Voor altijd - Let goed op

1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsSecundair onderwijs

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Wie hoort bij wie?
Julie
Rowad
Caroline
Abdel
Mercu
Bene
Minne
Michel
Mariem

Slide 2 - Question de remorquage

Wie heeft wat gezegd?
Julie
Rowad
Minne
Bene
Abdel
Mariem
Michel
Caroline
Huh?
Dan zijn we het toch over één ding eens.
Niet hier, in een kale hotelkamer.
Laten we ons het hand reiken.
Jongens, ik denk dat ik in mijn voet geschoten heb.
Die jongen is slecht, door en door slecht, zoals zijn ouders.
Ik wil mijn eigen leven.
Wil je graag veel te duur vlees kopen, dan moet je daar zijn.

Slide 3 - Question de remorquage

DOE-opdracht: Vind zoveel mogelijk verschillende vormen van het befaamde toneelstuk. Zoek een roman, een thriller, een stripverhaal, een CD, een DVD, een prentenboek en een toneelstuk.

Slide 4 - Question ouverte

Geef het boek 'Voor altijd' een score.
0100

Slide 5 - Sondage

Slide 6 - Diapositive

Welk hoofdstuk past bij welke afbeelding op de cover?
Water snot beertjes
De kale bende slaat weer toe
Stepper-mepper
Hoe je goed (goed) oplet
Call of Duty
Vijf dingen die makkelijker zijn…
Satchmo’s masterplan
Oegaboega-land
Het meisje op de skateboard en de jongen met zijn groene das
De benen van een meisje dat op een blok staat.
Het groepje van vier jongeren die muntjes
staan te tellen.
De twee jongens waarvan een op de rug zit van de ander.
Het meisje met haar notitieblok dat aan het vallen is.
De jongen die wegrent van de hond.
De jongen en het meisje die samen wandelen
De jongen in vechthouding met achter hem een jongen
met drie rozen vast.

Slide 7 - Question de remorquage

Wat is de link tussen de verschillende hoofdstukken?

Slide 8 - Carte mentale


Wat kwam in elk hoofdstuk voor?
A
Portal Street
B
Niets. Het zijn 10 aparte verhalen.
C
Iedereen is op weg naar school.
D
Een schoolbus valt uit de lucht.

Slide 9 - Quiz

Beeld je jouw route van school naar huis in. Welke 5 woorden komen in je op? Denk aan emoties, kleuren, namen, voorwerpen.

Slide 10 - Carte mentale

Geef het boek 'Let goed op' een score.
0100

Slide 11 - Sondage