Herhaling: les 1, 2, 3, 4, 5, 6 en 7

Herhalen...
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
Alfabetisering NT2Voortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Herhalen...

Slide 1 - Diapositive

Letter, woord, zin, getal of cijfer?

Bahaa ziet een ezel.
A
letter
B
zin
C
woord
D
cijfer

Slide 2 - Quiz

Hoeveel cijfers zijn er? Schrijf ze allemaal op.

Slide 3 - Question ouverte

Letter, woord, zin, getal of cijfer?

stoel
A
letter
B
zin
C
woord
D
cijfer

Slide 4 - Quiz

Hoeveel getallen kun je maken met de cijfers 5 - 3 - 2 ?

Slide 5 - Question ouverte

Andrii kijkt op de klok.

Wat is het onderwerp?
A
Andrii
B
kijkt
C
op
D
klok

Slide 6 - Quiz

Loopt Sama naar school?

Wat is het werkwoord?
A
Loopt
B
Sama
C
naar
D
school

Slide 7 - Quiz

Maak een goede zin:

houdt - safiia - tokio hotel - van

Slide 8 - Question ouverte

Maak een goede vraagzin:

broers en zussen - heeft - samar

Slide 9 - Question ouverte

Maak 2 zinnen, 1 normale en 1 vraagzin.

maja - school - op - isabella - ziet

Slide 10 - Question ouverte

werkwoord
onderwerp
vraagteken
Heeft
Anna
mooi
haar
?

Slide 11 - Question de remorquage

Welk persoonlijk voornaamwoord?
... loopt naar huis.
A
ik
B
jij
C
hij
D
wij

Slide 12 - Quiz

Welk persoonlijk voornaamwoord?
... zijn te laat.
A
zij
B
jij
C
jullie
D
zij

Slide 13 - Quiz

Maak een zin met een persoonlijk voornaamwoord in het meervoud.

Slide 14 - Question ouverte

Maak een zin met een persoonlijk voornaamwoord in het enkelvoud.

Slide 15 - Question ouverte

Wat is de stam van het werkwoord ''lopen''?

Slide 16 - Question ouverte

Wat is de ik-vorm van het werkwoord ''zeggen''?

Slide 17 - Question ouverte

Wat is de wij-vorm van het werkwoord ''rennen''?

Slide 18 - Question ouverte

Wat is de stam van het werkwoord ''spelen''?

Slide 19 - Question ouverte


Slide 20 - Question ouverte