Les 7 bedrijfskunde periode 1 klas 2 staartkosten

Staartkosten
Leerdoel:
Inzicht in staartkosten
wat is dit
en welke kosten horen hier allemaal bij
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
BouwkundeMBOStudiejaar 1,2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Staartkosten
Leerdoel:
Inzicht in staartkosten
wat is dit
en welke kosten horen hier allemaal bij

Slide 1 - Diapositive

Staartkosten
Opbouw van de les, wat gaan we vandaag doen?
We gaan het hebben over staartkosten
wat zijn de lesdoelen?
Terugblik op de vorige les, wat weet je nog van de vorige les?
instructie les
maken opdracht les
bespreken opdracht
Vervolg les instructie
Kleine opdracht
terugblik evaluatie zijn de lesdoelen behaald?

Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen
Na deze les heb je 
Inzicht in staartkosten
wat Saartkosten zijn
welke kosten allemaal onder staartkosten vallen

Slide 3 - Diapositive

Waar ging de vorige les over?

Slide 4 - Question ouverte

Waar kun je het welstandsbeleid in vinden?

Slide 5 - Question ouverte

Wat zijn staartkosten?

Slide 6 - Question ouverte

Wat zijn staartkosten?
Staartkosten worden ook wel indirecte kosten genoemd.
 Deze kosten worden berekend nadat de directe kosten zijn begroot. Denk hierbij aan de middelen, zoals artikelen, eigen arbeid, diensten van derden (onderaannemers), materieel, overige kosten (b.v. vergunningen, parkeerkosten etc) en recepten. Maar er komen nog meer kosten kijken bij het uitvoeren van de werkzaamheden, die niet direct toe te schrijven zijn aan een van de genoemde middelen. Denk aan de wat meer algemenere kosten van de dagelijkse bedrijfsvoering en om het project te kunnen realiseren, transportkosten, maar ook eenmalige kosten, algemene kosten en winst en risico. Deze kosten worden opgenomen in een aparte post, deze post zijn de staartkosten

Slide 7 - Diapositive

In ieder project heb je staartkosten.
De staartkosten staan in iedere begroting van een aannemer. Logisch natuurlijk, want het zijn kosten die een aannemersbedrijf moet maken voor zijn bedrijfsvoering. De staartkosten bestaan in de
regel uit:
  • Algemene Uitvoeringskosten, 
  • Algemene Kosten en 
  • Winst en Risico. 
De staartkosten zijn in principe projectgebonden.  In de staart van de begroting wordt het totaalbedrag van de begroting onderverdeeld in de kosten voor loon, materiaal en materieel. Dit vormt de totale som van de hoofdaanneming. 
Samen met de onderaanneming geeft dit het totaalbedrag van de begroting.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Projectgebonden
Er staan ook vaak BIM kosten in de staartkosten. Een aannemer moet de te verwachte kosten ergens in rekening brengen. Maar BIM mag niet apart omschreven staan.
Het is natuurlijk wel ergens opgenomen in de Algemene Kosten (AK)

Slide 10 - Diapositive

Begrippenlijst
ABK Algemene bouwplaats kosten
AK Algemene bedrijfskosten
V Verlet
AK over onderaannemer
 AKO Algemene Bedrijfskosten voor Onderaanneming werken niet rechtstreeks in opdracht van de opdrachtgever, maar voor de bouwondernemer die het gehele werk heeft aangenomen.
RV Renteverlies 
RI Risico, 
W Winst   
C.A.R. verzekering  


Slide 11 - Diapositive

Wat is het verschil tussen AK en ABK

Slide 12 - Question ouverte

AK Algemene bedrijfskosten
Alle kosten die gemaakt worden om het bedrijf te laten draaien en winst te genereren vallen onder bedrijfskosten. 
Algemene bedrijfskosten (AK), zijn niet project gebonden
verdeeld worden in twee verschillende categorieën. Kosten die in een jaar afgetrokken mogen worden en kosten die je over meerdere jaren mag aftrekken. Kosten die in een jaar afgetrokken mogen worden zijn bijvoorbeeld de lonen van administratief personeel. Kosten die over meerdere jaren afgetrokken mogen worden zijn bijvoorbeeld machines die gebruikt worden bij het uitvoeren van de werkzaamheden. 

Slide 13 - Diapositive

ABK
ABK zijn kosten van voorzieningen, productiemiddelen en daaraan verbonden arbeid, die:
- Voor de realisatie van het project worden gebruikt;
- Niet direct aan onderdelen van het bouwobject kunnen worden toegerekend;
- Na oplevering niet in het project achterblijven.
Kostengroepen ABK:
- Loonkosten leidinggevend & ondersteunend personeel;
- Voorzieningen personeel op de bouwplaats;
- Inrichting & beheer bouwterrein;
- Transport & logistiek;
- Tijdelijke aansluitingen;
- Inzet klein materieel;










Slide 14 - Diapositive

Verlet (kosten van tijdverzuim).
 Denk aan onwerkbaar weer. per regio wordt deze per maand opgegeven. Aan de kust waait het harder dan in Drente bijvoorbeeld. Met te veel regen, wind of vorst kan er niet gewerkt worden. Deze worden geschreven als verlet dagen omdat personeel wel door betaald wordt bij deze weersomstandigheden. Kraanbezetting moet goed ingepland worden.

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Lien

Welk percentage gaat omlaag als er BIM- kosten of kwaliteitssystemen in de AK zijn opgenomen?

Slide 17 - Question ouverte

Wanneer er wordt gewerkt met BIM
Bim is een methode om de faalkosten naar beneden te krijgen net als andere kwaliteitssystemen. Er wordt natuurlijk wel iets van kosten berekend maar die worden onder AK opgenomen (algemene bouw kosten)
Als de faalkosten naar beneden gaan dat hoeft er voor risico minder percentage opgenomen te worden.

Slide 18 - Diapositive

wat is een stelpost
Een bedrag wat je reserveert voor een bepaald onderdeel waarvan je niet precies weet wat het gaat kosten. Het gaat om een schatting.
Zodra deze bekend zijn verrekent de aannemer ze met de stelpost. Valt het bedrag lager uit, dan heb je geluk. Maar vaak zijn de kosten hoger en moet je bijbetalen.

Slide 19 - Diapositive

c.a.r kosten
Met een Construction All Risk (CAR) verzekering verzekerd een aannemer zich tegen schade die de aannemer (mogelijk) veroorzaakt tijdens de bouw of verbouw van een pand. Schade aan het bouwwerk is gedekt. Net als schade aan hulpmaterialen, zoals steigers en gereedschappen.

Slide 20 - Diapositive

Archicalc
Bekijk je project, wonen op het water.
Maak vanuit je uittrekstaat een overzicht in Archicalc
(alleen de bouwonderdelen en uurloon, installatie bereken we nu niet)

Slide 21 - Diapositive