Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.
La durée de la leçon est: 120 min
Éléments de cette leçon
Lessen over mediawijsheid
Slide 1 - Diapositive
Mediawijsheid
"Mediawijsheid staat voor het slim en verantwoord om kunnen gaan met online en offline media. Je moet daarbij doorhebben hoe media jouw dagelijks leven beïnvloeden en hoe je er het beste uit kan halen - voor jezelf en voor anderen"
(bron: Mary van Berkhout- Mediawijzer)
Slide 2 - Diapositive
media
betrekking op nieuwe media
ook op ‘oude’media
meer dan alleen werken met de computer!
Slide 3 - Diapositive
Waarom is mediawijsheid belangrijk?
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Vidéo
Waarom mediawijsheid in het onderwijs?
leerlingen -> veel gebruik van internet-> basisbehoefte verbondenheid
bewust maken van mogelijkheden én risico's en leren hoe ze daarmee om moeten gaan
Slide 6 - Diapositive
mediagebruik heeft ook invloed op de lange termijn
zinvol gebruik van media heeft een positieve invloed op (school)carrière
Slide 7 - Diapositive
Generatie Media: samen mediawijs
huidige generatie ->groeit op in een wereld vol media
eenvoudig contact maken
naast eindeloze mogelijkheden ook risico's
Slide 8 - Diapositive
cyberpesten, nepnieuws en radicalisering
online gedrag -> grote maatschappelijke gevolgen
daarom...in gesprek -> samen mediawijs
Slide 9 - Diapositive
Onderwerpen
privacy
grooming
(digitaal) pesten
gamen
Slide 10 - Diapositive
PRIVACY
Slide 11 - Diapositive
Wat zet jij online? Scherm je dit wel/niet af?
Slide 12 - Question ouverte
filmpje van Dave...
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Vidéo
Een man gaat langs de deur en vraagt of hij foto’s van kinderen mag zien.
Hoe reageren mensen?
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Vidéo
Foute 'Apps'
Heb je enig idee over wat (en welke) 'apps' informatie vragen?
Slide 17 - Diapositive
Facebook app
-wil bij installeren toegang tot
jouw contacten en agenda.
-tevens inzien van contacten, sms-berichten lezen en gesprekkenlijst inzien
Slide 18 - Diapositive
Iens (restaurant)
Wil toegang tot ...
-bestanden op je gsm
-weten met wie je belt en wanneer
Slide 19 - Diapositive
Wat voor wachtwoord gebruik jij online?
A
Een kort wachtwoord dat makkelijk te onthouden is, zoals je voornaam.
B
Een paar cijfers, zoals je geboortedatum.
C
Een combinatie van letters, hoofdletters en cijfers, zoals MEW!sp1k?.
Slide 20 - Quiz
Als je iets op Facebook zet, blijft het daar voor altijd staan. Klopt dat?
A
Dat ligt aan je instellingen.
B
Nee, je kunt dingen eenvoudig weer wissen.
C
Klopt, ze bewaren je gegevens voor altijd.
Slide 21 - Quiz
Wie kent het wachtwoord van je e-mail of computer?
A
Alleen mijn beste vriend(in)
B
Niemand, alleen ik.
C
Mijn vrienden.
Slide 22 - Quiz
Ga je op internet nu anders om met foto's/filmpjes die je online zet? Leg uit waarom wel/niet
Slide 23 - Question ouverte
GROOMING
Slide 24 - Diapositive
Wat is grooming?
A
cyberpesten
B
chatten met iemand die zich als iemand anders uitgeeft
C
Een vorm van daten
D
een vorm van communiceren
Slide 25 - Quiz
Grooming
Grooming betekent ‘versieren’ in het Engels en staat voor digitaal kinderlokken. Groomers zijn volwassenen die minderjarigen overhalen tot seksuele handelingen voor de webcam of in het ergste geval zelfs tot seksueel contact.
De groomer doet zich vaak voor als coole gozer of populair meisje om zo in contact te komen met kinderen.De handelswijze van een groomer lijkt op die van een loverboy.Uiteindelijk worden kinderen verleid tot seksuele handelingen voor de webcam, hetgeen (seks)misbruik is.
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Diapositive
Tips
Wees kritisch met vriendschapsverzoeken; ken je iemand in het echte leven niet, accepteer hem/haar ook niet online
Ga niet met je echte naam online, alleen met een nickname
Laat nergens je adres en telefoonnummer achter
Spreek nooit af met iemand die je alleen van internet kent.
Zet geen uitdagende foto’s en filmpjes online
Gaat het toch mis? Vertel het aan iemand die je vertrouwt
Slide 28 - Diapositive
(DIGITAAL) PESTEN
Slide 29 - Diapositive
Slide 30 - Diapositive
Iemand pest je online of zegt iets naars over je. Wat doe je?
A
iets vervelends terugzeggen.
B
een volwassenen (je ouders of je leraar) inlichten.
C
afspreken met de pester zodat je het kan uitvechten.
Slide 31 - Quiz
Slide 32 - Vidéo
Stel...deze leerling komt naar jou (mentor) toe, wat zou jij doen?
Slide 33 - Question ouverte
Ben je wel eens gepest en wat heb je toen gedaan?
Slide 34 - Question ouverte
Filmpje...
de pesters en gepesten zijn acteurs
de omstanders niet
de reacties van de pesters zijn reacties die écht op sociale media worden gezet