Les 46 b Cellen, weefsels en organen

• EHBO
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 2

Les 46 b

Cellen, weefsels en organen

Wat is het orgaanstelsel?

1. verteringsstelsel
2. hart en longen
3. hart en maag
4. organen die samen werken

spijs-verterings-stelsel

adem-halings-stelsel

spier-

stelsel

zenuw-stelsel

bloed-vaten-stelsel

beenderstelsel

Weefsels en cellen

- elk orgaan bestaat uit​ verschillende weefsels​ die samen een taak uit voeren​

- elk weefsel bestaat uit dezelfde soort cellen

- een cel is heel klein

- een cel is alleen te zien met een microscoop

- je lichaam bestaat uit heel veel cellen​ die allemaal een taak hebben

Elk orgaan bestaat uit verschillende soorten weefsels.

1. waar
2. niet waar

De verschillende soorten weefsels vervullen samen een taak.

1. waar
2. niet waar

Elk weefsel bestaat uit verschillende soorten cellen.

1. waar
2. niet waar

Een cel kun je met het blote oog zien.

1. waar
2. niet waar

Een cel is heel klein. Deze kun je alleen zien met behulp van een ......

Verschillende soorten cellen

-botcellen

-kraakbeencellen

-spiercellen

-zenuwcellen

-bindweefselcellen

-dekcellen (huid en slijmvliezen)

Dekcellen zijn er voor de ....... en de .......

1. spieren en de zenuwen
2. botcellen en de zenuwcellen
3. huid en de slijmvliezen
4. spieren en de botcellen

Welke cellen bestaan niet?

1. hartcellen
2. spiercellen
3. zenuwcellen
4. bindweefselcellen

Alle spiercellen zijn samen .......

1. spieren
2. spierweefsel

Het orgaan de armspier bestaat uit allemaal dezelfde cellen.

1. waar
2. niet waar

Wat is het doel van de armspier?

Voorbeeld (armspier)

-spiercellen met ​dezelfde taak = spierweefsel​

-verschillende spierweefsels met iets andere taak = orgaan armspier​

-alles samen zorgt ervoor​ dat de armspier kan bewegen​

Hoe komen cellen/spieren aan energie?