2.2. Het land van de farao

2. Het oude Egypte


2.2. Het land van de Farao
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

2. Het oude Egypte


2.2. Het land van de Farao

Slide 1 - Diapositive

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je uitleggen waarom de farao als god werd aanbeden

Ook kun je een reden geven waarom de uitvinding van het schrift, de ambtenaren bij hun werk konden helpen

Slide 2 - Diapositive

Graf farao
Graf koningin
Bekende ingang
Nieuw ontdekte ingang
Een geheime kamer?

Slide 3 - Diapositive

Het ontstaan van staten
  • Sommige Egyptische leiders verdienen veel geld aan de landbouwopbrengsten. Hierdoor kunnen zij ambtenaren, priesters en soldaten inhuren

  • Zo bouwen leiders kleine staten op, en kronen zichzelf soms ook tot koning

  • Na een lange tijd groeien deze kleine staten uit tot twee grote staten. Neder-Egypte en Opper-Egypte

Slide 4 - Diapositive

Egypte één staat
  • Koning Narmer van Opper-Egypte verovert Neder-Egypte

  • Opper- en Neder-Egypte vormen vanaf dat moment één koninkrijk

Slide 5 - Diapositive

Chepresj
Deze kroon gebruikt de farao tijdens oorlogen op slagvelden
Dubbele Kroon
Deze kroon draagt de farao bij gelegenheden voor het gehele koninkrijk, dus voor zowel het noorden als het zuiden.
Opper-Egypte
Deze kroon draagt de farao bij gelegenheden voor het koninkrijk in het zuiden, ook wel boven-Egypte
Neder-Egypte
Deze kroon draagt de farao bij gelegenheden voor het koninkrijk in het noorden, ook wel beneden-Egypte
Nemes
Dit is eigenlijnlijk geen kroon, maar een hoofddoek.
De farao kan dit in zijn vrije tijd, maar ook bij verschillende gelegenheden dragen. Soms ook in combinatie met een andere kroon.

Slide 6 - Diapositive

De goddelijke farao
  • De Egyptenaren dachten dat de goden over hen regeerden

  • Horus regeert over de mensen en begeleidt de doden in het dodenrijk

  • In de hemel had Horus een valkenhoofd, maar op aarde nam hij de vorm van farao aan

  • De farao was dus eigenlijk de god Horus

Slide 7 - Diapositive

Ambtenaren en priesters
  • Ambtenaren, provincie bestuurders, tollenaren en boekhouders hielpen de farao bij het bestuur van zijn rijk

  • De farao moest contact maken met de goden. Dit deed hij samen met priesters in tempels

Slide 8 - Diapositive

Belasting
  • Boeren moesten een deel van hun opbrengsten als belasting afstaan aan de farao

  • Hiermee kon de farao zijn ambtenaren betalen en kon er een graanvoorraad opgebouwd worden

  • De ambtenaren werden soms ook beloond met een erfelijke titel en werden dan edelen

Slide 9 - Diapositive

Schrift
  • Het hiërogliefenschrift is een verzameling van kleine tekeningen. Iedere tekening staat voor een woord of een klank

  • De hiërogliefen worden vooral in religieuze teksten gebruikt. Voor administratie werd een eenvoudiger schrift gebruikt, het hiëratische schrift

  • Ambtenaren konden nu meer zaken bijhouden zoals; belastingen en wetten

Slide 10 - Diapositive

Eenheid en verdeeldheid
  • Bij een sterke farao erkenden alle onderdanen zijn heerschappij.

  • Bij een zwakke farao verdween soms de politieke eenheid. Plaatselijke bestuurders namen dan zelf de macht, en soms werden gebieden zelfs veroverd door een buitenlandse koning

Slide 11 - Diapositive

Uitbreiding van het rijk
  • Farao Toetmozes start de expansie van Egypte

  • Hij veroverd o.a. het land van de Kanaänieten en dat van de Nubiërs

  • Egypte werd nog rijker door de schatten die ze veroverden en de krijgsgevangenen die ze meebrachten
Kanaänieten
Nubiërs
Opper-Egypte
Neder-Egypte

Slide 12 - Diapositive

Hoe kon je als ambtenaar van adel worden?
A
Deze titel kon je kopen
B
Deze titel kreeg je als beloning van de farao
C
Deze titel kreeg je als je heel veel land had
D
Niemand kon van adel worden

Slide 13 - Quiz

De farao werd gezien als de aardse verschijning van een hemelse god, wat was de naam van deze god?
A
Horus
B
Anubis
C
Osiris
D
Isis

Slide 14 - Quiz

Aan het werk
  • Opdrachten van paragraaf 2.2 op het leerlingportaal.


Succes!

Slide 15 - Diapositive

Hoe kwam Egypte aan een farao?

Slide 16 - Question ouverte

Waarom werd de farao als een god aanbeden?

Slide 17 - Question ouverte

Hoe heeft de uitvinding van het schrift, de ambtenaren kunnen helpen bij hun werk?

Slide 18 - Question ouverte

Spijkerschrift
  • Nog voordat de Egyptenaren hun hiërogliefenschrift ontwikkelden, had men in Messopotamië al het spijkerschrift bedacht

  • Ieder vormpje staat voor een klank of lettergreep. De richting, de vorm en de combinatie van de icoontjes kan de betekenis veranderen

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Wat is een verschil tussen het spijkerschrift en de Egyptische hiërogliefen?

Slide 21 - Question ouverte

Versleep de naam van de gebieden naar de juiste plek op de kaart
Egypte
Mesopotamië

Slide 22 - Diapositive