Havo4 - Poëzie en formuleren 3

1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Agenda
  1. NUMO & HW check
  2. Samen nakijken
  3. Aan de slag met de opdrachten
  4. Tijdens de opdrachten: toelichting straatpoëzie

Op tafel: Skill tree + KERN +ZAKKIE

Slide 2 - Diapositive

Nakijken
4 a Zinslengte: “Ik vraag u om alstublieft te stoppen met ruziën over termen met subjectieve
betekenissen en ga niet zonder duidelijke redenen historische termen zomaar verwijderen, want
we zijn allemaal volwassen en hebben allemaal wel wat beters te doen.”
Kern bij elkaar: “Het museum werd waarschijnlijk gedreven door het feit dat het meer publiciteit
wilde en wist niet hoe het dat doel kon bereiken.”
Tangconstructie: “Ik vraag u om alstublieft te stoppen met ruziën over termen met subjectieve
betekenissen en ga niet zonder duidelijke redenen historische termen zomaar verwijderen, want
we zijn allemaal volwassen en hebben allemaal wel wat beters te doen.”
Lijdende vorm: “U wordt aangeraden zich bezig te houden met familie of werk in plaats van
discussies te voeren over woorden en termen.”
Lastige woorden: “Politieke censuur”
Naamwoordstijl: “Het uitvergroten van problemen is daardoor een kunst die Nederlanders goed
onder de knie hebben.”





doen.
Het museum wilde waarschijnlijk meer publiciteit en wist niet hoe het dat kon bereiken.
Houd u bezig met familie of werk in plaats van discussies te voeren over woorden en termen.
Europeanen worden gedreven door een schuldgevoel in het verleden.
Nederlanders hebben de kunst van het uitvergroten van problemen goed onder de knie.
c Bijvoorbeeld: Soms is het beter om in een betoog kortere zinnen te gebruiken. Hierdoor is het
voor een luisteraar of lezer beter te begrijpen wat je bedoelt. Op die manier komt je standpunt
duidelijker naar voren. Wanneer je steeds zulke lange, complexe zinnen gebruikt, kan de lezer of
luisteraar snel de draad kwijtraken.

H12, opdracht 6

Slide 3 - Diapositive

Nakijken
Hoofdstuk 12

6a
6e

Slide 4 - Diapositive

Hulp?
Google translate
Aantekeningen
LessonUp 



Succes!


Opdracht 
Werk verder aan de opdrachten uit je skill tree, ik loop langs voor hulp.  

Slide 5 - Diapositive

Stijl

Slide 6 - Diapositive

Begrijpelijk formuleren

Sleutelwoorden
Aantekeningen
1. Zinslengte aanpassen

10. Kern bij elkaar & geen tangconstructie










13. Actieve vorm 


15. Naamwoordstijl vermijden


17. Geen lastige/lange woorden


10-15 woorden

Niet: om te voorkomen dat mensen zich somber voelen, krijgen ze lichttherapie
Maar: Mensen krijgen lichttherapie om...

Sommige mensen durven een jurk
nadat ze die hebben gedragen naar een leuk feestje, niet terug te sturen, nadat ze die...


De kok bakt brood (het brood wordt gebakken door de kok)

Niet: Het duiken naar oesters is lastig. Maar: Duiken naar oesters is lastig.

Slide 7 - Diapositive

Nauwkeurig formuleren

Sleutelwoorden
Aantekeningen
2. Geen lege woorden/beperking




8. Geen homoniemen zonder context

9. Juiste verwijzing 




11. Komma op de juiste plek


12. Vragen van de lezer beantwoorden


Ik heb heel vaak gewonnen
ik heb drie keer gewonnen
Over het algemeen ben ik blij op school

Er staat een bank op de hoek


De kok vertelde de ober dat hij ontslagen was, omdat hij (de kok) steeds te laat kwam opdagen.


Schiet op jongens!
Schiet op, jongens!

Wie/wat/waar/waarom/wanneer/hoe?

Slide 8 - Diapositive

Bondig formuleren

Sleutelwoorden
Aantekeningen
5. Tautologie & pleonasme vermijden



6 & 16 - zo min mogelijk bijwoorden/bijvoeglijke naamwoorden


7. Zo min mogelijk hulpwerkwoorden

Het was gratis en voor niets -> het was gratis / het koste niks + ronde cirkel


De oude, grijze, vriendelijke vrouw had heel veel moeite met de storm -> De oude vrouw had moeite met de storm

Als je een abonnement zou nemen, zou je veel geld kunnen besparen -> Als je een abonnement neemt, bespaar je veel geld 


Slide 9 - Diapositive

Aantrekkelijk formuleren

Sleutelwoorden
Aantekeningen
3. Creatieve woordkeuze



4. Neologisme/archaïsmen zo min mogelijk gebruiken

14. Beeldspraak/stijlfiguren






18. Persoonlijk taalgebruik
Synoniemen, beeldspraak, metaforen


thans/tiktokken


Maak gebruik van voorbeelden/vergelijkingen
/stijlfiguren
Bij ons op school smaakt koffie als rioolwater - Het duurde een eeuw voordat ze er was 

Schrijf vanuit jezelf 


Slide 10 - Diapositive

Checkvragen
Begrijpelijk = hand omhoog 

Bondig = wijsvinger in de lucht 

Nauwkeurig = duim in de lucht 

Aantrekkelijk = twee handen in de lucht 



Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Agenda
  1. Vraag; mag ik jullie gedichten delen? 
  2. Invullen vragenlijst/post-it invullen
  3. Lezen in je boek 

Op tafel: Laptop + leesboek + ZAKKIE

Slide 13 - Diapositive

Tijdens het lezen
(Google translate erbij mag!)



Wat valt je op aan de schrijfstijl van je boek?
Welke keuzes heeft de schrijver gemaakt op woord-, zins-, en tekstniveau? 

Slide 14 - Diapositive

Morgen
Wat weet je al van H10 t/m H14? Quiz! 

Slide 15 - Diapositive