oefenopdrachten hoofdstuk 3

ga aan de slag met de oefen vragen
.
het zijn er best wel veel zorg dat je er even serieus mee bezig gaat. (uiteraard als de lesstijd voorbij is mag je stoppen)
morgen hebben jullie wel teams les!
1 / 52
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 52 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

ga aan de slag met de oefen vragen
.
het zijn er best wel veel zorg dat je er even serieus mee bezig gaat. (uiteraard als de lesstijd voorbij is mag je stoppen)
morgen hebben jullie wel teams les!

Slide 1 - Diapositive

morgen wel teams les!

Slide 2 - Diapositive

Hoe zou jij beschrijven wat een ecosysteem is?

Slide 3 - Question ouverte

Wat kun je aan het gebit van dieren zien?
A
In welke omgeving het dier leeft.
B
Wat voor voedsel een dier eet
C
Wat een dier lekker vindt
D
Hoe groot een dier is.

Slide 4 - Quiz

Verbranding kan bij
A
Planten
B
Planten, dieren

Slide 5 - Quiz

Welke organen heeft een plant?
A
wortels, vaten, stengel, bladeren
B
wortels,stengel, bladeren,bloemen
C
wortels,stengel,bloemen
D
wortels,bladgroenkorrels,bloemen

Slide 6 - Quiz


A
Fotosynthese
B
Verbranding

Slide 7 - Quiz

Planten: Vindt verbranding overdag plaats? Vindt fotosynthese overdag plaats?
A
Verbranding niet, fotosynthese wel.
B
Verbranding wel, fotosynthese niet.
C
Verbranding wel, fotosynthese wel.
D
Verbranding niet, fotosynthese niet.

Slide 8 - Quiz

bladgroenkorrel zorgt voor fotosynthese
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quiz

Hiervoor is zonlicht nodig
A
Fotosynthese
B
Verbranding

Slide 10 - Quiz

Wat is het omgekeerde van fotosynthese?
A
Assimilatie
B
Verbranding
C
De-fotosynthese
D
Verdamping

Slide 11 - Quiz

Planten nemen mineralen op uit de lucht
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quiz

Waarvan leven planten?
A
Licht, lucht, water en mineralen
B
Licht, lucht en water
C
Alleen mineralen
D
Mest

Slide 13 - Quiz

houtvaten 
Bastvaten 

Slide 14 - Question de remorquage

Welke vaten vervoeren alleen water?
A
Houtvaten
B
Bastvaten

Slide 15 - Quiz

Planten in droge gebieden hebben:
A
veel huidmondjes
B
weinig huidmondjes

Slide 16 - Quiz

Door ... zijn bladeren zomers groen
A
Bladgroenkorrels
B
Hormonen
C
Caroteen
D
Huidmondjes

Slide 17 - Quiz

huidmondjes zorgen voor
A
gaswisseling
B
verdamping
C
mooie bladeren
D
gaswisseling en verdamping

Slide 18 - Quiz

Bij verbranding ontstaat:
A
Zuurstof
B
Glucose
C
Koolstofdioxide

Slide 19 - Quiz

Welke stoffen zijn nodig voor verbranding?
A
Glucose
B
Zuurstof
C
Glucose en zuurstof
D
Water en glucose

Slide 20 - Quiz

Knollen hebben rokken
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quiz

Zijn aardappels knollen of bollen?
A
Knollen : het zijn verdikte stengel
B
Bollen : het zijn verdikte stengels

Slide 22 - Quiz

In welk orgaan slaan knollen hun reservevoedsel op?
A
Bladeren
B
Stengels
C
Wortels
D
Zaden

Slide 23 - Quiz

8. Wat is een juiste beschrijving van een ecosysteem?
A
Een ecosysteem bestaat uit de relaties tussen organismen en hun omgeving.
B
Een ecosysteem is een verzameling biotische en abiotische factoren.
C
Een ecosysteem is een begrensd gebied met alle organismen daarin met relaties tussen organismen en tussen organismen en de levenloze natuur.
D
Een ecosysteem is de variatie in organismen in een bepaald gebied.

Slide 24 - Quiz


A
Individu
B
Populatie
C
Levensgemeenschap
D
Ecosysteem

Slide 25 - Quiz



A
Levensgemeenschap
B
Ecosysteem
C
Populatie
D
Individu

Slide 26 - Quiz



A
Levensgemeenschap
B
Individu
C
Populatie

Slide 27 - Quiz



A
Levensgemeenschap
B
Ecosysteem
C
Populatie
D
Individu

Slide 28 - Quiz


A
Individu
B
Populatie
C
Levensgemeenschap
D
Ecosysteem

Slide 29 - Quiz

Wat zijn biotische factoren?
A
Levende factoren
B
Levenloze factoren

Slide 30 - Quiz

Horen soortgenoten bij biotische of abiotische factoren?
A
biotische factoren
B
abiotische factoren

Slide 31 - Quiz

Voedsel, roofdieren, ziekteverwekkers zijn
A
abiotische factoren
B
biotische factoren

Slide 32 - Quiz

Regen, zonlicht en temperatuur zijn:
A
Biotische factoren
B
Abiotische factoren

Slide 33 - Quiz

In de afbeelding is een gedeelte van een ecosysteem te zien. Zijn er in deze afbeelding abiotische factoren en biotische factoren te zien?
A
Alleen abiotische factoren
B
Alleen biotische factoren
C
Geen van beide
D
Zowel abiotische als biotische factoren

Slide 34 - Quiz

Wat zijn voorjaarsbloeiers?
A
Schaduwplanten die in het voorjaar groeien
B
Kamerplanten die in het voorjaar bloeien

Slide 35 - Quiz

Klimplanten klimmen tegen andere planten op. Welke abiotische factor willen ze hiermee krijgen?
A
Water
B
Licht
C
Temperatuur
D
Wind

Slide 36 - Quiz

Wat is het grootste probleem voor woestijnplanten?
A
de temperatuur
B
gebrek aan voedingsstoffen
C
watergebrek
D
zuurstofgebrek

Slide 37 - Quiz

Woestijnplanten hebben een waslaagje op hun bladeren. Met welke abiotische factor heeft dit te maken?
A
Water
B
Licht
C
Temperatuur
D
Wind

Slide 38 - Quiz

Met welke snavel kan je goed dieren eten?
A
Haak-snavel en kegel-snavel
B
Zeef-snavel en kegel-snavel
C
Kegel-snavel en pincet-snavel
D
Haak-snavel en pincet-snavel

Slide 39 - Quiz

Hoe heet deze snavel?
A
kegelsnavel
B
pincet snavel
C
priemsnavel
D
haaksnavel

Slide 40 - Quiz

Hoe heet deze snavel?
A
kegelsnavel
B
pincet snavel
C
priemsnavel
D
haaksnavel

Slide 41 - Quiz

houtvaten zitten aan de binnenkant van een plant
A
waar
B
niet waar

Slide 42 - Quiz

bastvaten vervoeren water met daarin opgeloste voedingstoffen.
A
waar
B
niet waar

Slide 43 - Quiz

Wat voor soort snavel is dit?
A
zeefsnavel
B
pincetsnavel
C
platte snavel
D
kegelsnavel

Slide 44 - Quiz

welk gas heeft een plant nodig wanneer het nacht is?

Slide 45 - Question ouverte

welke gassen heeft een plant nodig wanneer het dag is?

Slide 46 - Question ouverte

wanneer een tomaat rijpt verkleurd deze. de kleur hangt af van welke korrel er in de cel zit. welke korrel zit er in de cel als de tomaat rijp is?

Slide 47 - Question ouverte

sleep de juiste benaming op de goede afbeelding
Zetmeelkorrel
Kleurstofkorrels
Bladgroenkorre

Slide 48 - Question de remorquage

wat zijn abiotische factoren?

Slide 49 - Question ouverte

wat zijn biotische factoren

Slide 50 - Question ouverte

hoe heten de kleine openingen waarmee gassen in en uit het blad kunnen komen?

Slide 51 - Question ouverte

Water verdampt via
A
de stengel
B
bloemen
C
huidmondjes

Slide 52 - Quiz