Het hart + hartinfarct

Het hart in relatie tot het hartinfarct      
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Het hart in relatie tot het hartinfarct      

Slide 1 - Diapositive

Onderwerpen



                                                                         Hart en hartinfarct
                                                                                Hartritmestoornissen
                                                           Meldkamer

Slide 2 - Diapositive

lesdoelen
Je kan de signalen van een (dreigend) hartstilstand herkennen en de juiste hulp toepassen 

Je kan hulpdiensten en omstanders op de juiste momenten in acute situaties inschakelen door relevante instructies te geven

Slide 3 - Diapositive

Functie van het hart
(en de bloedsomloop)

Slide 4 - Carte mentale

Stroomrichting in het hart

Slide 5 - Diapositive

Linker kamer
Rechter kamer
Linker boezem
Rechter boezem

Slide 6 - Question de remorquage

Rechter longslagader
Linker longslagader
Rechter longaders
Linker longaders
Onderste
holle ader
Bovenste holle ader


Aorta
Lichaams-slagader

Slide 7 - Question de remorquage

Wat is de functie van de hartkleppen?

Slide 8 - Question ouverte

Slide 9 - Diapositive

Hoeveel hartkleppen heeft het hart?
A
2
B
4
C
6
D
8

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Vidéo

Slide 12 - Vidéo

Wanneer je onder narcose gaat, wordt je beademd. Je hart blijft echter zelf doorkloppen. Hoe komt dit?
A
Ademhaling wordt aangestuurd door de hersenen; de hartslag niet.
B
Het deel van de hersenen dat hartslag regelt is niet gevoelig voor de narcose.
C
Ademhaling wordt niet aangestuurd door de hersenen; de hartslag wel.
D
In de narcose zit een medicijn dat je hartslag gaat regelen.

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Vidéo

Slide 15 - Diapositive

Wat zijn de kransslagaders?
A
Bloedvaten met zuurstofrijk bloed in de huid.
B
Bloedvaten met zuurstofrijk bloed op het hart.
C
Bloedvaten met zuurstofarm bloed in de buikholte.
D
Bloedvaten met zuurstofarm bloed in de schedelholte.

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Diapositive

Circulatiestilstand
Een circulatiestilstand betekent letterlijk: het bloed staat stil in de vaten. Er is geen bloedsomloop meer. Je stelt een circulatiestilstand vast als een zorgvrager niet reageert op aanroepen en als de zorgvrager niet ademt of niet normaal ademt. 
Het ontstaan van een circulatiestilstand kan verschillende oorzaken hebben hartinfarct, 
hartstilstand 
of aanraking met elektriciteit

Slide 18 - Diapositive

wat is het verschil tussen een hartinfarct en een hartstilstand?

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Symptomen
hartinfarct

Slide 23 - Carte mentale

Slide 24 - Vidéo

Hoe heet de behandeling waarbij men van binnenuit de kransslagader probeert te openen met een ballonnetje?
A
Bypass
B
Dotteren
C
Angiografie
D
Angina pectoris

Slide 25 - Quiz

               

                          Dotteren
     
                                                

Slide 26 - Diapositive

          

                       Bypass

Slide 27 - Diapositive

Einde presentatie   Vragen???

Slide 28 - Diapositive