Renaissance

1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Noem de achternamen van 3 schrijvers uit de Renaissance.

Slide 2 - Carte mentale

Wie is geen schrijver uit de Renaissance?
A
Villon
B
Montaigne
C
Rabelais
D
du Bellay

Slide 3 - Quiz

Hoe heet het sonnet van Pierre de Ronsard?
A
Heureux qui, comme Ulysse
B
La Ballade des pendus
C
Gargantua
D
Quand vous serez bien vieille

Slide 4 - Quiz

Hoe heet de beroemde dichtersgroep in de Renaissance?

Slide 5 - Question ouverte

Welke spreuk is typerend voor de Renaissance?
A
Memento Mori
B
Carpe Diem
C
Les essais
D
Que sais-je?

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Diapositive

Van welke scrhijver is dit boek?
A
Pierre de Ronsard
B
François Rabelais
C
Michel de Montaigne
D
Marie de France

Slide 8 - Quiz

Wat is geen vormkenmerk van het sonnet?
A
14 regels
B
2 kwatrijnen
C
2 terzetten
D
envoi

Slide 9 - Quiz

Wat is geen kenmerk van de Renaissance?
A
humanisme
B
Klassieke Oudheid
C
hoofse liefde
D
kritisch denkvermogen

Slide 10 - Quiz

Welke genre hoort niet in de Renaissance?
A
ode
B
essais
C
ballade
D
sonnet

Slide 11 - Quiz

Waarom was de boekdrukkunst zo belangrijk in de Renaissance?

Slide 12 - Question ouverte

Hoe noem je zo'n kleine Middeleeuwse tekening?

Slide 13 - Question ouverte

Wat is een alexandrijn?

Slide 14 - Question ouverte

Wat is een homo universalis?

Slide 15 - Question ouverte

Wie hoort hier niet thuis?
A
Leonardo da Vinci
B
Chrétien de Troyes
C
Michel de Montaigne
D
Joachim du Bellay

Slide 16 - Quiz

Wat was het onderwerp van de tekst van Michel de Montaigne die we lazen?

Slide 17 - Question ouverte

Wat is geen genre uit de Renaissance?
A
romans satiriques
B
essais
C
sonnets
D
lais

Slide 18 - Quiz

Welke gebeurtenis is niet uit de Renaissance?
A
boekdrukkunst
B
ontdekking Amerika
C
Edict van Nantes
D
100-jarige oorlog

Slide 19 - Quiz

Hoe heet het manifest van Joachim du Bellay?
A
Défense et Illustration de la langue française.
B
Défense et Illustration de la langue de la Renaissance.
C
Défense et Illustration de la langue latine.
D
Défense et Illustration de la langue universelle.

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Diapositive

Waarom is dit kenmerkend voor de Renaissance?

Slide 22 - Question ouverte

Wie leefde niet in de Renaissance?
A
François Rabelais
B
Joachim du Bellay
C
Marie de France
D
Pierre de Ronsard

Slide 23 - Quiz

Wat betekent la Pléiade?

Slide 24 - Question ouverte

Leg de naam Renaissance uit

Slide 25 - Question ouverte