit het werkwoordelijk gezegde (onderwerp doet zelf niks)

Slide 8 - Diapositive

Actief/bedrijvend

Jara laat de hond uit

Jara = onderwerp
De hond = lijdend voorwerp
Passief/lijdend

De hond wordt uitgelaten

De hond = onderwerp

Slide 9 - Diapositive

Actief/bedrijvend

Jara laat de hond uit

Jara = onderwerp
De hond = lijdend voorwerp
Passief/lijdend

De hond wordt uitgelaten door Jara

De hond = onderwerp
'door Jara' = door-bepaling / bijwoordelijke bepaling

Slide 10 - Diapositive

Lijdende zin
  • Worden of zijn + voltooid deelwoord

  • Worden = onvoltooid / niet afgelopen
    De hond wordt door Jara uitgelaten
  • Zijn = voltooid / afgelopen
    De hond is door Jara uitgelaten 

Slide 11 - Diapositive

Samenvatting lijdende zin
  1. Het onderwerp doet zelf niets, maar ondergaat de handeling
  2. Er staat een door-bepaling in of die kun je erbij bedenken
  3. De zin bevat een vorm van het hulpwerkwoord worden of zijn + voltooid deelwoord 

Slide 12 - Diapositive

'De werking van de nieren wordt uitgelegd.'

A
Bedrijvende/actieve zin
B
Lijdende/passieve zin

Slide 13 - Quiz

'Jan maakt de oefeningen.'
A
Bedrijvende/actieve zin
B
Lijdende/passieve zin

Slide 14 - Quiz

'De oefeningen worden gemaakt.'
A
Bedrijvende/actieve zin
B
Lijdende/passieve zin

Slide 15 - Quiz

'Het boek wordt aan hem gegeven.'
A
Bedrijvende/actieve zin
B
Lijdende/passieve zin

Slide 16 - Quiz

'Ik geef hem een compliment.'
A
Bedrijvende/actieve zin
B
Lijdende/passieve zin

Slide 17 - Quiz

'Het compliment is in ontvangst genomen.'
A
Bedrijvende/actieve zin
B
Lijdende/passieve zin

Slide 18 - Quiz

Wat moet je kunnen op de repetitie?
Kunnen uitleggen wat de lijdende vorm en de bedrijvende vorm is.

Een lijdende zin in de bedrijvende vorm zetten.
En andersom.

Slide 19 - Diapositive