Herhaling Taalverzorging 2
1 / 31
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Industriën
A
Goed
B
Fout
Slide 3 - Quiz
Industrieën
A
Goed
B
Fout
Slide 4 - Quiz
Cafés
A
Goed
B
Fout
Slide 5 - Quiz
Televisies
A
Goed
B
Fout
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Diapositive
Glossytje
A
Goed
B
Fout
Slide 8 - Quiz
Glossy'tje
A
Goed
B
Fout
Slide 9 - Quiz
Duo'tje.
A
Goed
B
Fout
Slide 10 - Quiz
Duootje.
A
Goed
B
Fout
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Diapositive
Teun wacht met rijles nemen, totdat hij genoeg heeft gespaard.
A
Goed
B
Fout
Slide 13 - Quiz
Elze heeft een zwemabonnement genomen, omdat ze wil vaker zwemmen.
A
Goed
B
Fout
Slide 14 - Quiz
Elze heeft een zwemabonnement genomen, want ze wil vaker zwemmen.
A
Goed
B
Fout
Slide 15 - Quiz
Bij de voegwoorden en, maar en want verandert de woordvolgorde niet.
A
Goed
B
Fout
Slide 16 - Quiz
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Diapositive
De bezoekers konden dat masker opzetten.
A
Goed
B
Fout
Slide 19 - Quiz
Dat is de website van wie Winston moderator is.
A
Goed
B
Fout
Slide 20 - Quiz
Dat is de website waarvan Winston moderator is.
A
Goed
B
Fout
Slide 21 - Quiz
Emma gaat volgend jaar deze marketingopleiding volgen wat ze al jaren wil.
A
Goed
B
Fout
Slide 22 - Quiz
Slide 23 - Diapositive
Vast -vaster - vastst
A
Goed
B
Fout
Slide 24 - Quiz
Vast -vaster - meest vast:
eindigt het woord op -st / -sch --> meest
eindigt het woord op -st / -sch --> meest
A
Goed
B
Fout
Slide 25 - Quiz
Braaf - brafer - braafst
A
Goed
B
Fout
Slide 26 - Quiz
Braaf - braver - braafst
A
Goed
B
Fout
Slide 27 - Quiz
Slide 28 - Diapositive
Sofie is nog veel gespierder dan jij.
A
Goed
B
Fout
Slide 29 - Quiz
Gelukkig voelde Storm zich vandaag veel beter dan gisteren.
A
Goed
B
Fout
Slide 30 - Quiz
Jouw kans op een prijs in de loterij is net zo klein als die van mij.
A
Goed
B
Fout
