02.02: Ordenen van organismen

• biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

1. Je komt op tijd in de les
2. Je hebt geen kauwgom in
3. Je zit samen met je groepje
4. Telefoon op stil/uit en in je tas
   
5. Op tafel: alle boekjes, je schrift, pen, stempelkaart, gesloten laptop
   
6. Iedereen is stil en richt zijn aandacht op de docent

Planning deze les

Afspraken stempels / vaardighedentoets herkansing / deadlines

Herhalen 02.01 (Wat is ordenen) 

Uitleg 02.02 (Ordenen van organismen)

Werken aan stempelkaart

Eind van de les: dossier terug, vaardighedentoets terug

Volgende les: repetitie inzien + aanmelden voor herkansing

Stempels krijgen op je stempelkaart( + deadline)

• In de les opdrachten maken van die week. Niet af? > keuzeles of thuis
• Docent komt langs voor stempelen: vaste looproute langs groepjes.
• 3 min pp stempelen. Zorg dus dat het klaar ligt + voldoet aan de eisen. 
• Stempelen in tweede helft van het lesuur. Tijdens dit moment: zelfstandig werken, geen vragen.
• Docent checkt het werk, geeft feedback en geeft wel/geen stempel.
• Deadline voor stempels van die week: komt op it'slearning en wordt 1/2 weken vantevoren afgesproken!

Vóór de deadline moet je je stempels hebben. Je moet dus: op tijd je werk af hebben. 

• OK's móet eigen docent stempelen, rest mág bij R-lessen Science. Schrijf je dus in!!

Vaardighedentoets herkansen

• Nog geen cijfer in Magister voor je vaardighedentoets? Dan heb je nog 2 herkansingen!
• Herkansing plan je zelf in in p2, hiervoor schrijf je je in voor een ochtend of middag SC R-30 les.

Je mag hem alleen herkansen als:

- je je oude VT mee neemt

- je oude VT verbeterd is, en je kan uitleggen hoe het moet (dus je moet je voorbereiden!!)

Doelen 02.02: ordenen van organismen

• Je kunt uitleggen wat een organisme is
• Je kunt uitleggen in welke 4 rijken organismen worden ingedeeld en je kent van elk rijk de criteria 
• Je kan de onderdelen van een cel benoemen en herkennen
• Je kan uitleggen tot welk rijk een organisme hoort aan de hand van een vragenlijst
• Je kan uitleggen dat je rijken kan indelen in afdelingen en klassen
• Je kan uitleggen wat gewervelde dieren zijn
• Je kan de gewervelde dieren onderverdelen in 5 klassen, en hun kenmerken benoemen

Een organisme = iets wat leeft

Alle organismen op aarde kun je ordenen in 4 hoofdgroepen (4 rijken):

Bacteriën, schimmels, planten en dieren (waaronder de mens!)

de 4 rijken (hoofdgroepen)

Geordend op de criteria: heeft het een celkern, een celwand en bladgroenkorrels?

Een cel heeft altijd een celmembraan (houdt de cel bij elkaar)

Onderdelen cel

Celkern: hier zit DNA in

Bij bacteriën zweeft het DNA los in de cel

Celmembraan: houdt elke cel bij elkaar

Celwand: stevige dikke wand (alleen dieren hebben dit niet)

Bladgroenkorrels: voor fotosynthese, alleen planten hebben dit

De rijken verdeel je in subgroepen: afdelingen

Planten kan je indelen in 3 afdelingen:

Wieren

Sporenplanten

Zaadplanten

Enige wat je over planten hoeft te weten!

Stam = afdeling

Rijk: dieren. Afdeling: gewervelden. Klassen... zie tabel 4, blauwe boekje blz 34!

Er zijn altijd uitzonderingen..

Vogelbekdier (zoogdier), legt eieren

1. Je komt op tijd in de les
2. Je zit samen met je groepje
3. Telefoon op stil/uit en in je tas
   
4. Op tafel: alle boekjes, schrift,  etui, pen, stempelkaart, gesloten laptop
   
5. Iedereen is stil en richt zijn aandacht op de docent

Planning 1e uur vandaag

1. Korte herhaling

2. Verder met je eigen planning! / stempelen

Her. repetitie: 15.15 @ D315 (8 leerlingen) en @ E009 (5 leerlingen)

Planning 2e uur vandaag

1. Tussentest 02.01 + 02.02 (20 min)

2. Repetitie inzien H1

Herhaling 02.01

- Je kan uitleggen wat ordenen is

- Je kan uitleggen wat een criterium is

- Je kan uitleggen wat rangschikken is

- Je kan uitleggen waarom er wordt geordend

Doelen 02.02: ordenen van organismen

• Je kunt uitleggen wat een organisme is
• Je kunt uitleggen in welke 4 rijken organismen worden ingedeeld en je kent van elk rijk de criteria 
• Je kan de onderdelen van een cel benoemen en herkennen
• Je kan uitleggen tot welk rijk een organisme hoort aan de hand van een vragenlijst
• Je kan uitleggen dat je rijken kan indelen in afdelingen en klassen
• Je kan uitleggen wat gewervelde dieren zijn
• Je kan de gewervelde dieren onderverdelen in 5 klassen, en hun kenmerken benoemen

Wat ga je nu doen?

1. Stempelkaart bekijken, verder met je opdrachten

Herkansing repetitie: woensdag 15 november 

15.15 @ D315 (8 leerlingen) en @ E009 (5 leerlingen)

Hierna is het stil..

Voor deze tijd blijft het stil...

Tussentest 02.01+02.02

Schrijf als eerste je naam, klas en groepsnaam 

op het blaadje.

Je maakt hem... 

• als groepje samen, dus fluisterend overleggen
• Ieder lid vult de TT in, ik kies er 1 om na te kijken
• Met blauwe/zwarte pen schrijven.

Als je klaar bent, draai je je blad om en blijf je stil tot alle TT zijn opgehaald.

Toetsbespreking H1

• Op tafel: potlood + papier
  
  
  
• Iedereen is stil en richt zijn aandacht op de docent

• Per tweetal 1 toets + je eigen gemaakte toets

• Na timer: gezamenlijk antwoorden doornemen
  met antwoorden op bord
  
  
• Schrijf voor jezelf op welke onderwerpen meer aandacht nodig hebben
• Klopt iets niet of niet mee eens? Schrijf een ! uitroepteken voor het nummer van de vraag