quarantaineles 2 vrij 16 april

• NT2
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

quarantaine les 2

• Je maakt zelf de les.
• Je gaat kijkt bij elke dia en maakt de vragen die je tegenkomt. 
• De docent kan zien of je de dia's leest en de vragen maakt.

Woordenschat

Vandaag leer je vijf (nieuwe) woorden bij het thema Overtuigen.

Schrijf het woord op en ook de betekenis.

de bejaarde

• iemand die oud is
• meervoud: de bejaarden 
• tegenovergestelde: de jongere   
• een bejaarde in Nederland is iemand die ouder is dan ongeveer 70 jaar
• woont soms zelf nog in een eigen huis of soms met andere oude mensen samen.
• zin: Bejaarde mensen in Nederland zijn vaak nog heel gezond.
• zin: Jongeren kunnen veel leren van bejaarden.

het beleid

• de regels die een organisatie of regering  voor zichzelf maakt.
• regels die zeggen hoe dingen gedaan moeten worden.
• werkwoord: beleid maken; ik maak beleid, wij maken beleid, 
• beleid is gemaakt
• Beleid kan gemaakt worden door 1 persoon, door een paar personen of samen met een groep.
• zin: Het coronabeleid vinden veel mensen moeilijk te begrijpen.

betrekken

• proberen iemand mee te laten doen        
• ergens bij halen
• iemand mee laten denken
• er voor zorgen dat iemand zich gezien voelt
• betrek, betrok,  iemand wordt erbij betrokken
• zin: De docent wil graag alle leerlingen bij de les betrekken.
• zin: De jongen is blij dat hij bij de sportles wordt betrokken. 

de hanggroep

• een groep jongeren die elkaar ontmoeten bij de hangplek
• een groep jongeren die blijven 'rondhangen' bij één hangplek
• zin: Onze hanggroep komt meestal bij elkaar bij het winkelcentrum.     
• zin: De hanggroep in het centrum veroorzaakt veel overlast.

de inwoner  

• iemand die in een bepaalde plaats woont
• iemand die in een bepaald gebied woont
• een stad heeft een bepaald aantal inwoners
• een land heeft inwoners 
• zin: Den Helder heeft niet zoveel inwoners als Amsterdam.
• Nederland heeft 17 miljoen inwoners.

Welke afbeelding hoort bij het woord:
de hanggroep
er zijn meer antwoorden goed.

1. 
2. 
3. 
4. 

Welke afbeelding hoort bij het woord:
de bejaarde

1. 
2. 
3. 
4. 

Wat is het tegenovergestelde
(antomien) van:
de bejaarde

1. de man
2. de jongere
3. de vrouw

In welke zin wordt er
betrekken
bedoeld?

1. De bejaarde trekt met veel moeite zijn kousen aan.
2. De boer trekt zijn kar over het land.
3. Ik ga naar de kapper, hij knipt mijn haar heel goed.
4. De jongeren willen graag meedenken met het beleid.

Wat betekent:
het beleid
Er zijn 2 goede antwoorden.

1. Het gevolg van regels.
2. Regels die een organisatie bedenkt om alles goed te laten verlopen.
3. De reden waarom iets gebeurt.
4. de regels die samen worden gemaakt.doen.

Vul het woord in. Lees de zin. Zet het goede woord in de volgende dia

Gebruik: betrekken (betrokken) - het beleid - de hanggroep - de bejaarde - de inwoner(s)

1. De gemeente maakt ........................................voor het parkeren van auto's in de stad.

2. Als ik 's avonds over straat loop vind ik ................................in het centrum niet prettig.

3. De jongere en ......................................gaan samen een rondje wandelen.

4. Iran heeft veel vijf keer zoveel  .............................als  Nederland.

5. Mensen vinden het belangrijk dat zij worden .............................bij de plannen van de omgeving.

Vul hier de woorden in van
de vorige dia
zin 1 - 2 - 3 - 4 - 5

Bedenk nu zelf nieuwe zinnen! Niet de zinnen uit de dia's!
zin 1: gebruik het woord: betrekken
zin 2: gebruik het woord: het beleid
zin 3: gebruik het woord: de hanggroep

Grammatica

herhaling

• Weet je het nog?
• wat de gebiedende wijs is
• Hoe je het herkent bij spreken
  
•  hoe je de gebiedende wijs toepast

Wat is de gebiedende wijs?

Gebieden betekent: zeggen/bepalen wat iemand moet doen. ((een gebod)

Voorbeelden:

Je zegt tegen iemand dat hij moet zitten: Ga  zitten.

Je moeder zegt tegen jou dat je je kamer moet opruimen: Ruim jouw kamer op.

De docent zegt dat je de toets moet maken: Maak jouw toets.

Let op: als je 'u' gebruikt, mag je dat er wel bij schrijven!

Komt U binnen en gaat U zitten.

Kan je zelf een voorbeeld bedenken van de gebiedende wijs?

Grammatica herhalings opdracht

• Kijk naar de volgende dia. Lees de zinnen hardop voor. Dan hoor je vast wel hoe het klinkt.
• schrijf de goede vorm van de gebiedende wijs in de zin.
• Schrijf alleen het woord in de dia daarna.

1.  (verwachten) niet teveel van die nieuwe aanpak!

2.  (pakken) je spullen en  (gaan) naar huis!

3.  (opletten) dat ze niet te veel drinken!

4.  (lopen) nou toch eens door!

5.   (Lezen) eens wat voor!

6.   (gaan) jij maar eerst!

7.   (vertrouwen) nu eens op je eigen kennis!

8.   (wassen) je handen en  gebruiken) een zakdoek!

9.   (stoppen) met kletsen en (gaan) aan het werk!

10.  (denken) eerst na voor je begint!

Hier schrijf je de goede vorm van de
gebiedende wijs
zin 1, zin 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10

Grammatica - herhaling

Weet je het nog?

• Maak de zin af;
• Welk voltooid deelwoord kan je invullen, zodat het een goede zin wordt?

Zij heeft een uur........

Je hebt goed.....................

Hij heeft niet veel.............

Ik heb je een e-mail..............

Ik heb gisteren..............

Grammatica

•  Zet de woorden op de goede plek.
• Waar komt het voltooid deelwoord?

gepakt-hij-heeft-een-yoghurt-pak

1. Hij heeft gepakt een yoghurt pak.
2. Gepakt heeft hij een pak yoghurt.
3. Hij heeft een pak yoghurt gepakt.
4. Een pak yoghurt heeft gepakt hij.

hebben-samen-gepraat-wij-veel

1. Veel wij hebben samen gepraat.
2. Samen hebben wij veel gepraat.
3. Hebben gepraat wij veel samen?
4. Wij hebben samen veel gepraat.

gehoord-heb-het-nieuws-ik-goede

1. Het goede nieuws heb gehoord ik.
2. Ik heb het goede nieuws gehoord.
3. Heb ik gehoord het goede nieuws?
4. Ik het goede nieuws heb gehoord.

patat-hebben-wij-gehaald-gisteren

ik-gekookt-voor-heb-familie-mijn-eten

docent-gepraat-met-ik-heb-mijn