Les 4 - Auto(snel)weg en Bevoegde personen

Les 4
Wat doen we thuis?
- We lezen in ons boek op p. 62-65
- we herhalen p. 72-74
- We maken oefeningen op de gsm
- We maken de oefeningen op het papier
- we studeren minimum 5 moeilijke woorden
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
WereldburgerschapHoger onderwijs

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Les 4
Wat doen we thuis?
- We lezen in ons boek op p. 62-65
- we herhalen p. 72-74
- We maken oefeningen op de gsm
- We maken de oefeningen op het papier
- we studeren minimum 5 moeilijke woorden

Slide 1 - Diapositive

Juist of fout?

Slide 2 - Diapositive

Autoweg
Autosnelweg

Slide 3 - Diapositive

Wie mag NIET op de autoweg


Wie mag NIET op de autosnelweg

Slide 4 - Diapositive

De minimumsnelheid op de autosnelweg is ...
A
90 km/u
B
120 km/u
C
niet gezegd
D
70 km/u

Slide 5 - Quiz

Op de autoweg binnen de bebouwde kom rijd ik
A
70 km/u
B
50 km/u
C
120 km/u
D
30 km/u

Slide 6 - Quiz

Wie mag niet op de autoweg?
A
een prioritair voertuig
B
een landbouwvoertuig
C
een personenwagen
D
een autocar

Slide 7 - Quiz

Wat is toegelaten op de autosnelweg?
A
een voertuig slepen
B
op de pechstrook rijden
C
achteruitrijden om de afrit te nemen
D
70 km/uur rijden

Slide 8 - Quiz

Op de volgende pagina 
vind je een oefening over de autosnelweg en de autoweg.
Klik op de weblink.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Lien

Op de volgende pagina
vind je een test. Klik op de link en doe de test!

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Lien

Bevoegde personen
pagina 72-74

Slide 13 - Diapositive

Wie zie je op de foto?
A
een ambulancier
B
een brandweerman
C
een agent
D
een politiewagen

Slide 14 - Quiz

Welk bevel geeft de agent?
A
alle bestuurders moeten stoppen
B
alle weggebruikers moeten stoppen
C
de bestuurders die van links en rechts komen moeten stoppen
D
de bestuurders die de buik van de agent zien moeten stoppen

Slide 15 - Quiz

De witte auto ...
A
moet stoppen, want het is rood
B
mag doorrijden, want dat is het bevel van de agent
C
moet stoppen, want ik zie het verkeersbord 'stop'
D
mag niet naar rechts afslaan

Slide 16 - Quiz

Wat mag de gemachtigde opzichter doen?
A
Hij mag boetes geven
B
Hij mag optreden als politieagent
C
Hij mag auto's doen stoppen als er geen lichten zijn

Slide 17 - Quiz

Ik zie in mijn achteruitkijkspiegel een prioritair voertuig.
A
Ik stop onmiddellijk.
B
Als ik de sirene hoor en de zwaailichten werken, maak ik plaats
C
Als de zwaailichten branden, maak ik de doorgang vrij.
D
Ik begin te versnellen.

Slide 18 - Quiz