HDL voeding : schijf van 5

1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
HDLMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Wat is de schijf van 5?
timer
0:20
A
Alles wat je iedere dag eet
B
De top 5 gezondste producten
C
Een schijf met gezonde voedingsmiddelen
D
Vijf producten met veel vitamines

Slide 2 - Quiz

Welke vakken zitten er in de schijf van 5?

Slide 3 - Question ouverte

De vakken van de Schijf van Vijf
Dit zijn de vakken uit de Schijf van Vijf:

- Groente en fruit
- Smeer- en bereidingsvetten
- Vis, peulvruchten, vlees, ei, noten en zuivel
- Brood, graanproducten en aardappelen
- Dranken

Slide 4 - Diapositive

schijf van 5
1. groente en fruit
2. olie en vet
3. vlees,ei, vis, zuivel,noten,peulvruchten
4. brood, graanproducten, aardappelen
5. dranken

Slide 5 - Diapositive

Welk van de onderstaande vakken is het grootst in de schijf van vijf?
A
Eiwitten
B
Vetten
C
Groente/fruit
D
Vocht

Slide 6 - Quiz

Wat staat er niet in de Schijf van Vijf?
Tussendoortjes als koekjes, frisdrank en chips horen niet in de Schijf van Vijf. 
Maar ook producten als witbrood, sauzen, vleeswaren, zoet broodbeleg en vla vallen erbuiten. 
Als je volgens de Schijf van Vijf eet kunnen ze er wel bij, maar niet te veel en niet te vaak.

Slide 7 - Diapositive

Dit hoort er NIET in de schijf van vijf
A
Appels
B
Ongezouten noten
C
Aardappelen
D
Cola

Slide 8 - Quiz

Schijf van 5
  • De schijf van vijf bestaat uit vijf vakken.
  • Elk vak bevat een groep van 
     voedingsmiddelen die we dagelijks nodig
     hebben.
  • Als je elke dag iets eet uit elk vak dan 
     krijg je alle voedingsstoffen binnen. 
  • De vakken zijn niet even groot.
  • Uit de grote vakken eet je meer dan uit      de kleine vakken.
  • De grote vakken bevatten plantaardige 
     voedingsmiddelen.
www.voedingscentrum.nl

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Wat hoort in de schijf van vijf?
Hoort er wel in
Hoort er niet in

Slide 11 - Question de remorquage

Wat is een grondstof?
A
Bloem
B
Brood
C
Kaas
D
Pasta

Slide 12 - Quiz

Waar staat de afkorting TGT voor
A
Te hergebruiken tot
B
Tenminste houdbaar tot
C
Te gebruiken tot

Slide 13 - Quiz

Waar staat BMI voor?
A
Mijn ideale gewricht
B
Body Mass Index
C
Body index
D
Lengte x Gewicht

Slide 14 - Quiz

Wat moet je doen als iemand zich brand aan de oven?

Slide 15 - Question ouverte

Waarvoor staat GFT?
A
Groenten Fruit en Tuin afval
B
Plastic
C
Tuin en Fruit afval
D
Karton

Slide 16 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een welvaartziekte?

A
Allergie
B
Een brandwond
C
Obesitas
D
Op een wond een blauwe pleister plakken

Slide 17 - Quiz