L7 WE DOEN HET! (werkwoorden)
1 / 21
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Ik wil graag kunnen...
Slide 5 - Carte mentale
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Welk woord is een werkwoord?
A
papegaai
B
juf
C
mooi
D
zingen
Slide 10 - Quiz
Welk woord is een werkwoord?
A
stoelen
B
draaien
C
doos
D
meisje
Slide 11 - Quiz
Welk woord is een werkwoord?
A
meloen
B
stuk
C
auto
D
eet
Slide 12 - Quiz
Welk woord is een werkwoord?
A
gaatjes
B
vallen
C
zus
D
winkel
Slide 13 - Quiz
Welk woord is een werkwoord?
A
vliegtuig
B
vlieg
C
helikopter
D
hoog
Slide 14 - Quiz
Welk werkwoord past niet in het rijtje?
A
rusten
B
slapen
C
sporten
D
dromen
Slide 15 - Quiz
Welk werkwoord past niet in het rijtje?
A
lopen
B
fietsen
C
roeien
D
tekenen
Slide 16 - Quiz
Welk werkwoord past niet in het rijtje?
A
wandelen
B
springen
C
rijden
D
lopen
Slide 17 - Quiz
Wat is het werkwoord in de zin?
De muis glipt door het gaatje in de muur.
De muis glipt door het gaatje in de muur.
A
de muis
B
glipt
C
gaatje
D
muur
Slide 18 - Quiz
Wat is het werkwoord in de zin?
Evert valt van de trap.
Evert valt van de trap.
A
Evert
B
valt
C
van
D
trap
Slide 19 - Quiz
Wat is het werkwoord in de zin?
Senne en Elena kopen een meloen.
Senne en Elena kopen een meloen.
A
meloen
B
Senne
C
kopen
D
een
