Les 2

Voorraadbeheer les 2
heeft iedereen pen en papier mee?
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
Thema VoorraadbeheerMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 180 min

Éléments de cette leçon

Voorraadbeheer les 2
heeft iedereen pen en papier mee?

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?
(Wk 1) Opdracht: wat zie je v.w.b. het voorraadproces/logistieke proces. Maak een fotoreportage van je favoriete winkel
(Wk 2) Introductie: connectie leggen met je favoriete winkel, Uitleg Thema. Hoe ziet dit Thema eruit?
(Wk 3) Voorbeeld Proces
(Wk 4) Zelf toepassen van het Proces. Uitschrijven
(Wk 5) Inventariseren + bestellen + nauwkeurigheid
(Wk 6) Procedures + goederen ontvangen. Documenten. Pakbon meenemen. Challenge 4 en 6 op school
(Wk 7) Terugkoppelen van bestelling aan opdrachtgever + betrokkenen + feedback aan elkaar
 HERFSTVAKANTIE: 16 oktober - 20 oktober
(Wk 8) Terugkoppelen van bestelling aan opdrachtgever + betrokkenen + feedback aan elkaar
BUFFERWEEK Warehouse Game op school



Slide 2 - Diapositive

Wat is de bedrijfskolom?

Slide 3 - Question ouverte

Lesdoel
Aan het einde van de les kan je vertellen
- wat de geldstroom is
- hoe het voorraadproces verloopt in 5 stappen
-  wat inventariseren is  in je eigen woorden

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Wat is een goederenstroom?

Slide 6 - Question ouverte

Wat betekent "stroomopwaarts" in de voorraadbeheer?

Slide 7 - Question ouverte

De geldstroom
De geldstroom loopt naar boven én naar beneden. Als je goederen inkoopt, moet je de vorige schakel in de handelsketen betalen. De volgende schakel in de keten betaalt op zijn beurt aan jou. De geldstroom loopt dan van beneden naar boven.
Bij retourgoederen loopt de geldstroom in de andere richting, van boven naar beneden dus.

Slide 8 - Diapositive

Naar welke kant beweegt de informatiestroom?

Slide 9 - Question ouverte

Voorraadproces
1. het ontvangen van goederen, 
2.het registreren van goederen, 
3.het opslaan van goederen, 
4.het uitleveren van goederen en 
5.het inventariseren van voorraad. 
In al deze stappen is het vastleggen en bijhouden van een goed productbestand van belang

Slide 10 - Diapositive

Wat is een document?
A
een stuk papier
B
alles wat op een gegevensdrager staat
C
verzameling gegevens op een gegevensdrager
D
geen idee!

Slide 11 - Quiz

Wat is een voorraadkaart?
A
Een kaart met de voorraad erop
B
Een papier uit een programma
C
Een lijst met artikelen
D
Een kaart waarop staat hoeveel producten er in en uit gaan

Slide 12 - Quiz

Woordenlijst
1. Emballage
2. Retourgoederen
3. Transportmaterieel
4. Transportmateriaal
5. Zending
6. Losdock
7. Doorlooptijd

Slide 13 - Diapositive

Woordenlijst 1
1. de Emballage: verpakkingsmateriaal van goederen, statiegeld, kratten, rolcontainers
2. Retourgoederen: goederen die terugkomen naar het magazijn, waarom komen goederen terug???
3. Transportmaterieel: alle rijdende/bewegende voertuigen (heftrucks, reachtrucks, rolcontainers)


Slide 14 - Diapositive

Woordenlijst 2
4. Transportmateriaal: alle andere middelen nodig voor transport: pallets, magazijnstellingen, kratten
5. Zending: alle dingen die samen worden verzonden
6. Losdock: een plaats waar de chauffeur kan lossen (losplaats) bij grote bedrijven
7. Doorlooptijd: totale tijd die een product door een proces aflegt van begin tot einde

Slide 15 - Diapositive

Inventariseren
betekent een telling maken van alle producten in je winkel. Meestal wordt de voorraadinventarisatie uitgevoerd door een hiervoor aangewezen medewerker (of een heel team, afhankelijk van de omvang van de te tellen voorraad), die van elk artikel in je winkel en in je magazijn de hoeveelheden telt.
(Voorraadtelling)

Slide 16 - Diapositive

Wat is je "inventaris" ?

Slide 17 - Question ouverte

Slide 18 - Vidéo

Waarom is inventariseren belangrijk?
Het doel van een volledige of gedeeltelijke inventarisatie is
1. te controleren of de geregistreerde voorraad van je winkel (de voorraadniveaus die in je kassasysteem vermeld staan) overeenkomt met de daadwerkelijke voorraad.
2. dan weet je de balanswaarde van je voorraad
3. wettelijk verplicht 1x per jaar

Slide 19 - Diapositive

Beginvoorraad 
+ inkopen 
- verkopen 
= eindvoorraad



Slide 20 - Diapositive

Hoe komt er een verschil in voorraad?
 Door derving: vermijdbaar verlies door diefstal, verlies of administratieve fouten

Slide 21 - Diapositive

Hoe loopt het voorraadproces van melk bij Jumbo
1. het ontvangen van alle melk: leverancier komt bij de winkel en lost de rolcontainer met dozen melk
2.het registreren van goederen: jij checkt of de bestelling overeen komt met de inkooporder die je bij die leverancier hebt geplaatst (klopt product met bestelling) - niet goed, contact opnemen met leverancier
3.het opslaan van goederen: rolcontainers gaan naar de koeling
4.het uitleveren van goederen: Van de koeling gaan de pakken melk naar de winkelschappen
5.het inventariseren van voorraad: je controleert hoeveel melk er nu is (bijvoorbeeld minimaal 120 liter, maximaal 480 liter)

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Op stage
Zorg voor een uitgeschreven opdracht proces Voorraadbeheer op stage (inleveren week 4)

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Lien

Slide 26 - Lien