3H Les 7 - 4.3

Planning
  • Huiswerk

  • Herhaling vorige lessen

  • Uitleg 4.3

  • Aan de slag
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Planning
  • Huiswerk

  • Herhaling vorige lessen

  • Uitleg 4.3

  • Aan de slag

Slide 1 - Diapositive

Wat zijn de 4 kenmerken van een chemische reactie?
(noem er zelf minimaal 1)

Slide 2 - Question ouverte

Wet van behoud van massa

Slide 3 - Diapositive

Uitleg
Wet van behoud van massa:
  • De massa van de beginstof(fen) is/zijn evenveel als de massa van de reactieproduct(en)

  • Voor de pijl even veel massa als na de pijl.

Slide 4 - Diapositive

1,7 g ammoniak reageert volledig met 3,6 g zoutzuur tot ammoniumchloride. Hoeveel gram ammoniumchloride ontstaat er?
A
1,9 gram
B
2,11 gram
C
5,3 gram
D
6,12 gram

Slide 5 - Quiz

Geef de (kloppende) reactievergelijking van de ontleding van water.
Schrijf hem ook over in je schrift.

Slide 6 - Question ouverte

Uitleg
  • Elk atoom heeft een massa (P en N)
  • Massa's bij elkaar opgetelt = molecuulmassa.
  • Massa's van atomen geven we weer in u. (atomaire massa-eenheid)
  • 1 u = 1,66 x 10-24 gram
  • Daarom rekenen we niet in grammen... dan maak je te kleine getallen.

Slide 7 - Diapositive

Bereken de molecuulmassa's van water, waterstof en zuurstof. Deze zet je onder je reactievergelijking (inclusief het aantal moleculen).

Slide 8 - Question ouverte

Wat valt je op aan de massa's voor en na de pijl?

Slide 9 - Question ouverte

Uitleg
  • Stoffen reageren áltijd in een vaste verhouding

  • Uit 36 gram water ontstaat altijd: 4 gram waterstof en altijd 32 gram zuurstof.

  • Dit betekent dat als er 72 gram water ontleed er 8 gram waterstof ontstaat en 64 gram zuurstof.

Slide 10 - Diapositive

Uitleg
  • Hoeveel gram waterstof en zuurstof ontstaan er bij de ontleding van 50 gram water?

Slide 11 - Diapositive

Uitleg
  • Hoeveel gram waterstof en zuurstof ontstaan er bij de ontleding van 50 gram water?


2H2O2H2+O2

Slide 12 - Diapositive

Uitleg
  • Hoeveel gram waterstof en zuurstof ontstaan er bij de ontleding van 50 gram water?


  •   36 u   :   4 u   :   32 u   
2H2O2H2+O2

Slide 13 - Diapositive

Uitleg
  • Hoeveel gram waterstof en zuurstof ontstaan er bij de ontleding van 50 gram water?


  •   36 g   :   4 g   :   32 g   
2H2O2H2+O2

Slide 14 - Diapositive

Uitleg
  • Hoeveel gram waterstof en zuurstof ontstaan er bij de ontleding van 50 gram water?


  •   36 g   :   4 g   :   32 g   
2H2O2H2+O2
50 g

Slide 15 - Diapositive

Uitleg
  • Hoeveel gram waterstof en zuurstof ontstaan er bij de ontleding van 50 gram water?


  •   36 g   :   4 g   :   32 g   
2H2O2H2+O2
50 g
5,56 g

Slide 16 - Diapositive

Uitleg
  • Hoeveel gram waterstof en zuurstof ontstaan er bij de ontleding van 50 gram water?


  •   36 g   :   4 g   :   32 g   
2H2O2H2+O2
50 g
5,56 g
44,44 g

Slide 17 - Diapositive

Aantekening
Stappenplan rekenen met massaverhouding:
  1. Geef de kloppende reactievergelijking
  2. Zet de massaverhouding er onder (soms eerst zelf uitrekenen)
  3. Maak een (verhoudings)tabel 
  4. Reken het gevraagde/onbekende uit

Slide 18 - Diapositive

Bereken de massaverhouding waarin zwavel verbrand tot zwaveldioxide.

Slide 19 - Question ouverte

Bereken hoeveel zwaveldioxide er ontstaan bij de verbranding van 5 gram zwavel

Slide 20 - Question ouverte