JCD1 Marketing les 7 2023

Marketing les 8
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
MarketingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Marketing les 8

Slide 1 - Diapositive

6 p's  begonnen met Product
Productmix bestaat uit:
  • Het (fysieke) product/ dienst
  • Merk
  • Assortiment
  • Verpakking
  • Service en garantie
  • Kwaliteit

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Merkvoorkeur
Je koopt graag hetzelfde merk, maar als dit er niet is koop je een vervangend merk

Slide 4 - Diapositive

Merktrouw
Je koopt alleen maar 1 bepaald merk. Als je daarvoor naar verschillende winkels (meer moeite moet doen)  zou moeten gaan, is dat prima. Je kiest niet voor een vervangend merk

Slide 5 - Diapositive

Battle of the brands 
 = strijd tussen fabrikantenmerk en huismerk

Slide 6 - Diapositive

Assortiment
geheel van producten/diensten dat door een bedrijf wordt aangeboden

  • Kernassortiment = hoofdzaak
  • Randassortiment = bijzaken


Slide 7 - Diapositive

Waarom zal een bedrijf werken met een Randassortiment?

Slide 8 - Question ouverte

Waarom zal een bedrijf werken met een Randassortiment?
  • Onderscheiden van concurrenten
  • Extra verkopen genereren

Slide 9 - Diapositive

Assortimentsdimensies
  • Breedte van het assortiment
  • Diepte van het assortiment
  • Hoogte van het assortiment
  • Lengte van het assortiment
  • Consistentie van het assortiment

Slide 10 - Diapositive

Assortimentsdimensies
  • Breedte van het assortiment = het aantal soorten productgroepen dat wordt aangeboden. 

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Assortimentsdimensies
  • Diepte van het assortiment =  het aantal verschillende producten dat binnen een bepaalde productgroep wordt aangeboden. 

Slide 13 - Diapositive

Diepte van assortiment
Relatief

Aldi <-->  AH <--> Kaasboer

Slide 14 - Diapositive

Assortimentsdimensies
  • Hoogte van een assortiment = het gemiddelde prijsniveau van de producten in het assortiment.

Slide 15 - Diapositive

Assortimentsdimensies
  • Lengte van een assortiment: het aantal producten dat op voorraad ligt van een assortiment.  

Slide 16 - Diapositive

Hoe heet het assortiment dat de consument zeker in een winkel verwacht?
A
assortimentsgroep
B
kernassortiment
C
randassortiment
D
smal assortiment

Slide 17 - Quiz

Als je praat over de prijzen van het assortiment van een winkel dan heb je het over de ……… van het assortiment
A
consistentie
B
hoogte
C
lengte
D
verwantschap

Slide 18 - Quiz

Wat is het assortiment?
A
Alle producten die een winkel verkoopt
B
Alle producten die een winkel niet verkoopt
C
Alle producten die iets met elkaar te maken hebben

Slide 19 - Quiz

Een assortiment moet:
A
overzichtelijk zijn
B
Uitgebreid zijn
C
Passen bij de doelgroep
D
divers zijn

Slide 20 - Quiz

Een … Heeft een smal en diep assortiment
A
Outletstore
B
Conveniencestore
C
Speciaalzaak
D
Warenhuis

Slide 21 - Quiz

Consistentie van Assortiment
Consistentie = De onderlinge relatie en de samenhang binnen de verschillende productgroepen. 

  • Productieverwantschap 
  • Koopverwantschap 
  • Consumptie/gebruiksverwantschap 


Slide 22 - Diapositive

Consistentie
Productieverwantschap = Artikelen worden bij elkaar gepresenteerd omdat ze allemaal dezelfde grondstof hebben of op dezelfde manier zijn geproduceerd.

Slide 23 - Diapositive

Consistentie
Koopverwantschap = Verwantschap tussen producten op basis van de wijze waarop ze worden gekocht. (aankoopmoeite)

Slide 24 - Diapositive

Consistentie
Consumptie/gebruiksverwant-schap = Van verwantschap is sprake als verschillende  Artikelen die bij elkaar passen als je kijkt naar het gebruik van het artikel.

Slide 25 - Diapositive

Aanboddifferentiatie
  • = aanbieder biedt verschillen aan in assortiment
  • bijv kaasboer gaat ook wijn en nootjes verkop

Slide 26 - Diapositive

Vraag differentiatie
  • = klant vraagt om verschillen in het assortiment

  • bijv. computerzaak die randapparatuur als USB sticks, cartridges en papier verkoopt

Slide 27 - Diapositive

De aard en mate samenhang van het assortiment noem je ook wel..
A
artikelvariëteit
B
consistentie
C
assortimentsbeleid
D
kernassortiment

Slide 28 - Quiz

Het assortiment is ingedeeld op het koopgedrag van de consument... dit hoort bij
A
Productieverwantschap
B
Consumptieverwantschap
C
Koopverwantschap

Slide 29 - Quiz

Wat is kenmerkend voor een assortiment van een speciaalzaak? Het assortiment is
A
Breed en diep
B
Breed en ondiep
C
Smal en diep
D
Smal en ondiep

Slide 30 - Quiz

Wie heeft een dieper assortiment
A
Kaasspeciaalzaak
B
Supermarkt
C
Praxis
D
C&A

Slide 31 - Quiz

Een schoenenwinkel is heel zorgvuldig bij de samenstelling van het assortiment. De winkel biedt heel veel verschillende merken, modellen en kleuren aan.

Van welke dimensie van het assortiment is hier sprake?

A
Breedte
B
Consistentie
C
Diepte
D
Lengte

Slide 32 - Quiz

Hoe heet een assortiment met veel verschillende artikelgroepen?
A
breed assortiment
B
diep assortiment
C
hoog assortiment
D
smal assortiment

Slide 33 - Quiz