Hoofdstuk 3.4 Verslag schrijven (les 2 di)

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1,3

Welkom!

Leg alvast klaar:

• je etui en je schrift;
  
• je leerwerkboek;
• laptop: log alvast in bij LessonUp.

Planning

• Uitleg inleiding, titel en verwijswoorden
  
• Werkmoment
• Afsluiten van de les
  

Hoe schrijf je een goede inleiding? (p. 162)

Twee elementen:

Hoe schrijf je een goede inleiding? (p. 162)

1. Je begint met iets opvallends om de aandacht van de lezer te trekken. Zoals een vraag of een persoonlijk verhaaltje. Dat noem je een 'binnenkomer'. 
2. Maar je geeft ook informatie over het onderwerp.

Voorbeeld inleiding

Voor het eerst dit jaar hebben we een wedstrijd gewonnen en dat nog wel van de nummer twee. Wat was ons geheime wapen?

Voorbeeld inleiding

Mijn moeder trok wit weg toen ze mij recht op het hekje af zag stormen met mijn mountainbike. Ze zag me al over de kop slaan. Ze wist natuurlijk niet dat ik de hele dag had geoefend met bunny-hoppen.

Wat is de tekstopbouw van een informatief of zakelijk verslag?

1. Inleiding + kern + slot
2. Inleiding + slot
3. Inleiding + kern
4. Kern + slot

Wat is een 'binnenkomer'?

1. Een carnavalslied
2. Met de deur in huis vallen
3. Aandacht van de lezer trekken
4. De kern van het verslag

Welke signaalwoorden passen bij een tekstverband met een tijdsvolgorde?

1. ook, eerst, daarna
2. daarna, voordat, eerst
3. eerst, dus, daarnaast
4. verder, ten slotte, maar

Hoe schrijf je een goede titel? (p. 163)

Twee functies:
1. Aandacht trekken (bijv. citaat, vraag stellen, belofte doen of getal noemen).
2. Aangeven waar de tekst over gaat (informatie geven).

Een titel eindigt nooit met een punt!

Vraagteken/uitroepteken mag wel.

Verwijswoorden (p. 164)

Al eens besproken bij onderdeel lezen.

Mannelijk of vrouwelijk? Kijk in het woordenboek.

het-woorden (onzijdig)	het, zijn	dat, dit
de-woorden (mannelijk)	hij, hem, zijn	die, deze
de-woorden (vrouwelijk)	zij/ze, haar	die, deze
meervoud	zij/ze, hen, hun	die, deze

De hond ligt in zijn mand, hij ligt te slapen.

Ik leen het boek van Henk en Piet. Ik heb het van hen geleend.

Werkmoment

• Je mag digitaal of in je schrift werken. 
• Je maakt opdracht 8a en 8c.
• Je maakt opdracht 9 (alleen h hoeft niet).
• Je maakt opdracht 10.
• Terugkoppeling einde les.

Wat is je mooiste titel bij opdracht 8a?

Afsluiting

• Zorg dat je opdrachten 8 en 9 afhebt vóór donderdag.
• Lees opdracht 12, 13 en 14 alvast door vóór de les.