Landschap - grondsoorten

Landschap
wonen, werken, recreatie en cultuur 
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeBasisschoolGroep 5

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Landschap
wonen, werken, recreatie en cultuur 

Slide 1 - Diapositive

Wat weet je nog over landschap?

Slide 2 - Carte mentale

Sleep het goede landschap naar het juiste plaatje!
boslandschap
heuvellandschap
rivierenlandschap
duinlandschap
heide
zandlandschap

Slide 3 - Question de remorquage

Grondsoorten
Grond is de bodem waar we op leven. Grond wordt ook wel aarde genoemd. Er zit van alles in die grond. Resten van planten, schimmels, heel kleine diertjes en plantjes, water en lucht.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Lien

Kleigrond is donkergrijs of zelfs zwart van kleur en bestaat juist uit kleine korrels, die dicht op elkaar plakken. Op deze grondsoort groeien aardappels en graan goed.
Deze grondsoort bestaat uit stukjes van oude planten. Het is een erg natte grondsoort. Deze grondsoort wordt vaak gebruikt als weiland
klei
veen

Slide 6 - Diapositive

Zandgrond is lichtbruin van kleur. Het bestaat uit grote korrels en laat makkelijk water door. Zand is vaak droog. In deze grondsoort zit niet veel voedsel voor planten.
Deze grondsoort bestaat uit heel fijn zand. Het is niet zomaar zand, maar het fijnste zand dat er bestaat. Deze grondsoort is heel vruchtbaar. Fruit groeit hier goed.
zand
löss

Slide 7 - Diapositive

Welke grondsoort bestaat uit stukjes oude planten?
A
veen
B
klei
C
zand
D
löss

Slide 8 - Quiz

Op welke grondsoort groeit fruit goed?
A
veen
B
klei
C
zand
D
löss

Slide 9 - Quiz

Welke grondsoort wordt het meest gebruikt als weide/weiland?
A
klei
B
veen
C
zand
D
löss

Slide 10 - Quiz

Op welke grond groeien aardappels en granen goed?
A
veen
B
klei
C
zand
D
löss

Slide 11 - Quiz

Wat ga je doen?
Je maakt alleen of in tweetallen het werkblad! 

Je maakt eerst de kaart van Nederland. Deze kleur en teken je netjes. Ook maak je de legenda. 
Daarna maak je de vragen op de achterkant!

Klaar? Stop het werkblad in je portfolio! 

Slide 12 - Diapositive