Taalvariatie loop 2: les 3

Welke van de volgende begrippen ken je al goed? taal, taalvariatie, dialect, regiolect, Standaardnederlands, accent
1 / 20
suivant
Slide 1: Question ouverte
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welke van de volgende begrippen ken je al goed? taal, taalvariatie, dialect, regiolect, Standaardnederlands, accent

Slide 1 - Question ouverte

Welke van de volgende begrippen vind je lastig? taal, taalvariatie, dialect, regiolect, Standaardnederlands, accent

Slide 2 - Question ouverte

Nieuwe theorie
-jongerentaal
-straattaal
-invloed van taalvariatie op schoolprestaties

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Lesdoel
Aan het eind van de les kun je uitleggen wat jongerentaal is en wat het verschil is tussen straattaal en jongerentaal.

Slide 5 - Diapositive

Lesvolgorde
Herhaling theorie
opdracht
voorlezen opdracht
filmpje
zelfevaluatie; doel behaald?

Slide 6 - Diapositive

taal versus Standaardnederlands

Slide 7 - Diapositive

Regiolect
"Het klanksysteem blijkt het meest bestand tegen dialectverandering. Op woordniveau gaat het juist heel snel. Neem het Groningse woord scheuveln voor schaatsen. Dat wordt door Groningse jongeren niet meer gebruikt. Die zeggen nu schoatsen. Ze gebruiken dus een Nederlands woord met een Groningse uitspraak." En zo lijkt het met de meeste dialecten te gaan. "Jongeren spreken over het algemeen geen dialect meer, maar eerder een regionaal gekleurd Nederlands. 

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Jongerentaal
-geschiedenis
-groepstaal (sociale eenheid)
- appen    - straattaal
-engels
-boekentaal

Slide 10 - Diapositive

Ontstaan straattaal
Invloed migranten
niveau Standaardnederlands/schoolprestaties
status (aanzien)

Slide 11 - Diapositive

Opdracht
Welke woorden horen bij jongerentaal? Maak een lijstje.

jongerentaal     -      ouderentaal
faka

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

In dit filmpje is er sprake van:
accent, dialect, jongerentaal of straattaal

Leg uit (meerdere antwoorden kunnen goed zijn)

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Kun je uitleggen wat jongerentaal is en wat het verschil is tussen straattaal en jongerentaal? Leg uit hoe je dat geleerd hebt.

Slide 17 - Question ouverte

Toets van donderdag

Slide 18 - Diapositive

Deze les vond ik
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Sondage

Slide 20 - Diapositive