Redactiesommen 1

• Rekenen
• Basisschool
• Groep 7

Startklaar 

       

       Pak je cromebook / laptop 

       Pak je multomap, pen

       Zet je telefoon in je zakkie

       Stop je telefoon in je tas

      

Inhoud van de les

Terug naar de vorige les

Tafelblad 3 minuten

Opgaven maken / Instructie / Theorie

Aan de slag

Nabespreking

Exit ticket

Wat hebben we de vorige les gedaan?

Tafelblad 

Leerdoelen

* Aan het einde van de les ...

* Aan het einde van de les weet ik hoe ik van kg naar gram kan berekenen

* Aan het einde van de les kan ik vertellen wat 50% is

* Aan het einde van de les kan ik vertellen wat een schaal betekent op een kaart

* Aan het einde van de les kan ik vertellen wat 1/5 deel is van iets

1. Op de weegschaal staat 2400 gram. Hoeveel kilogram is dit?

1. 240 kg
2. 2,4 hg
3. 24 kg
4. 2,4 kg

Som 1

Op de weegschaal staat 2400 gram. Hoeveel kilogram is dit?

Het antwoord: 2,4 kilogram 

som 2

Er is door een tekenaar een weg getekend. De schaal is 1 cm: 60 m. Op de tekening is de weg 7 cm. Hoelang is de weg in het echt?

2. Er is door een tekenaar een weg getekend. De schaal is 1 cm: 60 m. Op de tekening is de weg 7 cm. Hoelang is de weg in het echt?

1. 480 cm
2. 420 m
3. 240 cm
4. 240 m

som 3

3. Sonny gaat koekjes bakken. Om 12 koekjes te bakken heb je 4 schepjes suiker nodig. Sonny wil 120 koekjes bakken. Hoeveel schepjes suiker heeft ze nodig?

3). Sonny gaat koekjes bakken. Om 12 koekjes te bakken heb je 4 schepjes suiker nodig. Sonny wil 120 koekjes bakken. Hoeveel schepjes suiker heeft ze nodig?

1. 400
2. 40
3. 250
4. 25

4) Mevr. Meewis koopt een camper voor 2000 euro.
Zij betaalt alleen met briefjes van 20.
Hoeveel briefjes moet hij geven?

som 5

In de klas van Lara zitten 20 kinderen.      

1/5 van de kinderen zijn ouder dan 16. 

Hoeveel kinderen zijn dat?

5. In de klas van Lara zitten 20 kinderen.
1/5 van de kinderen zijn ouder dan 16.
Hoeveel kinderen zijn dat?

1. 4
2. 44
3. 4,4
4. 5

som 6

De eigenaar van een groente - en fruitwinkel verkoopt in 1 kwartaal 1899 kisten nectarines, 799 kisten bosbessen en nog 899 kisten aardbeien. Hoeveel kisten heeft hij in totaal verkocht dat kwartaal?

Reken eerst zelf uit. Leg uit aan de klas....

som 6

De eigenaar van een groente - en fruitwinkel verkoopt in 1 kwartaal 1899 kisten nectarines, 799 kisten bosbessen en nog 899 kisten aardbeien. Hoeveel kisten heeft hij in totaal verkocht dat kwartaal?

Het antwoord: 3597 kisten

7) In een ijskraam worden ijsjes van 0,60 euro verkocht. Ahmed koopt voor 20 kinderen een ijsje. Hoeveel euro moet hij betalen?

1. 28
2. 20
3. 12
4. 13

8) Jessy gaat 4 weken op vakantie in Zwitserland. 1/2 van de tijd gaat hij naar een camping.
Hoeveel dagen is hij op de camping?

som 9

Nigel neemt 10 frikadellenbroodjes mee naar school. Voor schooltijd heeft hij er al 5 op. Hoeveel procent heeft hij dan al op?

10) Er valt op een regenachtige dag wat motregen.
Er valt 0,1 millimeter per uur.
Hoeveel millimeter is er gevallen na 10 uur?

1. 10
2. 1
3. 100
4. 0,01

som 11

Francheska verdeelt een stuk touw van 0,9 meter in 9 even lange stukken. Hoeveel centimeter wordt ieder stuk?

som 11

Francheska verdeelt een stuk touw van 0,9 meter in 9 even lange stukken. Hoeveel centimeter wordt ieder stuk?

Het antwoord: 10 centimeter

som 12

Voor de verjaardag van hun oom kopen Lisandy, Djamilla, Silvana en Lina een dure pen van 156 euro. Ze verdelen de kosten eerlijk. Wat moeten ze per persoon betalen?

Het antwoord: 39 euro

Hoe kom ik op dit antwoord?

13) Bij een voorstelling verkochten ze bij de kassa 345 kaarten
en vooraf via internet 267 kaarten.
In totaal waren er 895 kaarten.
Hoeveel kaarten zijn er niet verkocht?

1. 283
2. 678
3. 134
4. 985

som 14

14) Op de weegschaal staat 5,131 kg. Hoeveel gram is dit?

som 15

Op een school zijn 80 mensen. 25 % van hen heeft een laptop bij zich. Hoeveel mensen hebben een laptop bij zich?

Het antwoord: 20 mensen

Hoe kom ik op dit antwoord?

Heb ik mijn leerdoel behaald?

Aan het einde van de les ...

-  weet ik hoe ik van kg naar gram kan berekenen

-  weet ik hoe ik van g naar kilogram kan berekenen

-  kan ik vertellen wat 50% is

-  kan ik vertellen wat een schaal betekent op een kaart

-  kan ik vertellen wat 1/5 deel is van iets.

Welk cijfer geef ik mijzelf en de meester? Waarom?

Klik op de spinner

Formatief evalueren

Nu maken , thuis afmaken

                      

                      Het werkblad  : Romeinse cijfers