Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Test theorie lj2 TNA
Test theorie
1 / 22
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
22 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositive de texte
.
La durée de la leçon est:
30 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Test theorie
Slide 1 - Diapositive
Wat bedoelen we met de hoofdzaken in een tekst?
Slide 2 - Question ouverte
Waar vind je de hoofdzaken van een tekst vaak?
Slide 3 - Question ouverte
Op welke plek vind je de kernzin van een alinea?
A
De eerste zin van de alinea.
B
De tweede zin van de alinea.
C
De laatste zin van de alinea.
D
Alledrie deze mogelijkheden.
Slide 4 - Quiz
Wat wordt bedoeld met een tekstverband?
Slide 5 - Question ouverte
In welk rijtje staan signaalwoorden voor een vergelijkend tekstverband?
A
omdat, daarom, vanwege, want
B
als, evenals, zoals, in vergelijking met
C
dus, daarom, kortom, al met al, het blijkt dat
D
doordat, daardoor, dat komt door, dankzij
Slide 6 - Quiz
In welk rijtje staan signaalwoorden voor een concluderend tekstverband?
A
omdat, daarom, vanwege, want
B
als, evenals, zoals, in vergelijking met
C
dus, daarom, kortom, al met al, het blijkt dat
D
doordat, daardoor, dat komt door, dankzij
Slide 7 - Quiz
In welk rijtje staan signaalwoorden voor een oorzakelijk tekstverband?
A
omdat, daarom, vanwege, want
B
als, evenals, zoals, in vergelijking met
C
dus, daarom, kortom, al met al, het blijkt dat
D
doordat, daardoor, dat komt door, dankzij
Slide 8 - Quiz
In welk rijtje staan signaalwoorden voor een redengevend tekstverband?
A
omdat, daarom, vanwege, want
B
als, evenals, zoals, in vergelijking met
C
dus, daarom, kortom, al met al, het blijkt dat
D
doordat, daardoor, dat komt door, dankzij
Slide 9 - Quiz
Leg het verschil uit tussen een redengevend en een oorzakelijk tekstverband.
Slide 10 - Question ouverte
In welk rijtje staan signaalwoorden voor een doel-middelverband?
A
aan de hand van, zodat, om te, met behulp van
B
kortom, al met al, samengevat, met andere woorden
C
als (...dan), indien, tenzij, wanneer
D
ook al, weliswaar, hoewel, desondanks, niettemin
Slide 11 - Quiz
In welk rijtje staan signaalwoorden voor een toegevend tekstverband?
A
aan de hand van, zodat, om te, met behulp van
B
kortom, al met al, samengevat, met andere woorden
C
als (...dan), indien, tenzij, wanneer
D
ook al, weliswaar, hoewel, desondanks, niettemin
Slide 12 - Quiz
In welk rijtje staan signaalwoorden voor een voorwaardelijk tekstverband?
A
aan de hand van, zodat, om te, met behulp van
B
kortom, al met al, samengevat, met andere woorden
C
als (...dan), indien, tenzij, wanneer
D
ook al, weliswaar, hoewel, desondanks, niettemin
Slide 13 - Quiz
In welk rijtje staan signaalwoorden voor een samenvattend tekstverband?
A
aan de hand van, zodat, om te, met behulp van
B
kortom, al met al, samengevat, met andere woorden
C
als (...dan), indien, tenzij, wanneer
D
ook al, weliswaar, hoewel, desondanks, niettemin
Slide 14 - Quiz
Als het in het weekend goed weer wordt, gaan we lekker wandelen,
A
doel-middelverband
B
samenvattend verband
C
voorwaardelijk verband
D
toegevend verband
Slide 15 - Quiz
Hoewel ik van de zon hou, ga ik dit jaar niet naar Spanje.
A
doel-middelverband
B
samenvattend verband
C
voorwaardelijk verband
D
toegevend verband
Slide 16 - Quiz
In vergelijking met die vorige docent vind ik deze vervanger veel aardiger.
A
concluderend verband
B
samenvattend verband
C
vergelijkend verband
D
toegevend verband
Slide 17 - Quiz
Waarvan kun je controleren of het waar of onwaar is?
A
feit
B
mening
C
argument
D
alledrie deze mogelijkheden
Slide 18 - Quiz
Waarmee kun je het eens of oneens zijn?
A
feit
B
mening
C
argument
D
alledrie deze mogelijkheden
Slide 19 - Quiz
Wat kun je herkennen aan de signaalwoorden want, omdat, namelijk en immers?
A
feit
B
mening
C
argument
D
alledrie deze mogelijkheden
Slide 20 - Quiz
De leerlingen hebben in de afgelopen twee maanden een leerachterstand opgelopen.
A
feit
B
mening
C
argument
Slide 21 - Quiz
Een 7 is een goed cijfer.
A
feit
B
mening
C
argument
Slide 22 - Quiz
Plus de leçons comme celle-ci
OEFENEN PW LEZEN VWO2
Mars 2021
- Leçon avec
18 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2HV Lezen H1, H2, H3 Herhaling
Juin 2023
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
* Begrijpend lezen Herhaling klas V2, VWO 3
Mai 2021
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Lezen H1-H3
Janvier 2023
- Leçon avec
15 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Lezen H3
il y a 3 jours
- Leçon avec
11 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Een vakantie verhaal schrijven
Octobre 2024
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Lezen H3
Mai 2023
- Leçon avec
17 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
H3 Tekstverbanden en signaalwoorden (2) week 51 - les 1
Décembre 2022
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2