B3I - Hoofdstuk 3, Herhaling

Hoofdstuk 3: Energie in Nederland
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 3: Energie in Nederland

Slide 1 - Diapositive

Paragraaf 1: Energiebronnen

Slide 2 - Diapositive

Energie is....
Mensen gebruik energie om te leven. Denk aan:
- Koken
- De Cv-ketel
- Fietsen
- Eten maken

Energie is het vermogen om arbeid te verrichten. Het verbranden van benzine in een motor levert energie voor de auto om te rijden. Voedsel eten geeft jou energie!

Slide 3 - Diapositive

Energiebronnen
Aardgas en aardolie zijn energiebronnen. Als je deze verbrand krijg je energie om iets op te warmen/koken/te laten bewegen.

Aardolie kan je omzetten naar andere brandstoffen, zoals benzine, diesel en kerosine.

Kernenergie is energie dat vrijkomt bij het natuurlijke hulpbron uranium. Hiermee kan je warmte opwekken voor elektriciteit.

Slide 4 - Diapositive

Uitputbaar en hernieuwbaar
Energiebronnen kun je onderverdelen:

Uitputbare energiebronnen:
= Deze kan je maar één keer gebruiken. Denk aan, steenkool, aardgas en uranium . Het duurt miljoenen jaren voordat deze weer gevormd zijn.
Hernieuwbare energiebronnen:
= Deze raken niet op, denk aan stromend water, wind en zon.

Slide 5 - Diapositive

Waarom stijgt de vraag naar energie over de jaren heen?

Slide 6 - Question ouverte

Paragraaf 2: Uitputbaar, fossiele brandstoffen

Slide 7 - Diapositive

Fossiele brandstoffen
Steenkool, aardolie en aardgas zijn gevormd uit planten, bomen of dieren miljoenen jaren geleden. Omdat ze oud zijn zoals dinosaurusbotten noem je ze ook fossiele brandstoffen.

Fossiele brandstoffen leveren veel energie wanneer je ze verbrand.

Slide 8 - Diapositive

Steenkool
Steenkool komt uit oude gesteentelagen van 300 tot 350 miljoen jaar oud, toen de aarde nog warm en vochtig was.

Dode planten en bomen kwamen in moerassen met water. In het water kregen ze geen lucht, waardoor ze niet verrotten. Laag op laag zorgde dit voor Veen.
Lagen klei, zand en kalk zorgden voor meer druk, hierdoor werden water en gas eruit geperst. Tot slot krijg je steenkool.

Slide 9 - Diapositive

Aardolie en aardgas
Aardolie is ontstaan van algen en plankton in oceanen. Na afsterven zonken ze naar de bodem samen met klei, zand en kalk. Door druk ontstond hierdoor aardolie.

Aardgas ontstaat uit planten en bomen, maar ook uit resten van algen en plankton, vaak samen met steenkool en aardolie. Door druk en temperatuur onder de grond komt aardgas vrij uit steenkool of aardolie.

Slide 10 - Diapositive

Wat zijn de nadelen van Fossiele Brandstoffen?

Slide 11 - Question ouverte

Paragraaf 3: Hernieuwbare energiebronnen

Slide 12 - Diapositive

Duurzaam en groen
Fossiele brandstoffen raken op en zijn slecht voor het milieu, daarnaast zijn ze niet duurzaam. Hernieuwbare energiebronnen leveren wel duurzame energie.
= raakt niet op en kan je opnieuw gebruiken.

Energie van hernieuwbare energiebronnen noem je groene energie. Deze bronnen leveren geen co2 en afvalstoffen.

Slide 13 - Diapositive

Zonne-energie
Zonne-energie gebruiken wij voor het verkrijgen van elektriciteit en verwarmd water.

Zonnepanelen op daken zetten zonne-energie om naar elektriciteit.

Zonnecollectoren kunnen gebruikt worden om water op te warmen. Deze staan ook op het dak van een huis en verwarmen het water of het gehele huis.

Slide 14 - Diapositive

Wind
Windenergie wordt gebruikt voor het opwekken van elektriciteit. Dit verkrijgen wij uit windmolens.

Windmolens zie je langs de weg, bij boerderijen of in grote windmolenparken.

Slide 15 - Diapositive

Aardwarmte
De kern van de aarde heeft hoge temperaturen van wel 6.000 C.

Bij aardwarmte of geothermische energie wordt water van dieper dan 500m opgepompt (hoe dieper het water, hoe warmer).

Dat water kan je gebruiken in woningen, scholen of kantoren voor het verwarmen of voor elektriciteit.

Slide 16 - Diapositive

Wat zijn de voordelen van Kernenergie tegenover Fossiele Brandstoffen?

Slide 17 - Question ouverte